SGP
06 - 01 - 09 | Meer duidelijkheid over eed Meer duidelijkheid over
eed
Het afleggen van de ambtseed mag geen rommeltje worden. Dat stelt de
SGP naar aanleiding van de reactie van de regering op het feit dat
politie-ambtenaren geruime tijd de eed op Allah hebben kunnen
afleggen.
SGP-kamerlid Van der Staaij heeft hierover al eind oktober vragen
gesteld aan het kabinet. In reactie op die vragen stelt minister Ter
Horst van Binnenlandse Zaken dat de processen-verbaal die zijn
uitgeschreven door de ambtenaren die de eed op Allah hebben afgelegd
juridisch discutabel zijn. Dat schept verwarring en onzekerheid. Van
der Staaij vindt het ook gek dat het ministerie van niets wist. De SGP
wil dat er helderheid komt over het afleggen van de eed, en wel in die
zin dat recht wordt gedaan aan Nederland als land dat is gestempeld
door het christendom.
________________________________________
Antwoorden op vragen van het lid Van der Staaij (SGP) aan de minister
van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over de eedsaflegging
door politieagenten. (Ingezonden 22 oktober 2008)
1 Bent u bekend met het feit dat in het protocol beëdiging van de
Politie Hollands Midden de mogelijkheid wordt geboden om de eed af te
leggen âIn de naam van Allah, de Barmhartige Erbarmer, en hij is mijn
getuige dat ik dit beloofâ, waarbij de rechterhand op de Koran wordt
gelegd?
Antwoord vraag 1
Voorafgaande aan de berichtgeving hierover was mij niet bekend dat het
bij het regionaal politiekorps Hollands-Midden mogelijk is geweest de
eed op islamitische wijze te bekrachtigen. Over de beantwoording van
de kamervragen heb ik ambtsbericht ingewonnen bij de korpsbeheerder.
Deze heeft mij bericht dat het sinds maart 2008 niet meer mogelijk is
de eed op deze wijze te bekrachtigen.
2 Zijn er andere politiekorpsen of overheidsinstellingen die
soortgelijke mogelijkheden bieden?
Antwoord vraag 2
De rechtspositie van politieambtenaren en rijksambtenaren kent niet de
mogelijkheid tot het bekrachtigen van de eed op islamitische wijze. Op
grond van een onjuiste uitleg van de Wet vorm van de eed is het bij
het regionaal politiekorps Kennemerland tot maart 2008 mogelijk
geweest de eed op islamitische wijze te bekrachtigen. Slechts in
enkele gevallen is hiervan gebruik gemaakt.
Op grond van een Koninklijk Besluit uit 1916 is het voor moslims bij
het Koninklijk Nederlands Indisch Leger mogelijk gemaakt de eed op
Allah af te leggen. Deze mogelijkheid bestaat voor de militairen bij
Defensie nog steeds. Ook voor het burgerpersoneel van Defensie bestaat
de mogelijkheid de eed op andere wijze te bekrachtigen.
De provincies en gemeenten stellen zelf de inhoud van de eed of
belofte voor de provincie- respectievelijk gemeenteambtenaren vast.
Bij verscheidene provincies of gemeenten wordt hierbij ook de
mogelijkheid geboden de eed op islamitische wijze te bekrachtigen.
Bij de wijziging van de Ambtenarenwet waarbij de eed of belofte voor
ambtenaren verplicht is gesteld is aangegeven dat om zoveel mogelijk
aan de cultuur binnen de overheidsorganisatie tegemoet te komen, het
bevoegd gezag zelf het formulier van de eed- of belofteaflegging
vaststelt, alsmede de wijze waarop de gebeurtenis wordt georganiseerd
(Kamerstukken II, 2003-04, 29346, nr. 3, blz 18.).
3 Wat is uw oordeel over deze alternatieve wijze van eedsaflegging?
Deelt u de mening dat, mede in het licht van de uitspraak van de
Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State d.d. 16 januari
2002 inzake de beëdiging van een Statenlid uit Zuid-Holland,
alternatieve wijzen van het afleggen van ambts- en zuiveringseden ook
niet voor agenten moeten worden toegestaan?
Antwoord vraag 3
Zoals bij de beantwoording van vraag 2 aangegeven laat de
politierechtspositie geen afwijkende formuleringen toe. Een andere
wijze van bekrachtiging van de eed is in strijd met de regelgeving en
keur ik daarom niet goed.
4 In hoeverre kan de gehanteerde eedsformule er toe leiden dat
betrokkenen hun functie niet rechtsgeldig uitoefenen, dan wel de
rechtsgeldigheid van door hen verrichte handelingen in twijfel kan
worden getrokken?
Antwoord vraag 4
Een procesverbaal dat niet op ambtseed of ambtsbelofte is opgemaakt,
is niet in de wettelijke vorm opgemaakt en derhalve kan het slechts
als geschrift tot het bewijs meewerken volgens artikel 344, eerste
lid, sub 5, Wetboek van Strafvordering (Sv).
Een verklaring van een politieambtenaar die niet de juiste ambtseed
heeft afgelegd is echter niet om deze reden geheel onbruikbaar als
bewijs in het strafproces. Aan een dergelijke verklaring kan echter
niet de status van art. 344, tweede lid, Sv worden toegekend. Dit
artikel maakt het mogelijk om bij de berechting van simpele op
heterdaad geconstateerde overtredingen het feit enkel op basis van het
ambtsedig proces-verbaal van de opsporingsambtenaar bewezen te
verklaren. Een vonnis of arrest dat onherroepelijk is geworden, blijft
dat en is voor tenuitvoerlegging vatbaar. Als de uitspraak nog niet
onherroepelijk is, staat het de verdachte vrij dit punt op te brengen,
nadat hij een rechtsmiddel heeft aangewend. De rechter zal dan bezien
welke waarde hij daaraan in het concrete geval toekent.
5 Op welke wijze wilt u waarborgen dat dergelijke alternatieve wijzen
van eedsaflegging voor publieke ambtsdragers niet langer worden
geboden?
Antwoord vraag 5
De rechtsposities van de ambtenaren in de sector Rijk en Politie laten
een afwijkende bekrachtiging van de eed niet toe. Bij de sector Rijk
en in de sector Politie houden alle organisaties zich thans aan de
toepasselijke rechtspositionele bepalingen.
Zoals bij vraag 2 is aangegeven stelt op grond van de Ambtenarenwet
het bevoegd gezag zelf het formulier van de eed- of belofteaflegging
vast, alsmede de wijze waarop de gebeurtenis wordt georganiseerd.