Brussel, 29 januari 2009
Milieu: Commissie onderneemt actie tegen 11 lidstaten in verband met
industrievergunningen
De Europese Commissie heeft inbreukactie moeten ondernemen tegen 11
lidstaten omdat zij voor 4000 bestaande industriële installaties geen nieuwe
of aangepaste vergunning heeft verleend. Naar Denemarken, Ierland en Malta
is een eerste aanmaning gestuurd terwijl acht andere landen die in mei reeds
een brief ontvingen een laatste schriftelijke aanmaning zullen ontvangen.
Die vergunningen hadden vóór 30 oktober 2007 verleend moeten worden.
Milieucommissaris Stavros Dimas verklaarde: "het is onacceptabel dat
industriële instellingen werkzaam zijn zonder een wettelijke
vergunning die ervoor zorgt dat zij schadelijke uitstoot beperken.
Alle lidstaten hebben met deze vergunningsprocedures ingestemd. Zij
moeten worden nageleefd om de gezondheid van onze burgers en het
milieu te beschermen."
De inbreuken betreffen de EU-richtlijn inzake geïntegreerde preventie
en bestrijding van verontreiniging (IPPC) , die als doelstelling
heeft de uitstoot door industrie in lucht, water en bodem te voorkomen
en te bestrijden.
Overeenkomstig de richtlijn dienden de lidstaten tegen 30 oktober 2007
nieuwe vergunningen te verlenen of, waar nodig, bestaande vergunningen
te herzien en aan te passen voor alle industriële installaties die
vóór 30 oktober 1999 in bedrijf waren gesteld. Bulgarije en Slovenië
moeten nieuwe of aangepaste vergunningen verlenen aan industriële
installaties die werkzaam waren op het moment van hun toetreding tot
de EU.
Volgens gegevens van de lidstaten zelf hebben 11 van hen nog steeds
geen nieuwe of aangepaste vergunning verleend aan een groot aantal
installaties. Het gaat hier om 4000 van de 52 000 Europese industriële
installaties waarop de richtlijn van toepassing is.
Naar acht van deze lidstaten is in mei reeds een eerste aanmaning
vezonden (zie IP/08/704). Zij zullen nu een laatste schriftelijke
aanmaning ontvangen, de laatste stap voor de zaak wordt voorgelegd aan
het Europees Hof van Justitie. De betrokken lidstaten zijn België,
Bulgarije, Griekenland, Italië, Nederland, Portugal, Slovenië en
Spanje.
Denemarken, Ierland en Malta zullen om dezelfde reden een eerste
waarschuwingsbrief ontvangen.
Juridische procedure
Artikel 226 van het Verdrag verleent de Commissie de bevoegdheid om in
rechte op te treden tegen een lidstaat die zijn verplichtingen niet
nakomt.
Als de Commissie van oordeel is dat er sprake kan zijn van een inbreuk
op de EU-wetgeving die de inleiding van een inbreukprocedure
rechtvaardigt, stuurt zij een eerste "schriftelijke aanmaning" aan de
betrokken lidstaat met het verzoek tegen een bepaalde datum, meestal
binnen twee maanden, opmerkingen in te dienen.
In het licht van het antwoord van de betrokken lidstaat of het
ontbreken van een dergelijk antwoord, kan de Commissie besluiten een
"met redenen omkleed advies" (tweede en laatste schriftelijke
aanmaning) tot de lidstaat te richten. Daarin wordt duidelijk en
definitief uiteengezet waarom zij van mening is dat er een inbreuk op
de EU-wetgeving is gepleegd en wordt de lidstaat verzocht binnen een
bepaalde periode, meestal twee maanden, zijn verplichtingen na te
komen.
Als de lidstaat geen gevolg geeft aan het met redenen omklede advies,
kan de Commissie besluiten de zaak aanhangig te maken bij het Europese
Hof van Justitie. Als het Hof van Justitie tot het besluit komt dat er
sprake is van een inbreuk op het Verdrag, moet de lidstaat die de
overtreding heeft begaan alle nodige maatregelen treffen om aan zijn
verplichtingen te voldoen.
Artikel 228 van het Verdrag verleent de Commissie de bevoegdheid om op
te treden tegen een lidstaat die geen gevolg heeft gegeven aan een
eerder arrest van het Europees Hof van Justitie, opnieuw door middel
van een eerste schriftelijke aanmaning en daarna een tweede en
definitieve schriftelijke aanmaning ("met redenen omkleed advies"). Op
grond van dit artikel kan de Commissie het Hof te verzoeken de
lidstaat een dwangsom op te leggen.
Recent cijfermateriaal over inbreuken in het algemeen is te vinden op
de volgende website:
http://ec.europa.eu/environment/legal/implementation_en.htm
Voor arresten van het Europees Hof van Justitie, zie:
http://curia.europa.eu/en/content/juris/index.htm
Voor meer informatie over de IPPC-richtlijn en de tenuitvoerlegging
ervan:
http://ec.europa.eu/environment/air/pollutants/stationary/ippc/index.h
tm
http://ec.europa.eu/environment/air/pollutants/stationary/ippc/ippc_in
dic_permits.htm
---
Richtlijn 96/61/EG, gecodificeerd door Richtlijn 2008/1/EG.
European Union