ChristenUnie
Bijdrage Cynthia Ortega-Martijn bij het AO Wijkeconomie
Bijdrage Cynthia Ortega-Martijn bij het AO Wijkeconomie
donderdag 29 januari 2009 14:00
Voorzitter. Een goede en vitale wijkeconomie is van groot belang voor
bewoners, werknemers en ondernemers. Wij zijn van mening dat meerdere
projecten in de grote steden prima resultaten hebben opgeleverd. De
Raad voor Werk en Inkomen constateert echter wel dat één goed
tijdelijk project niet voldoende is om werkgelegenheid te bevorderen
en werkeloosheid te bestrijden. Het is daarom prima dat het kabinet in
zijn brief een pakket aan maatregelen noemt. Samenhang tussen
projecten en de langetermijnvisie zijn wel aanvullende voorwaarden.
Met andere woorden, de door de RWI benoemde projectencarrousel moeten
wij zien te vermijden. Ik wil daarom graag van de bewindspersonen
weten op welke manier zij dit willen bewerkstelligen.
De pilot Economische Kansenzones is een prima voorbeeld
van succesvol economisch beleid in de wijk, dat ten goede komt aan de
leefbaarheid en het vestigingsklimaat. Uit de evaluatie van de
ondernemersregeling Kansenzone Rotterdam blijkt dat de regeling een
impuls aan investeringen heeft gegeven en dat veel starters een
aanvraag hebben ingediend. De G4 vraagt nadrukkelijk om voortzetting
van dit project en in het algemeen van voortzetting van financiering
vanuit het Rijk. Kan Rotterdam het project voortzetten? Wat is de
reactie van het kabinet op het pleidooi van de griffier? Overigens
niet alleen van de griffier, maar ook van de ChristenUnie. Wij hebben
een aantal keren gevraagd naar de resultaten van de Kansenzone en de
manier waarop dat project eventueel landelijk uitgerold zou kunnen
worden. Ik weet persoonlijk dat het Rotterdam veel goed heeft gedaan.
Ik heb achterstandswijken, onder andere de Strevelsweg, helemaal zien
opknappen, juist door dit initiatief. Ik wil er daarom echt op
aandringen dat wordt gekeken op welke manier het project eventueel
voortgezet kan worden, maar ook hoe het uitgerold kan worden naar
andere steden die dat nodig hebben.
Mevrouw Smeets (PvdA): Wij zijn ook zeer tevreden over de Kansenzones
en over wat er in Rotterdam is gepresteerd. U geeft aan dat u kijkt
naar de G4. Wilt u het niet verder oprekken, in ieder geval naar de
G31?
Mevrouw Ortega-Martijn (ChristenUnie): Ik heb duidelijk aangegeven dat
wij moeten kijken wat de mogelijkheden zijn voor steden die daar
gebruik van willen maken. Het gaat mij er dus niet zozeer om dat het
moet worden opgerekt van de G4 naar de G31, als wel dat er steden zijn
die er heel goed gebruik van kunnen maken en die dezelfde resultaten
zouden kunnen boeken als Rotterdam.
Mevrouw Smeets (PvdA): U wilt zich dus niet beperken.
Mevrouw Ortega-Martijn (ChristenUnie): Nee.
Voorzitter. Over de rol van de corporaties is al het een
en ander gezegd. Daar kan ik mij bij aansluiten. Ik wil daar echter
nog wel wat over zeggen. Wij geven vaak af op de corporaties, maar er
zijn ook corporaties die goed hun best doen. Soms zijn zij echter
beperkt in hun mogelijkheden. Een corporatie kan bijvoorbeeld panden
kopen en onder gunstige voorwaarden verhuren aan ondernemers. Het
probleem is echter dat in de praktijk dat soort projecten vaak
stranden op de financiering. Ik hoor hierop graag de reactie van de
staatssecretaris.
Niet alleen de aandachtswijken in grote steden verdienen
een gezonde wijkeconomie. De ChristenUnie wil ook opkomen voor
kleinere gemeenten en dorpskernen, waar plaatselijke winkels ten onder
dreigen te gaan. Bewoners zien het verdwijnen van lokale voorzieningen
met lede ogen aan. Deze dorpseconomie is net zo belangrijk voor de
leefbaarheid en ook daar is er veel behoefte om het vestigingsklimaat
te verbeteren en om ondernemers voor de gemeente te behouden. Er zijn
lokaal wel initiatieven, bijvoorbeeld door ondernemers voor een
symbolisch bedrag grond te laten pachten of door winkelruimte onder de
marktprijs aan te bieden. Wat is de inzet van het kabinet voor deze
lokale economieën? Ik heb gezien dat doordat deze voorzieningen
verdwijnen mensen gaan verkassen. Dat betekent dat er sprake is van
krimp. Ik wil graag weten of het kabinet een bepaalde integrale visie
heeft op deze dorpskernen en kleine gemeenten.