College van Beroep voor het bedrijfsleven
Aan een indicatiebesluit kan onder bijzondere omstandigheden
terugwerkende kracht worden toegekend
Onder verwijzing naar zijn uitspraken van 29 juni 2005 (LJN AT8531) en
28 december 2007 (LJN BC3780) overweegt de Raad dat, gelet op artikel
13, tweede lid, van het Zorgindicatiebesluit en de toelichting
daarbij, uitgangspunt dient te zijn dat een indicatiebesluit in
beginsel geen terugwerkende kracht heeft en dat, tenzij er redenen
zijn om een latere datum te kiezen, de indicatie wordt verleend met
ingang van de datum van het indicatiebesluit. De Raad wil niet
uitsluiten dat de bijzondere omstandigheden van het concrete geval
aanleiding kunnen geven om van dit uitgangspunt af te wijken.
Naar het oordeel van de Raad is in het onderhavige geval sprake van
bijzondere omstandigheden die aanleiding geven om van het uitgangspunt
dat een indicatiebesluit in beginsel geen terugwerkende kracht heeft
af te wijken. Vaststaat dat betrokkene verzocht heeft om voortzetting
van de tot 15 augustus 2004 geïndiceerde zorg. Voorts is blijkens de
gedingstukken tussen partijen niet in geschil dat betrokkene ook na 15
augustus 2004 op dezelfde zorg als voorheen was aangewezen. Dit
betekent dat appellante als gevolg van het feit dat de aanvraag om een
vervolgindicatie eerst op 4 januari 2005 - nadat betrokkene door het
zorgkantoor was geïnformeerd dat wegens het ontbreken van een geldige
indicatie niet tot uitbetaling van de genoten zorg kan worden
overgegaan - is ingediend, geen moeilijkheden heeft ondervonden om de
indicatie voor zorg over de periode van 15 augustus 2004 tot 4 januari
2005 vast te stellen. Evenmin is tussen partijen in geschil dat
betrokkene over deze periode de voor hem benodigde zorg - behoudens
verblijf langdurig voor 7 etmalen per week - heeft ingekocht en deze
zorg ook daadwerkelijk heeft ontvangen. De Raad is van oordeel dat
onder deze omstandigheden voor appellante geen ruimte meer bestaat om
de eis van
niet-verwijtbaarheid aan betrokkene tegen te werpen
LJ Nummer:
BG8947
Bron: Centrale Raad van Beroep
Datum actualiteit: 12 januari 2009