Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

2009Z01941 / 2080912220

Vragen van het lid Biskop (CDA) aan de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, mevr. Van Bijsterveldt-Vliegenthart, over het effect van `Nijntje-taal' op zwakke lezers. (Ingezonden 5 februari 2009)


1
Bent u bekend met het artikel `Nijntje-taal voor vmbo blijkt juist onbegrijpelijk' 1) en het dissertatieonderzoek `Zwakke lezers, sterke teksten' 2), waar in het artikel aan gerefereerd wordt?


2
Deelt u de mening van de onderzoeker dat de taal in de boeken voor vmbo-leerlingen te gemakkelijk is en averechts werkt?


3
Indien dit het geval is, wat betekent dit voor de doelstelling om doorlopende leerlijnen taal in het onderwijs te realiseren?


4
Indien u niet de mening deelt zoals weegegeven in vraag 2, op welke wijze kunt u dit onderbouwen en bent u bereid om samen met het veld en de uitgevers nader onderzoek in te stellen naar de effecten van lesmateriaal op de doorlopende leerlijnen van vmbo-leerlingen op het gebied van taal?


5
Bent u bereid in overleg met het veld en uitgevers te waarborgen dat het lesmateriaal voor vmbo-leerlingen niet bijdraagt aan een achterstand op de doorlopende taalontwikkeling? Zo ja, op welke wijze gaat u dit waarborgen? Zo nee, kunt u motiveren waarom niet?


1) Trouw, 4 februari 2009

2) Land, 2009