D66

Essent verkopen aan gesplitst bedrijf

16 januari 2009

D66-Tweede Kamerlid Boris van der Ham staat niet negatief tegenover een mogelijke overname van het Nederlandse energiebedrijf Essent door het Duitse RWE, dat onlangs een bod uitgebracht. D66 vindt dat er wel een aantal voorwaarden aan verbonden moet zijn. De belangrijkste is dat het Duitse bedrijf zo snel mogelijk gesplitst moet worden in een bedrijf dat zich bezig houdt met de productie en verkoop van energie, en een bedrijf dat zich bezighoudt met het netwerk van energielevering.

Splitsing

In Nederland is deze splitsing al bijna doorgevoerd . Hierdoor is het netwerk van energie in handen van de overheid en heeft de consument een grote leveringszekerheid. De productiebedrijven opereren echter wel op de markt. Van der Ham: "Dat is het beste van twee werelden voor de consument." De rest van Europa is echter nog niet zo ver. D66 vind dat het gesplitste Essent pas verkocht mag worden aan RWE als dat bedrijf een onomkeerbare stap heeft gedaan tot splitsing.

Duurzaam

Verder heeft D66 vragen gesteld over de duurzaamheidinvesteringen, de prijs die er betaald wordt voor Essent en de achterblijvende schulden bij de netwerkbedrijven. Van der Ham: "Provincies krijgen nu een behoorlijke som geld. Het lijkt mij verstandig om daar zorgvuldig mee om te gaan. Het moet niet direct worden uitgegeven. Er moet worden ingecalculeerd dat de stroom dividendinkomsten uit het verleden opdroogt. En daarnaast zouden investeringen duurzame energie moeten aanmoedigen. D66 is er bijvoorbeeld een voorstander van dat netwerken worden verbeterd, zodat alle duurzaam geproduceerde elektriciteit naar het net kan stromen."

Lees hier de volledige bijdrage van Boris van der Ham in het debat met het kabinet.