--- EMBARGO TOT DONDERDAG 15 JANUARI 2009, 09.30 UUR ---
Zwangerschap ruim 100 keer dodelijker in ontwikkelingslanden
Unicef: extreme risico's voor zwangere vrouwen en pasgeboren baby's in ontwikkelingslanden
Johannesburg/New York/Den Haag, 15 januari 2009 - In ontwikkelingslanden loopt een vrouw een risico van 1 op 76 om tijdens haar zwangerschap, bevalling of in het kraambed te sterven. Een vrouw in een ontwikkeld land loopt een risico van 1 op 8.000 om hetzelfde te overkomen. Ook pasgeboren baby's in ontwikkelingslanden zijn slechter af. De kans om in hun eerste levensmaand te sterven is veertien keer groter dan voor kinderen in ontwikkelde landen. Dat staat in het vandaag gelanceerde jaarrapport van Unicef 'The State of the World's Children 2009'. Dit rapport houdt jaarlijks nauwgezet bij hoe de levensomstandigheden van kinderen zich wereldwijd ontwikkelen.
'The State of the World's Children' legt dit jaar extra nadruk op de gezondheid en overleving van moeders en pasgeborenen. Het benadrukt het verband tussen moeder- en babysterfte, en stelt mogelijkheden voor om het gat tussen rijke en arme landen te dichten.
Millenniumdoelen
In 2000 beloofde de wereldgemeenschap het aantal vrouwen dat in het kraambed overlijdt voor 2015 met driekwart terug te dringen en kindersterfte met tweederde te verminderen ten opzichte van 1990. Terwijl veel ontwikkelingslanden de laatste jaren goede vooruitgang boeken in het voorkomen van kindersterfte, is er slechts weinig voortgang te zien in het verlagen van de sterftecijfers onder aanstaande of net bevallen moeders. 'Elk jaar sterven meer dan een half miljoen vrouwen aan complicaties tijdens de zwangerschap of bevalling, waaronder ongeveer 70.000 meisjes en jonge vrouwen tussen de vijftien en negentien jaar', zegt Jan Bouke Wijbrandi, directeur van Unicef Nederland.
Niger en Malawi brachten hun sterftecijfer voor kinderen onder de vijf jaar tussen 1990 en 2007 met de helft terug. In Indonesië daalde het kindersterftecijfer tot een derde van wat het was in 1990, en in Bangladesh stierf in 2007 minder dan helft van het aantal kinderen dat in 1990 voor hun vijfde verjaardag overleed. Dezelfde vooruitgang is niet geboekt in de strijd tegen moedersterfte.
Moeder- en zuigelingensterfte
Terwijl de sterftecijfers voor kinderen onder de vijf jaar wereldwijd dalen, blijven de gezondheidsrisico's voor moeders, die zeer kwetsbaar zijn tijdens de bevalling en in de eerste dagen daarna, én de risico's voor baby's in de eerste 28 dagen van hun leven, onacceptabel hoog.
De kans om te overlijden aan complicaties tijdens een zwangerschap of bevalling, is voor een vrouw in de minst ontwikkelde landen meer dan driehonderd keer groter dan voor een vrouw in een geïndustrialiseerd land. Ongeveer 99 percent van alle sterfgevallen vindt plaats in ontwikkelingslanden, waar het krijgen van een kind voor vrouwen een van de meest serieuze gezondheidsrisico's vormt. Afrika en Azië spannen de kroon. Een hoge fertiliteit, een tekort aan getraind personeel en een zwak gezondheidszorgsysteem leiden daar vaak tot tragedies voor veel jonge vrouwen.
De landen met het grootste risico zijn: Niger, Afghanistan, Sierra Leone, Tsjaad, Angola, Liberia, Somalië, de Democratische Republiek Congo, Guinee-Bissau en Mali. De kans dat een vrouw in deze landen sterft tijdens of vlak na de zwangerschap varieert van 1 op 7 in Niger, tot 1 op 15 in Mali.
Geïntegreerde zorgverlening
Om moeder- en kindersterfte te verminderen, is samenwerking, betrokkenheid en creativiteit nodig, aldus het rapport. Gezondheidszorgsystemen moeten worden versterkt en zijn volgens het rapport het meest effectief in een omgeving waarin vrouwen zelfstandig kunnen zijn, onderwijs krijgen en beschermd worden.
Unicef raadt een geïntegreerde zorgverlening aan, waarin alle noodzakelijke diensten op elkaar afgestemd en voor iedereen voortdurend toegankelijk zijn, zowel thuis als op lokatie. Meer gezondheidswerkers moeten worden getraind, en er moet meer geïnvesteerd worden in het uitbreiden en verbeteren van de gezondheidszorg en - faciliteiten.
'Het redden van de levens van moeders en hun pasgeboren kinderen vraagt meer dan alleen een medische interventie', zegt Jan Bouke Wijbrandi. 'Ook onderwijs aan meisjes is van groot belang bij het tegenaan van moeder- en zuigelingensterfte. Bovendien profiteren ook families en gemeenschappen daarvan.'
Bestellen:
The State Of The World's Children 2006, Excluded And Invisible
-