Gemeente Utrecht
beantwoording van SV 2009, nr. 7 inzake roodlichtnegatie Bleekstraat - Adema van Scheltemabaan.
2009 SCHRIFTELIJKE VRAGEN
7 Vragen van de heer V. Oldenborg
(ingekomen 15 januari 2009
en antwoorden door het college verzonden op 10 februari 2009)
Buschauffeurs negeren massaal het rode stoplicht op de hoek Bleekstraat - Adama van Scheltemabaan, de busbaan langs het spoor. Dat blijkt uit een aantal klachten die wij hebben ontvangen en uit eigen waarnemingen. Fietsers en voetgangers die de busbaan met groen licht willen oversteken wordt dit geregeld onmogelijk gemaakt, omdat de buschauffeurs het - ook voor hen geldende - rode stoplicht negeren. Een gevaarlijke verkeerssituatie, waarbij het wachten is tot het moment dat het echt fout gaat.
Stadspartij Leefbaar Utrecht wacht liever niet zo lang, en stelt daarom de volgende vragen aan het college:
1. Is het u bekend dat het rode licht op de kruising Bleekstraat - A. v. Scheltemabaan vaak genegeerd wordt? Wat is uw inschatting van deze situatie?
Wij herkennen uw klachten, maar deze zijn niet veroorzaakt door het negeren van rode verkeerslichten. Gebleken is dat de detectie waarmee bussen worden ingemeld bij de verkeerslichtenautomaat regelmatig niet naar behoren functioneert en de werking hiervan de verstoort. Hierdoor komt het voor dat afslaande bussen en rechtdoorgaande fietsers regelmatig tegelijkertijd groen licht krijgen, waarbij een waarschuwingslicht buschauffeurs op kruisend fietsverkeer attendeert. Voor het einde van de voorjaarsvakantie wordt een nieuw programma aangebracht, waardoor deze situatie niet meer kan optreden. Tot die tijd houden wij de verkeerslichtenautomaat extra in de gaten. Daarnaast onderzoeken wij de oorzaak van het detectieprobleem.
2. Is het college bereid om het rijgedrag van de buschauffeurs in een gesprek met Connexxion en GVU te bespreken en hierin aan te dringen op rijden volgens de verkeersregels?
Ja, Connexxion en GVU zijn direct gewaarschuwd dat op deze kruising conflictsituaties op kunnen treden waarbij afslaande bussen door een waarschuwingslicht op kruisend fietsverkeer worden geattendeerd. Zij hebben hun buschauffeurs hier expliciet op gewezen en hen geïnstrueerd in dat geval de voorrangsregels toe te passen, fietsers hebben hier dan immers voorrang.
3. Is het college bereid de politie te vragen hier handhavend op te treden?
Nee, er is geen sprake van overtreding.
4. Indien vraag 2 en/of 3 ontkennend beantwoord zijn, wat gaat het college dan in het werk stellen om de veiligheid van de fietsers en voetgangers op deze plek te verbeteren?
Zie vraag 1.
---- --