Universiteit van Tilburg 9 januari 2009
'Christendom biedt nog steeds perspectief aan zoekende mens'
Promotie theologe over ervaringen geloofsleerlingen
Heeft het christendom vandaag de dag nog wat te bieden aan de
spiritueel zoekende mens? De theologe Annemiek de Jong-van Campen
beantwoordt deze vraag met een volmondig 'ja' op grond van haar
promotieonderzoek. Ze bestudeerde zes 'ervaringsverhalen' van
zogenaamde geloofsleerlingen of inwijdelingen, die bijvoorbeeld aan
een georganiseerde pelgrimstocht hebben deelgenomen of op volwassen
leeftijd tot de rooms-katholieke kerk zijn toegetreden. De verhalen
laten zien hoe hun geloof zich ontwikkelt en verdiept. De Jong-van
Campen promoveert op 16 januari aan de Faculteit Katholieke Theologie
van de UvT.
De ervaringsverhalen die Annemiek de Jong-van Campen analyseerde maken
allereerst zichtbaar hoe het spirituele inwijdingsproces verloopt bij
mensen die Gods aanwezigheid, liefde, vreugde, barmhartigheid en
troost beginnen te ervaren bij concrete gebeurtenissen in hun leven
zoals geboorte, dood, ziekte en genezing, verlangen, vervulling en
gemis. Hun inwijding in de goddelijke geheimen omvat volgens de
promovenda alle aspecten van hun mens-zijn. Waar het denken en
ervaren, doen en laten en de wijze waarop mensen in relatie treden met
anderen vaak verward is, onzuiver en op zichzelf gericht, schept
inwijding in het christelijk geloof een ruimte waardoor God werkzaam
kan zijn door de nieuwe gelovigen heen. Het vormt ze om van mensen die
genoeg hebben aan zichzelf tot mensen die zich verbinden met anderen.
Binnen de relatie met God worden zij omgevormd tot de mens die zij
volgens het christelijke geloof in oorsprong en belofte zijn: kind van
God en zuster of broeder van medemensen.
De ervaringsverhalen geven daarnaast zicht op de wijze waarop de
geloofsgemeenschap in het algemeen en de begeleider van de nieuwe
gelovige in het bijzonder het christelijk geloof aan de
geloofsleerlingen overbrengt. Een goede begeleiding van een
inwijdeling heeft betrekking op de mens in zijn geheel, met als gevolg
dat zowel de inwijdeling als de geloofsgemeenschap meer tot leven
komen, aldus De Jong-van Campen.
Tenslotte blijkt uit de ervaringsverhalen dat er in
inwijdingsprocessen meer mensen betrokken zijn dan de traditioneel
onderscheiden inwijdeling, inwijder en God. Dit roept volgens de
promovenda op tot een grotere waardering van de rol die mensen uit een
geloofsgemeenschap kunnen spelen in een inwijdingsproces van
spiritueel zoekende mensen en (nieuwe) gelovigen.
De Jong-van Campen ontwikkelde op grond van haar onderzoek een nieuw
concept van mystagogie, dat letterlijk 'inwijding in de geheimen'
betekent. De zes ervaringsverhalen geven volgens haar een helder beeld
van hoe mystagogie zich in de hedendaagse praktijk voordoet. Daarnaast
zouden ze leiden tot het inzicht dat wie ingewijd raakt in 'het geheim
dat God' is, meer mens wordt èn meer bijdraagt aan de vorming van een
menswaardige gemeenschap.
Annemiek de Jong-van Campen (1972) studeerde theologie aan de
Katholieke Theologische Universiteit te Utrecht met als specialisatie
godsdienstpsychologie, praktische theologie en spiritualiteit (Titus
Brandsma Instituut te Nijmegen). Zij promoveerde op het onderzoek naar
mystagogie in werking aan de Faculteit Katholieke Theologie van de
Universiteit van Tilburg. Het onderzoek werd mede mogelijk gemaakt
door verschillende religieuze orden en congregaties, de voormalige
Katholieke Theologische Universiteit te Utrecht en de Stichting
Porticus te Amsterdam. De Jong-van Campen is geestelijk gevormd binnen
de ignatiaanse spiritualiteit.
Universiteit van Tilburg