Ministerie van Buitenlandse Zaken

Beantwoording vragen van het lid Peters over de beschieting door Israël van het hoofdkwartier van de VN-hulporganisatie voor Palestijnse vluchtelingen UNWRA

04-02-2009 | Kamerstuk | Nederlands Ministerie van Buitenlandse Zaken

Graag bied ik u hierbij, mede namens de Minister voor Ontwikkelingssamenwerking, de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door het lid Peters over de beschieting door Israël van het hoofdkwartier van de VN-hulporganisatie voor Palestijnse vluchtelingen UNWRA. Deze vragen werden ingezonden op 16 januari 2009 met kenmerk 2009Z00643 / 2080910000.

De Minister van Buitenlandse Zaken,
Drs. M.J.M. Verhagen

Antwoorden van de heer Verhagen, Minister van Buitenlandse Zaken, mede namens de heer Koenders, Minister voor Ontwikkelingssamenwerking op vragen van het lid Peters (Groen Links) over de beschieting door Israël van het hoofdkwartier van de VN-hulporganisatie voor Palestijnse vluchtelingen UNWRA.

Vraag 1
Kent u het bericht dat Israël op 15 januari 2009 tijdens beschietingen het hoofdkwartier van de VN-hulporganisatie voor Palestijnse vluchtelingen UNWRA heeft getroffen1?

Antwoord
Ja.

Vraag 2
Is u ook bekend dat de VN-secretaris-generaal Ban Ki-moon "woedend" is over de aanval op het UNRWA-complex, waarbij drie stafleden werden gewond?

Antwoord
Ja.

Vraag 3
Deelt u de mening dat het zeer onwaarschijnlijk is, dat Hamasstrijders vanuit dit hoofdkwartier van de UNWRA raketten hebben afgeschoten, of anderszins Israëlische troepen hebben bestookt, en dat dit hoofdkwartier geen militair doelwit kan zijn?

Antwoord
De omstandigheden waaronder de beschieting heeft plaatsgevonden, zijn bij de Nederlandse regering onbekend. De VN heeft gezegd aan te zullen dringen op een onafhankelijk onderzoek naar dit incident en soortgelijke incidenten en Nederland sluit zich bij deze wens aan. Gevolg gevend aan de motie Van Dam / Haverkamp - heeft Nederland in VN-verband inmiddels kenbaar gemaakt onafhankelijk onderzoek te bepleiten naar alle gevallen waarin VN-organisaties of internationaal erkende hulporganisaties als het Rode Kruis of de Rode Halve Maan twijfelen of het gebruikte geweld past binnen de verplichtingen en randvoorwaarden die het internationale recht aan het gebruik van geweld stelt.

Vraag 4
Bent u bereid deze specifieke beschieting van het UNWRA-gebouw scherp te veroordelen en dit terstond aan de regering van Israël te laten weten?

Antwoord
Zodra dit nieuws bekend werd, heeft de Nederlandse regering haar verontwaardiging over het incident aan de Israëlische ambassadeur in Den Haag kenbaar gemaakt. De Minister van Buitenlandse Zaken heeft de ambassadeur erop gewezen dat de ligging van het VN-kantoor bekend was bij het Israëlische leger en dat alle voorzorgsmaatregelen getroffen hadden moeten worden om de beschieting te voorkomen. De VN dient ongehinderd assistentie te kunnen verlenen aan haar personeel en aan de vluchtelingen die zich op het terrein bevinden.

Vraag 4
Bent u bereid deze vragen te beantwoorden uiterlijk vóór de regeling van werkzaamheden van de Tweede Kamer op dinsdag 20 januari a.s.?

Antwoord
Helaas was dit niet mogelijk.


1: Reuters, AFP, www.nrc.nl, 15 januari 2009: "Israël treft VN-gebouw in Gaza"

* Ministerie van Buitenlandse Zaken

* Bezuidenhoutseweg 67

* Postbus 20061

* 2500 EB Den Haag

* Tel.: 070-3 486 486

* Fax: 070-3 484 848

* Internet: www.minbuza.nl