Mededeling en actieplan over de instelling van een Europese maritieme ruimte
zonder grenzen
Voorstel: Mededeling en actieplan met het oog op de instelling van een
Europese maritieme ruimte zonder grenzen.
Basisgegevens
Datum Commissiedocument: 21 januari 2009
Nr. Commissiedocument: COM (2009) 10 definitief
Pre-lex:
http://ec.europa.eu/prelex/detail_dossier_real.cfm?CL=en&DosId=197853
Nr. impact assessment Commissie en Opinie Impact-assessment Board:
Niet opgesteld
Behandelingstraject Raad: Raadswerkgroep Transport, Transportraad 30
maart 2009 (Raadsconclusies).
Eerstverantwoordelijk ministerie: Verkeer en Waterstaat, in nauwe
samenwerking met Financiën.
Essentie voorstel
Maritiem transport in de Europese Unie is onderworpen aan complexe
administratieve procedures, zelfs wanneer vaartuigen alleen binnen de
EU havens aandoen en hun lading enkel bestaat uit goederen die
ressorteren onder de vrije Europese markt. Het gevolg is dat intra-EU
maritiem transport van goederen geconfronteerd wordt met relatief hoge
administratieve lasten en daarmee een nadelige concurrentiepositie
heeft ten opzichte van andere transportmodaliteiten.
Het doel van de instelling van de "Europese maritieme ruimte zonder
grenzen" is om het intra-Europese kustvervoer -short sea shipping
(SSS)- aantrekkelijker, efficiënter en meer concurrerend te maken en
het milieu beter te beschermen door een aantal administratieve
procedures te schrappen of te vereenvoudigen. De Europese maritieme
ruimte zonder grenzen moet de Interne Markt uitbreiden met het
intra-Europese maritiem transport. Het concept van de Europese
maritieme vervoersruimte werd reeds aangekondigd in de mededeling van
de Commissie uit 2007 over een geïntegreerd maritiem beleid voor de
Europese Unie (het zogenaamde Blauwboek) alsmede in de `mid-term
review' van de Commissie van het 2001 Witboek over een Europees
vervoersbeleid.
In zijn Conclusies van 11 december 2006 over de bevordering van short
sea shipping heeft de Raad in dit verband ook de noodzaak onderstreept
om de administratieve procedures te vereenvoudigen. In de mededeling
wordt een elftal acties aangekondigd.
Subsidiariteit en proportionaliteit
Kondigt de Commissie acties, maatregelen of concrete wet- en
regelgeving aan voor de toekomst? Zo ja, hoe luidt dan het voorlopige
Nederlandse oordeel over bevoegdheidsvaststelling, subsidiariteit en
proportionaliteit en hoe schat Nederland de financiële gevolgen in?
De mededeling kent een actieplan met EU-maatregelen voor de korte
termijn (gereed in 2010) en voor de middellange termijn (gereed in
2013) alsmede een aantal aanbevelingen aan de lidstaten.
Voorgestelde korte termijn maatregelen:
- vereenvoudiging van de douaneformaliteiten voor schepen die tussen
twee EU havens varen (i.e. wijziging verordening communautair
douanewetboek);
- richtsnoeren voor een snellere documentencontrole voor het vervoer
van dierlijke en plantaardige producten tussen EU-havens;
- rationalisering van de door verschillende instanties en wetgevingen
geëiste documenten.
Voorgestelde middellange termijn maatregelen:
- vereenvoudiging van de administratieve formaliteiten voor schepen
die varen tussen EU-havens, maar ook in een derde land of een vrije
zone havens aandoen;
- uitbreiding van de elektronische gegevensuitwisseling;
- één administratief loket;
- vereenvoudiging van de regels inzake het vervoer per schip van
gevaarlijke goederen.
Aanbevelingen aan de lidstaten
- coördinatie van administratieve inspecties met het oog op een
snellere afhandeling;
- faciliteren van administratieve communicatie;
- afgifte van een ontheffingsbewijs inzake loodsdiensten;
- rationalisering van de stromen en de ruimte in havens.
Het gaat alles bij elkaar om nieuwe wetgeving, ter vervanging,
aanpassing en opschoning van bestaande wetgeving. Daarnaast gaat het
om richtsnoeren voor efficiëntere naleving van bestaande wetgeving. Er
is sprake van stroomlijning van bestaande administratieve handelingen
en controles aan de grenzen van de lidstaten. Naar verwachting zal in
de nog te verschijnen voorstellen tot wijziging van bestaande
EU-regelgeving geen sprake zijn van inhoudelijke wijzigingen. Het
voorlopige oordeel over de bevoegdheid en de subsidiariteit is dan ook
positief.
Proportionaliteit wordt voor de meeste elementen positief beoordeeld.
Een kanttekening dient echter gemaakt te worden bij de aangekondigde
wijziging van de douanewetgeving voor schepen (die tussen twee EU
havens varen). De bestaande implementatieproblemen dienen met het
bedrijfsleven geevalueerd te worden. Nederland heeft derhalve een
voorbehoud met betrekking tot het proportionaliteitsaspect van dit
onderdeel.
Ook verdient het vervoer van gevaarlijke stoffen en de toepassing van
de International Maritime Dangerous Goods (IMDG) Code en het European
Agreement concerning the international Carriage of Dangerous Goods by
Road (ADR) speciale aandacht. Vanzelfsprekend kan de EU-regelgeving
niet strijdig zijn met internationale verplichtingen. Zie ook
hieronder.
Indien het voorstel budgettaire gevolgen heeft, dan worden deze
ingepast op de begroting van de beleidsverantwoordelijke
departementen, conform de regels budgetdiscipline.
Nederlandse positie over de mededeling
Nederland verwelkomt de mededeling van de Commissie. De doelstelling
hiervan is Nederland uit het hart gegrepen, zij ijvert hier al jaren
voor. Het zogenaamde 'shortsea' vervoer is voor Nederland niet
onbelangrijk: 60% van de Nederlandse reders is actief in dit segment.
De Nederlandse shortsea sector staat, gemeten in omvang van de
vervoerde lading, in Europa na het Verenigd Koninkrijk en Italië op de
derde plaats. Momenteel ligt het aandeel van het 'shortsea' vervoer in
het internationale goederenvervoer van en naar Nederland op ongeveer
20%. De Nederlandse regering heeft deze ontwikkeling de afgelopen
jaren actief gesteund door onder meer financiële ondersteuning van het
Voorlichtingsbureau Short Sea Shipping.
Tot de actiepunten in de mededeling behoren ook voorstellen tot het
verwijderen van overlappingen en/of strijdigheden in Europese
regelgeving die tot onnodige administratieve lasten voor het
intra-Europees vervoer over zee leiden. Dit streven past in de
doelstelling van de Commissie om te komen tot betere regelgeving
('better regulation'). Verder benadrukt de Commissie in haar
mededeling dat naast voorstellen in de sfeer van de één-loket gedachte
('single window') de administratieve knelpunten ook via
technologische/innovatieve oplossingen weggenomen kunnen worden.
Over de noodzaak hiervan voor het bedrijfsleven stuurde de
verladersorganisatie EVO in juli 2008 een `brandbrief' aan de
staatssecretaris van Economische Zaken en van Financiën.
Het één loket concept is overigens niet alleen in intra-Europees
vervoer van belang maar ook voor het internationale scheepvaartverkeer
van en naar Europa. In internationaal verband (IMO/FAL , VN, WCO
)wordt het opzetten van één loket voor alle administratieve procedures
bevorderd door onder meer het standaardiseren van de aan te leveren
gegevens, het ontwikkelen van standaard elektronische berichten en het
ontwikkelen van richtsnoeren voor het opzetten van één enkel loket. De
ambitie van de Commissie om de administratieve procedures te
vereenvoudigen en daarmee een pad te effenen om `single windows`
mogelijk te maken wordt dan ook onderschreven. Het streven naar het
gebruik van elektronische data uitwisseling en de papieren documenten
af te schaffen is daarbij wenselijk en past in de hedendaagse
ontwikkelingen.
Nederland ziet uit naar het voorstel van de Commissie tot
vereenvoudiging van de douaneformaliteiten, maar tekent hierbij aan
dat een wijziging van de wetgeving nauwlettend zal moeten worden
onderzocht. Prioriteit moet worden gegeven aan verbetering van de
implementatie van de bestaande wetgeving. Nederland wil ervoor waken
dat de voorstellen van de Commissie leiden tot meer regeldruk en
fraudegevoeligheid. Een evaluatie, in samenwerking met het
bedrijfsleven, van de implementatie van bestaande wetgeving zou een
goed instrument kunnen zijn om een start te maken tot echte
lastenverlichting. Winst zou voorts te behalen zijn met
vereenvoudiging en vooral stroomlijning van het huidige
documentatiesysteem inzake gezondheid en veiligheid, milieu,
veterinaire en phytosanitaire inspecties.
De Commissie Noordzij, die op verzoek van het kabinet afgelopen jaar
een fundamentele verkenning uitvoerde naar transportbelemmeringen, gaf
in haar adviesrapport "Weg belemmeringen. Van red tape naar red
carpet" een top-15 aan van regeldruk-knelpunten die binnen één jaar
zouden moeten worden opgelost. `Short sea shipping` is er één van, dat
wil zeggen de invoerrechten voor de kustvaart en de afhandelingswijze
door de fiscus. Als actie adviseert de Commissie Noordzij overleg
terzake tussen deskundigen van overheid en bedrijfsleven om te bezien
of in Nederland een proefproject kan worden gestart. De bedoeling is
om, bij succes, te bezien in hoeverre dat proefproject kan worden
uitgebreid richting andere lidstaten. Eventueel kan dit punt op de
lijst worden geplaatst met dereguleringsvoorstellen voor de EU High
Level Group, onder leiding van Edmund Stoiber. Deze heeft als opdracht
voorstellen te formuleren om in 2012 de administratieve lasten die
door EU-wetgeving aan het bedrijfsleven in Europa worden opgelegd, met
25% te verminderen.
Ten aanzien van de voorgestelde maatregel tot vereenvoudiging van
regels voor het vervoer van gevaarlijke stoffen aan boord van schepen
die vrachtwagens vervoeren (zogeheten ro-ro-schepen, `roll-on,
roll-off`) geldt nog wel de nodige waakzaamheid. Volgens Nederland is
de manier waarop de vereenvoudiging wordt voorgesteld niet gewenst.
Met name bij certificering van wegvoertuigen worden onder het ADR geen
vastzetvoorzieningen voorgeschreven. Deze worden onder de IMDG Code
voorgeschreven. In het kader van de veiligheid en de stabiliteit van
het schip acht Nederland het niet wenselijk dat voertuigen zonder deze
vastzetvoorzieningen voor zeevervoer worden toegestaan.
Voor wat betreft de 'one stop administrative shop' heeft Nederland
vorig jaar hierin een belangrijke stap gezet door de ondertekening van
het Convenant Ladingregie Zeehavens: om in de logistieke keten geen
onnodige vertraging en kosten te veroorzaken krijgt het
grensoverschrijdende goederenvervoer in de zeehavens voor wat betreft
de handhavingsdiensten voortaan slechts met één loket te maken.
De materie van vereenvoudiging van administratieve lasten en een
Europees level playing field is niettemin voor het maritiem transport
weerbarstig. Daarom blijft Nederland van mening dat vereenvoudiging en
harmonisatie van financiële en administratieve procedures vereist is
en de Europese lidstaten zich meer moeten inspannen om bestaande
knelpunten op het gebied van onder meer administratieve lasten, douane
en inspecties op te heffen.
* Ministerie van Buitenlandse Zaken
* Bezuidenhoutseweg 67
* Postbus 20061
* 2500 EB Den Haag
* Tel.: 070-3 486 486
* Fax: 070-3 484 848
* Internet: www.minbuza.nl
Ministerie van Buitenlandse Zaken