Politie Rotterdam Rijnmond

Dinsdag 6 januari 2009

* BESTUURLIJKE RAPPORTAGE NAAR AANLEIDING VAN FRAUDE

THUISZORGINSTELLING VERSTUURD

De Regionale Recherchedienst (RRD) van de politie Rotterdam-Rijnmond en de Sociale Inlichtingen- en Opsporingsdienst (SIOD) van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid hebben naar aanleiding van een onderzoek in Rotterdam naar mogelijke fraude bij een thuiszorginstelling een bestuurlijke rapportage opgesteld. De rapportage is vorige maand naar de betrokken autoriteiten gestuurd.

Politie en SIOD deden in maart 2008 invallen bij een aantal locaties van de betrokken thuiszorginstelling en hielden vier bestuurders van de instelling aan. De instelling trad op als gemachtigde van zorgbehoevenden en de bestuurders worden ervan verdacht geld dat bedoeld was voor zorg in eigen zak te hebben gestoken. Deze instelling regelde voor de cliënt alles: van de aanvraag van een persoonsgeboden budget (PGB) of Zorg in Natura (ZIN) tot de zorg zelf.

Gaande het onderzoek stuitten politie en SIOD op een aantal kwetsbare punten in het huidige stelsel van extramurale zorg. De rapportage is dan ook bedoeld om betrokken instanties te informeren over de bevindingen.

Zo bevelen politie en SIOD aan de aanvraag van PGB en ZIN te vereenvoudigen. Als deze aanvragen klantvriendelijker kunnen worden gedaan, hebben ,,professionele'' tussenpersonen minder kans. In het huidige systeem bestaat de mogelijkheid dat aanvragen, verlenen, declareren en verantwoorden van zorg in één hand komen te liggen. Daardoor neemt het risico op belangenverstrengeling en fraude toe.

De toekenning van het PGB en de ZIN vindt plaats na een indicatiestelling. ZIN wordt geleverd door een toegelaten instelling die een contract heeft met een zogenoemd zorgkantoor. In het contract worden te leveren uren zorg en tarieven vastgesteld. Bij een PGB moet de budgethouder de bestede gelden direct verantwoorden bij het zorgkantoor.

In de rapportage wordt geconstateerd dat controle op verantwoording van het budget of het aantal geleverde zorguren, vooral een papieren controle blijkt te zijn. Of de zorg ook daadwerkelijk volgens de indicatie wordt geleverd, wordt niet gecontroleerd.
Er is geen prikkel bij de zorgkantoren om te controleren: dat kost geld en onregelmatigheden leveren geen verliespost op.

Zo kan een toegelaten zorginstelling doorcontracteren naar (niet-toegelaten) ,,onderaannemers'' in een andere regio, en mede daardoor minder controle uitoefenen op de gedeclareerde uren en verleende zorg. Ook is gebleken dat zorg geleverd kan worden door personeel dat niet de juiste opleiding heeft, omdat er geen heldere kwaliteitsnormen zijn.

Toegelaten instellingen kunnen als het ware hun toelating ,,exploiteren'' door veel werk uit te besteden aan onderaannemers, en zelf niet of nauwelijks nog zorg te verlenen. Uit de rapportage blijkt dat opeenvolgende ,,onderaannemers'' vervolgens toch een behoorlijke winstmarge (lijken te kunnen) realiseren. Dat lijkt overigens, behalve ten koste van de zorg, ook ten koste te gaan van het personeel.