Universiteit Maastricht

Universiteit Maastricht
Persbericht
5 februari 2009

Embargo tot vrijdag 6 februari 2009, 16.30 uur

Oratie prof. Olaf Sleijpen over Nederlands pensioenstelsel "Tijd rijp voor export van ons pensioenstelsel naar de EU"

Juist in deze tijden van kredietcrisis zou het goed zijn om het Nederlandse pensioenstelsel te exporteren naar EU-lidstaten. Ondanks het feit dat Nederlandse pensioenfondsen het moeilijk hebben, is de situatie in het buitenland nog desastreuzer. Daarom is men in de EU naarstig op zoek naar alternatieven. Bovendien is export van het Nederlandse stelsel voor het voortbestaan van het stelsel van levensbelang. Het Nederlandse pensioenstelsel is steeds meer een vreemde eend in de bijt. Export kan de positie van het Nederlandse stelsel in de EU versterken. Dat beweert prof.dr. Olaf Sleijpen (38) in zijn oratie "Exporteerbaarheid van het Nederlandse pensioenstelsel naar de Europese Unie" die hij vrijdag 6 februari zal uitspreken. Op 1 december 2007 werd hij benoemd tot bijzonder hoogleraar European Economic Policy aan de Faculteit der Economische Wetenschappen en Bedrijfskunde.

Met het oog op de vergrijzing spannen de lidstaten van de EU zich in toenemende mate in om hun pensioenstelsels te hervormen en meer te leunen op kapitaalgedekte pensioenen. Nederland behoort tot een van de weinige landen in de EU die de pensioenbesparingen op orde heeft. De ervaring en kennis van Nederlandse pensioenuitvoerders is dan ook een ideaal exportproduct. Nederland is vooral sterk in collectieve pensioenbesparingen. Deze hebben als voordeel dat ze goedkoper zijn en tot een beter pensioenresultaat leiden door meer risicodeling en fouten, zoals houders van individuele polissen in Engeland en de VS gemaakt hebben, voorkomen. Hoewel het Nederlandse stelsel niet zonder meer één op één exporteerbaar is, geldt dit wel voor typische elementen hieruit.

Sleijpen constateert dat landen die recentelijk hervormingen hebben ingezet vooral hebben gekozen voor individuele pensioenbesparingen, met alle nadelen van dien. Door elementen uit het Nederlandse pensioenstelsel te exporteren, kunnen andere landen profiteren van de voordelen en wordt de positie van het Nederlandse stelsel in de EU versterkt. Wanneer Nederland er niet in slaagt om meer landen voor het collectieve stelsel te laten kiezen, zal dit de positie van het Nederlandse pensioenstelsel verder isoleren.

Om te kunnen onderzoeken welke EU lidstaten het meest open staan voor invoering van het Nederlandse stelsel, heeft Sleijpen een zogenoemde "transferability index" ontwikkeld. Hierbij is gekeken naar de mate waarin een EU lidstaat haar pensioenstelsel moet hervormen en in hoeverre de sociaal-economische omgeving aansluit bij het Nederlandse stelsel. Hij komt tot de conclusie dat met name België, Finland, Frankrijk, Duitsland, Ierland, Luxemburg, Spanje en Engeland interessante exportmarkten zijn.

Olaf Sleijpen is werkzaam als Managing Director Institutional Clients bij APG Groep NV en lid van de directieraad van Cordares NV. Afgelopen november werd hij verkozen tot Young Captain 2008. Deze award wordt door de Stichting Young Captain Nederlanduitgereikt aan een zakelijk toptalent en is bedoeld als stimulans voor vernieuwend ondernemen in Nederland. Eerder was Sleijpen werkzaam bij De Nederlandsche Bank N.V. en de Europese Centrale Bank te Frankfurt. Bij laatstgenoemde instelling was hij adviseur van de toenmalige president, Wim Duisenberg