European Union



RAAD VAN
DE EUROPESE UNIE

NL

Brussel, 17 december 2008

17387/1/08 REV 1 (Presse 377)

P 155

(OR. fr)

PERSMEDEDELING

Betreft: Verklaring over individuele Oezbeekse gevallen

Verklaring van het voorzitterschap namens de Europese Unie over individuele Oezbeekse gevallen

In aansluiting op het door de Raad Algemene Zaken en Externe Betrekkingen van 13 oktober 2008 genomen besluit had de Europese Unie zich verheugd getoond over de vrijlating van twee Oezbeekse mensenrechtenactivisten, de heren Dilmurod Mukhiddinov en Mamarajab Nazarov, alsook over het feit dat aan mevrouw Tadzjibaeva, een voorwaardelijk in vrijheid gesteld en bekend mensenrechtenverdediger, toestemming was verleend om het grondgebied te verlaten.

Heden spreekt de Europese Unie haar diepe bezorgdheid uit over de recente, in beroep bevestigde, veroordeling tot tien jaar gevangenisstraf van de heer Solijon Abdurakhmanov, onafhankelijk journalist, en van de heer Agzam Turgunov, mensenrechtenactivist.

De Europese Unie verzoekt de Oezbeekse autoriteiten dringend de verplichting na te komen om gevangenen tegen slechte behandeling te beschermen, en volledige opheldering te verschaffen over de door de heren Solijon Abdurakhmanov en Agzam Turgunov geuite beschuldigingen.

In dit jaar van de 60e verjaardag van de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens verwacht de Europese Unie dat de Oezbeekse autoriteiten de heren Solijon Abdurakhmanov en Agzam Turgunov, alsook alle andere mensenrechtenverdedigers en de gevangenen op wier situatie de Europese Unie meerdere malen hun aandacht heeft gevestigd, vrijlaten en een eind te maken aan alle vormen van intimidatie ten aanzien van mensenrechtenverdedigers.

De kandidaat-lidstaten Kroatië* en de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië*, de landen van het stabilisatie- en associatieproces en mogelijke kandidaat-lidstaten Bosnië en Herzegovina, Montenegro en Servië, en de EVA-landen IJsland en Noorwegen, die lid zijn van de Europese Economische Ruimte, alsmede de Republiek Moldavië sluiten zich bij deze verklaring aan.


* Kroatië en de Voormalige Joegoslavische Republiek Macedonië blijven deelnemen aan het stabilisatie- en associatieproces.