Gemeente Alphen aan den Rijn
Aarlanderveen in oude glorie hersteld
Begraafplaats Aarlanderveen in oude glorie hersteld
Op dinsdag 23 december is de renovatie van de begraafplaats Zuideinde
in Aarlanderveen afgesloten met een passende bijeenkomst. Wethouder
Hans Groen in t Wout opende de monumentale begraafplaats in bijzijn
van de omwoners. Aarlandervener Arjan van t Riet blikte terug op de
historie van de begraafplaats. De begraafplaats staat sinds 1995 op de
gemeentelijke monumentenlijst. Het monument is weer in haar oude
glorie hersteld, met oog voor het authentieke karakter.
Buiten de dorpskern
Ook in Aarlanderveen werden de doden oorspronkelijk in de dorpskern
begraven rondom de dorpskerk. Hier was dat de hervormde kerk. In 1870
werd de begraafplaats geinspecteerd door de hoofdingenieur van
Waterstaat en hij oordeelde dat de ligging in de onmiddellijke
nabijheid van woningen schadelijk voor de volksgezondheid. Er moest
een nieuwe locatie gezocht worden. De weduwe van Dirk van Leeuwen
wilde haar oude boerderij wel voor 700 gulden aan de gemeente
verkopen. De boerderij stond verwijderd van bebouwing, maar toch op
redelijke loopafstand van het dorpscentrum. Twintig jaar nadat zij
haar boerderij verkocht, werd ook zij hier begraven. Zij werd daarmee
de enige Aarlandervener die op het eigen erf een laatste rustplaats
vond.
Oorspronkelijk ontwerp
De aanneemsom bedroeg in de 19e eeuw 7.673 gulden. De gemeente
Aarlanderveen moest er een lening voor afsluiten. De nieuwe
begraafplaats werd aangelegd in de classicistische stijl, dus
symetrisch: Links en rechts zijn elkaars spiegelbeeld.
Bij de ingang werd aan de noordkant een baarhuis voor het opbergen van
gereedschappen van de doodgraver gebouwd. Aan de zuidkant kwam een
lijkenhuis waar lichamen konden worden opgebaard. In die tijd was men
beducht voor schijndood en in het lijkenhuis kon een oppasser in de
gaten houden of de opgebaarde nog tekenen van leven gaf. Overigens is
er waarschijnlijk nauwelijks van de mogelijkheid gebruik gemaakt.
Vóór de huisjes werd, over de hele breedte van de begraafplaats een
fraai hek neergezet. De negentiende eeuwer had bij de ornamenten geen
uitleg nodig. De doodshoofden met de gekruiste dijbeenderen waren het
symbool van de dood; de voortschrijdende tijd werd gesymboliseerd door
de zandloper voorzien van vleugels; de zeisen waren het symbool van de
tijdelijkheid van het aardse leven; de slang die in zijn eigen staart
bijt symbool van de eeuwige kringloop van het leven; de uitdovende
fakkels de symbolen van de eindigheid. Het hek werd later verplaatst
naar de huidige plek, tussen het baar- en lijkenhuis.
Vroeger liep ook vóór de begraafplaats langs een sloot. Over een drie
meter brede brug kon men de begraafplaats bereiken. De brug verdween,
waarschijnlijk omdat het onpraktisch was om op het smalle Zuideinde
met lijkkoetsen te keren. De fundering van die brug, bestaande uit 44
houten palen, ligt er nog.
Twijfelachtige eer
Op de begraafplaats waren oorspronkelijk 272 graven gepland. Die waren
verdeeld over vijf rangen. De rijken konden, in de opvatting van die
tijd, natuurlijk niet begraven worden tussen hun minder bedeelde
dorpsgenoten. Palen gaven de grenzen tussen de verschillende rangen
aan. Er zijn nog twee palen bewaard gebleven.
Eind januari 1873, nu bijna 136 jaar geleden, opende het hek zich voor
de eerste maal voor een begrafenis. De oud-metselaar Hendrik Heemskerk
viel de twijfelachtige eer te beurt als eerste op de begraafplaats ter
aarde te worden besteld. Hendrik was 85 jaar oud geworden.
Op de huidige begraafplaats liggen zon 1.400 dorpsgenoten begraven.
Precies 1.246 zijn er begraven tussen 1873 en 1987. U kunt ze vinden
via de website van het streekarchief: www.groenehartarchieven.nl.
Met dank aan Aarlandervener Arjan van t Riet. Dit artikel is gebaseerd
op zijn toespraak bij de bijeenkomst op 23 december 2008
© Gemeente
Alphen aan den Rijn
Stadhuisplein 1
2405 SH Alphen aan den Rijn
Tel: 0900 - 481 11 11
Fax: (0172) 46 55 64
gemeente@alphenaandenrijn.nl
Postbus 13, 2400 AA
Alphen aan den Rijn