Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid


07 jan 2009

Overlast probleemjongeren aanpakken met wijkverbod

Minister Hirsch Ballin van Justitie wil overlast van probleemjongeren effectief bestraffen met een wijkverbod dat rechters kunnen opleggen als zelfstandige maatregel. Het strafrecht kan hierdoor bijdragen aan de leefbaarheid in steden en wijken. Een wijkverbod sluit bovendien goed aan bij het snelrecht en de ontwikkeling van de Veiligheidshuizen.

Er bestaat een toenemende behoefte aan snel optreden door politie, Openbaar Ministerie en rechterlijke macht. Probleemjongeren die vernielingen aanrichten, geweld gebruiken en het werk van hulpverleners verstoren of bewoners en winkeliers in wijken lastig vallen, zouden stevig moeten worden aangepakt. Het strafrecht kent al wel verschillende mogelijkheden om een locatie- of wijkverbod op te leggen, maar niet als zelfstandige maatregel.

Rechters kunnen met het wijkverbod beter inspelen op maatschappelijke ontwikkelingen, zoals overlast in wijken en buurten. Het Veiligheidshuis kan hierbij een belangrijke rol vervullen, door een dossier samen te stellen op basis waarvan de rechter kan oordelen. De rechter kan de vrijheidsbeperkende maatregel opleggen in plaats van, of naast een geldstraf of vrijheidsstraf. In de praktijk zal het effect van een wijkverbod als zelfstandige maatregel groter zijn, omdat voor een langere duur kan worden gekozen dan bij een voorwaardelijke gevangenisstraf.

Minister Hirsch Ballin onderzoekt hoe het wijkverbod kan aansluiten bij een zo doeltreffend mogelijke vormgeving van het snelrecht, waarmee hij tegemoetkomt aan behoeften in de praktijk. Het wijkverbod is een nieuwe stap in het beleid van de bewindsman om overlast en jeugdcriminaliteit harder aan te pakken. De komende tijd werkt de minister het plan verder uit.