Ingezonden persbericht


PERSBERICHT

3 februari 2009

MSC viert 10 jaar partnerschap en vooruitgang

Londen - Dit jaar viert de Marine Stewardship Council (MSC) (1) zijn 10-jarige verjaardag. Tien geleden stapten de eerste visserijen in het certificeringsprogramma. Dit jaar zullen wereldwijd diverse activiteiten onder het motto '10 jaar partnerschap en vooruitgang' worden georganiseerd (2). Het groeiende belang van duurzaamheid in de markt voor vis en in de visketen en het leiderschap dat de vissector hierin toont, staan hierin centraal.

Will Martin, voorzitter van de Raad van Bestuur van MSC zegt: "De afgelopen 10 jaar zijn zowel de markt voor duurzame vis als de MSC zelf sterk veranderd. De MSC en de vissector hebben samen een lange weg afgelegd en wij zijn trots op de vooruitgang die we samen hebben geboekt. De afgelopen drie jaar is het aantal visserijen verdrievoudigd. De verkoop van en aantallen producten met het MSC-ecokeurmerk volgen deze exponentiële groei. Het getuigt van het commitment van de vissector aan duurzaamheid dat het MSC-programma dit enorme momentum heeft bereikt en dat er geen tekenen van een trendbreuk zijn. Deze tiende verjaardag is voor ons een fantastisch moment om de balans op te maken en om uit te kijken naar de volgende 10 jaar, die kritisch zullen zijn voor de MSC en de toekomst van onze oceanen."

Het aantal visserijen in het MSC-programma is toegenomen van slechts 3 in 1999 tot meer dan 140 in 2009 (3). In diezelfde periode groeide het aantal bedrijven dat in het bezit is van het MSC-certificaat voor de traceerbaarheid naar 830. Deze certificering betekent dat vis met het MSC-logo volledig kan worden teruggevoerd naar de MSC-gecertificeerde visserij die deze vis ving. Het resultaat is dat er nu meer dan 2.000 individuele MSC-producten te koop zijn in 42 landen met een gemiddelde geschatte verkoopwaarde van ruim US $1 miljard.

Inspraak van alle belanghebbenden is vanaf het begin een kernonderdeel van het MSC-programma geweest. Partners uit de wetenschap, vissector en natuur- en milieuorganisaties zijn vertegenwoordigd in de bestuurlijke organen van de MSC en delen hun visie over voorgestelde beleidsontwikkelingen en strategische beslissingen. De MSC ontwikkelt zijn programma continue met een sterke focus op de kwaliteit en de consistentie van de beoordelingen van de visserij aan de standaard voor duurzaam vissen.

Recente verbeteringen behelzen de publicatie van de nieuwe visserijbeoordelingsmethode (FAM). De nieuwe methode moet tot snellere beoordelingen leiden, terwijl de rigoureusheid en zorgvuldigheid van het onafhankelijke wetenschappelijke beoordelingsproces gehandhaafd blijven. De MSC ontwikkelt ook extra maatregelen om de traceerbaarheid in de keten te versterken. In aanvulling op het vereiste van onafhankelijke traceerbaarheidscontroles in de keten worden nu ook nieuwe methodes zoals DNA-testen uitgevoerd.

Rupert Howes, Chief Executive van de MSC zegt: "Met behulp van onze partners is het de MSC gelukt om de ambitieuze en gedurfde ideeën van onze oprichters te realiseren. Tien jaar later is de MSC nu waarschijnlijk 's werelds meest erkende en betrouwbare ecolabel voor duurzaam gevangen vis, schaal- en schelpdieren. Cruciaal is dat MSC een verschil aan het maken is - ecologisch en bedrijfseconomisch. We moeten daarom blijven samenwerken met de verschillende partners en uit de afgelopen tien jaar lessen trekken om het programma nog verder te verbeteren."

Rupert Howes vervolgt: "Wat wij de afgelopen tien jaar bereikt hebben, zou niet mogelijk zijn geweest zonder het netwerk van mensen en organisaties die de MSC ondersteunen. Ik wil van de gelegenheid gebruik maken om al onze partners over de hele wereld te bedanken: alle vissers, de vishandel en verwerkende industrie, de retailers, de food service sector en niet-gouvernementele organisaties die in het MSC-programma betrokken zijn. Als laatste, maar niet de minste, wil ik alle stichtingen, organisaties en individuen bedanken die onze visie van gezonde en productieve oceanen delen en die onze activiteiten deze eerste tien jaar hebben gefinancierd." (4)

Einde