Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer



Afsluiting Week van de Bodem

Spreekpunten van minister Cramer bij de afsluitingsbijeenkomst voor de 'Week van de Bodem' op 1 december 2008.

Dank voor dit 'majestueuze' boek. In mijn betoog vanavond wil ik u duidelijk maken dat we behoefte hebben aan een kristalhelder bodembeleid waarin mijn stelling is: de bodem is een bron voor duurzame welvaart, zolang we gezamenlijk de mogelijkheden benutten en de beperkingen respecteren.

We zijn bijna aan het eind van de week van de bodem gekomen, een reis van 7 dagen door de bodem en het bodembeleid. Ik heb - net als vele andere betrokkenen bij de Week van de Bodem - een zakje grond meegenomen met een bijzondere betekenis voor mij. Ik heb grond uit mijn tuin meegenomen omdat ik die grond met zorg behandel. Dus op tijd bemesten, onkruid wieden enzovoorts. Zo zouden we in het algemeen met onze bodem om moeten gaan: alsof het onze eigen achtertuin is.

Opvallend tijdens deze week was de verontwaardiging over de onnodige uitputting van de bodem, over de onnodige verrommeling van het landschap en over het gedrag van speculanten. Daar tegenover stond en staat de oprechte wil bij alle partijen, zowel markt als overheid, om allianties te vormen teneinde op een bewuste, verantwoorde wijze gezamenlijk de vele mogelijkheden van de bodem te benutten.

Dames en heren,

De bodem is in al haar facetten een complexe, boeiende en innovatieve materie. Het is zowel mijn taak als de taak van de sector om de mogelijkheden en beperkingen van de bodem onder de aandacht te brengen van marktpartijen en het grote publiek. Daarbij is het van het grootste belang dat wij hen een handelingsperspectief geven, waarmee zij meer bewust en duurzamer willen omgaan met de bodem.

Hiervoor is met het initiatief 'Bewust Bodemgebruik'een goede aanzet gegeven. Ik haal er twee zaken uit.

* Eén van de grote winstpunten van dit initiatief is, dat het kennis en kennisnetwerk verder is uitgebreid en versterkt. Met als een van de aansprekende resultaten het benoemen van een groep ambassadeurs. Zij zullen het gedachtegoed van duurzaam bodemgebruik uitdragen binnen hun organisatie en netwerken. Zij zullen anderen inspireren tot actie en achterblijvers aansporen.
* Op de tweede plaats is het bodemgebruik nadrukkelijk gekoppeld aan enkele van de grote matschappelijke thema's waar we ons voor geplaatst zien: klimaat en energie, inrichting van het stedelijke en landelijk gebied en het gebruik van onze natuurlijke bronnen. Deze thema's zijn in de week van de bodem uitgebreid aan de orde geweest. Ik wil hier nog twee belangrijke thema's aan toevoegen: het omgaan met bodemverontreiniging, met name de aanpak van spoedlocaties en buisleidingen.

Ik vind de toenemende vraag naar het gebruik van de ondergrondse ruimte en de daarmee gepaard gaande druk op de kwaliteit van het bodem- en watersysteem zo belangrijk dat ik snel wil komen tot een goede regulering van het gebruik. Ik ben van mening dat de overheid de functies bewust moet gaan toewijzen.

Bij die toewijzing moet de overheid een afweging maken ten opzichte van andere potentiële functies in het betreffende gebied.en het behoud van de kwaliteit van de bodem. Bij het toekennen van functies zou een beperking in de tijd moeten gelden. Er moet wat mij betreft een zorgplicht komen. Hierdoor vind aan het eind van de economische of technische levensduur van een bepaald gebruik herstel van de oorspronkelijke situatie plaats.

Verder heb ik voor ogen dat de kosten en baten van een bepaald gebruik van de bodem eerlijk over alle betrokken partijen worden verdeeld. Daarvoor is het naar mijn mening verstandig om het realiseren van een bepaalde voorziening te koppelen aan de langjarige exploitatie van die voorziening en het langjarige beheer van de bodem. Zo krijgen alle partijen een gelijkgericht belang waardoor voorzieningen duurzaam worden aangelegd en een goed beheer is verzekerd. Aangezien we het hier hebben over maatschappelijk zeer gewenste functies, zoals bijvoorbeeld energiewinning uit de bodem kan de overheid actief participeren. Zij moet soms ook de voortrekkersrol durven vervullen. Deze gedachten worden momenteel uitgewerkt en ik verwacht ze komend voorjaar in de Kamer te kunnen presenteren.

Dames en heren, met in onze bagage de bodemspiegel en het perspectievenverhaal beiden zijn vanavond uitgebreid besproken - staan we aan het begin van een nieuwe gezamenlijke reis. Met de bodem als verbindende schakel tussen de verschillende bestemmingen.Ik benadruk gezamenlijke reis want ik ben geenszins van plan om deze reis alleen te ondernemen.

We hebben zo-even al gesproken over de thema's van de perspectieven en bodemspiegel. Bewustwording of beter het vergroten van het bewustzijn over het belang van bodem bij bestuurders, bedrijfsleven, belangengroepen en burgers is een essentieel thema. Bestuurders moeten een visie hebben hoe zij gebieden willen inrichten en daarbij gebruik willen maken van de schaarse ondergrondse ruimte. Het bedrijfsleven moet het inzicht en de bereidheid hebben om te kiezen voor lange termijn rendement boven korte termijn winsten. Belangengroepen en burgers moeten de partijen scherp houden en de allianties steunen. Alleen dan komen we verder.

Een tweede belangrijk thema is de effecten van het gebruik. We weten nog onvoldoende hoe de bodem reageert op allerlei veranderingen en vormen van gebruik. Daarom wil ik dat er een innovatie- en een onderzoeksprogramma wordt geformuleerd waarin de mogelijkheden en beperkingen van gebruik worden verkend en onderzocht.

Een derde thema is de rol van de overheden. Zij zullen in dit dilemma
- benutten versus beschermen - moeten sturen op basis van tal van afwegingen. En dat is een complexe materie ook al omdat de verschillende overheden soms verschillende belangen hebben.

De bodemspiegel biedt hierbij houvast. Ik zou daar zelf aan toe willen voegen dat de vraagstukken van de klimaatverandering en de leefbaarheid van stad en platteland dermate dringend zijn dat wij het ons niet kunnen permitteren om terughoudend te zijn bij het benutten van de mogelijkheden die de bodem biedt. Maar dat betekent wel dat we zeer alert moeten zijn op mogelijke problemen en dat we snel moeten leren van eventuele fouten. Het bodembeleid van de toekomst vraagt om innovatief denken, doortastend handelen en durven leren van gemaakte fouten.

Dames en heren,

Nog even terug naar 21 mei: de bodemconferentie. Ik vond de conferentie een groot succes en was zeer tevreden over de uitkomsten. We hebben op die 21e mei gesproken over mijn inzet voor een bodemkansenbeleid. Ik heb benadrukt dat ik bij bodemsanering een intensievere aanpak van de spoedlocaties wil. En dat ik wil komen tot een duurzaam gebruik van de ondergrond en een gebiedsgerichte aanpak van grootschalige grondwaterverontreinigingen. Ik heb toen ook geconstateerd dat een euro maar één keer uitgegeven kan worden. We moeten dus prioriteiten stellen. Van de zijde van mijn bestuurlijke partners heb ik een duidelijke betrokkenheid gezien om gezamenlijk de prioriteiten op te pakken.

Eén van mijn conclusies was dat we de ondergrond beter moeten ontwikkelen, maar tegelijkertijd zorgvuldigheid in acht moeten nemen. We moeten dus scherpe randvoorwaarden en criteria formuleren. Maar die mogen ook weer niet zo remmend werken dat kansrijke mogelijkheden op korte termijn niet benut worden. Dit geldt onder andere voor het beleid voor buisleidingen waarvoor ik op dit moment een structuurvisie opstel. Het convenant kunnen we daarvoor prima benutten.

Het convenant probeert de juiste balans tussen bescherming en benutting te vinden. Ik ben als het ware tweemaal minister van milieu. Ik wil enerzijds de ondergrond benutten voor onder meer bodemenergie - een duurzame vorm van energie die geen fossiele brandstoffen nodig heeft - en anderzijds de kwetsbaarheid van de bodem als ecosysteem beschermen.

Tot slot. Als ik in de kristallen bol van Cramer kijk dan zie ik in 2015 een integraal duurzaam beleid voor de ondergrond, waar bodemsanering een herkenbaar onderdeel is en waar we knelpunten ombuigen in kansen. En als ik het dan toch over de toekomst heb. In de negentiende eeuw schreef de beroemde Franse schrijver Jules Verne daar boeken mee vol. U kent ongetwijfeld zijn boek 'Reis naar het middelpunt der aarde'. Een fantasy verhaal waar avontuur, geologische kennis en romantiek verweven zijn....
Ik denk dat die mix ook van toepassing is op de reis die u straks in verschillende coalities gaat maken. Al hoeft u dat romantische deel natuurlijk niet letterlijk te nemen. Door een goede mix van durf en out of the box-denken én met de nodige kennisbagage over de bodem kunnen we van het bodembeleid een successtory maken. Van een bodembeleid naar bodemkansenbeleid. Dat is mijn kristalheldere boodschap. Ik wens u een goede reis!