Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Samenvatting van bevindingen inzake het afleggen van examens voortgezet onderwijs in het
buitenland in het kader van het overleg met vertegenwoordigers van het ministerie van
Defensie, de stichting Nederlands Onderwijs in het Buitenland en het ministerie OCW n.a.v.
casus Vespucci College.
Bezien zijn de volgende aspecten:
Vooraf
De Nederlandse Wet op het Voortgezet Onderwijs (WVO) is geen Rijkswet. Daarom geldt zij
alleen voor het deel van het Koninkrijk in Europa en dus niet op Aruba, Bonaire, Curaçao,
Saba, St. Eustatius en
St. Maarten. Het ligt niet in de rede om terwijl overleg plaatsvindt over de statuswijziging van
de Antillen, het onderwijs bij Rijkswet te willen gaan regelen.
* Hoe zit het dan met:
ambassades e.d.: ambassade geen territoir van de zendende staat; behoort tot het grondgebied
en de jurisdictie van het ontvangende land, zij het dat er sprake is van diplomatieke
immuniteit/onschendbaarheid. Mag niet zonder toestemming van zendende staat worden
betreden, vrijstelling belasting e.d.; volledige immuniteit voor criminele jurisdictie. Hetzelfde
geldt voor de woonhuizen van diplomaten. Diplomaten/ consulaire ambtenaren hebben
immuniteit bij verrichten van werkzaamheden maar belichamen geen stuk staatsgezag. Ook
de Nederlandse vertegenwoordiging vormt geen Nederlands grondgebied.
oorlogsschepen: absolute immuniteit, ook in binnenwateren, dus territoriale staat niet bevoegd
enige gezagsdaad uit te oefenen (binnentreden); schepen die toebehoren aan de overheid en
voor niet-commerciële doeleinden worden gebruikt zijn gelijkgesteld met oorlogsschepen.
defensieterreinen zoals in Duitsland: behoren tot grondgebied/jurisdictie van het
(ontvangende) land; bv. o.g.v. het NAVO-verdrag (aanvullende) overeenkomsten m.b.t. de
regels voor over en weer (Nederland-Duitsland) gebruik maken van (on)roerende
goederen/oefenterreinen, toestemming voor wederzijds strijdkrachten stationeren op het
grondgebied van de andere staat, enz. (bv. vervallen Budel/Seedorf verdrag).
zgn. defensiescholen: op grondgebied van het ontvangende land.
* Is er gebied waarop geen jurisdictie rust?
Ja, maar deze zijn weinig praktisch in deze nl.: volle zee (dus buiten de 12 of 24 mijlszone),
een schip op volle zee valt onder de jurisdictie van de vlaggenstaat/staat waar het schip
geregistreerd staat); oceaanbodem; ruimte/hemellichamen en Antarctica.
*Stand van zaken examens Nederlands voortgezet onderwijs in buitenland?
. VO-defensiescholen: nog één VO-school met in totaal nu tien leerlingen; Havo-VWO t/m
het derde leerjaar. Een paar kinderen vmbo economie-administratief examen;
. de Europese scholen buiten beschouwing want andere opleiding/examen (Europees
Baccalaureaat);
. het Nederlands Lyceum te Paramaribo/Suriname géén constructie meer met extraneï;
staatsexamen in Nederland en worden daar i.s.m. Studiekring Utrecht begeleid;
. Astmacentrum Davos: hier worden Nederlandse kinderen in principe kortdurend in het
kader van geneeskundige behandeling opgenomen; tijdens hun ziekteproces staan deze
leerlingen gewoon ingeschreven aan een Nederlandse school in Nederland, richt zich op
onderbouw, bij uitzondering een examenkandidaat via staatsexamencommissie.
Resteert de Antillen met Vespucci College en Luzac College op Curaçao.
* Scholen aangesloten bij de Stichting Nederlands Onderwijs in het Buitenland
(Stichting NOB)
Een kleine 300 scholen aangesloten bij het NOB. In opdracht van de Minister van OCW
verzorgt de Stichting Nederlands Onderwijs in het Buitenland de subsidiëring van deze
scholen, een en ander is vastgelegd in de Regeling Stichting Nederlands Onderwijs in het
Buitenland. De regeling bevat voorwaarden voor het verstrekken van subsidie aan de
voorzieningen in het buitenland, alsmede bepalingen omtrent het namens de Minister te
houden toezicht op dit onderwijs. Daarnaast ondersteunt de Stichting Nederlandse
onderwijsvoorzieningen in het buitenland. Subsidiëring en steunverlening namens de Minister
geschiedt met het oog op terugkeer in en aansluiting bij het onderwijs in Nederland en
Vlaanderen en is primair bedoeld voor Nederlandse en Belgische staatsburgers die in het
buitenland verkeren. Zowel Vespucci College, als Luzac College worden namens de
Minister gesubsidieerd door de stichting NOB en vallen in dat kader onder toezicht van
door de Minister aangewezen inspecteurs van het Onderwijs. Het onderwijs op deze
Nederlandse scholen in het buitenland wordt op verschillende wijze afgesloten; een van de
mogelijkheden is het deelnemen aan de Nederlandse staatsexamens, andere het afsluiten via
Europees Baccalaureaat (Europese Scholen), Internationaal.Baccalauréat à l'option
internation (Frankrijk) ,of Internationaal Baccalaureaat.
* Status van de Antillen
Het ligt in de bedoeling dat per 15-12-2010 c.q. 1-1-2011 het Land Nederlandse Antillen zal
worden ontbonden. Dan komen Curaçao en S. Maarten, net als Aruba meer op afstand en de
BES-eilanden = Bonaire, St. Eustatius en Saba nauwer bij Nederland als een soort
gemeente/openbaar lichaam. Het is echter vooralsnog niet zo, dat na de transitie op de BES-
eilanden de Nederlandse (onderwijs)wetgeving zal gelden. (zie ook vervolg).
* Overwegingen en aspecten van belang
In willekeurige volgorde: de bijzondere positie van Aruba en de Nederlandse Antillen als een
ander land én deel van het Koninkrijk der Nederlanden; mogelijkheid een diploma te behalen
dat toegang geeft tot Nederlandse vervolgopleidingen; mogelijkheid voor ouders die door de
Nederlandse overheid en bedrijven tijdelijk zijn uitgezonden naar de Nederlandse Antillen
waarvan de kinderen weer moeten instromen in het Nederlandse vervolgonderwijs, onderwijs
te laten volgen dat aansluiting biedt op het Nederlandse voortgezet onderwijs; bestuurlijke
verhoudingen nu en na de statuswijziging van de Antillen; juridische houdbaarheid;
instemming van het Nederlandse en het (ei)landelijke overheid; niet ten koste gaan van de
andere Antilliaanse scholen; doelgroep, soort en plaats van examen; fasering in de tijd naar
omstandigheden, zoals de statuswijziging Antillen; bevoegdheden/mogelijkheden
staatsexamencommissie en inspectie.
*Redenering
Rijkswet voor het onderwijs op de Antillen ligt niet in de rede, komt ook aan het recht van de
(ei)landen om hun eigen onderwijswetgeving vorm te geven; geen Nederlandse grond buiten
Nederland; de bijzondere positie van de Ned.-Antillen en Aruba als deel van Koninkrijk; op
grond van die bijzondere positie (nb het Statuut) door de Nederlandse overheid
defensie/marinepersoneel en ambtenaren tijdelijk naar de Antillen uitgezonden en dat
kinderen van dat Nederlandse overheidspersoneel na hun tijdelijke verblijf moeten kunnen
instromen in het Nederlandse (vervolg)onderwijs; constructie defensieschool biedt geen
oplossing, nb ook Luzac Lyceum; het afgelopen examenjaar (2008) is voor Vespucci en
Luzac een mogelijkheid gecreëerd bij wijze van overgangsregeling van examen voor de
staatsexamencommissie op Curaçao met meetellen van schoolresultaten.
In kort geding vastgesteld dat de WVO buiten Nederland geen werking heeft en dat de
beëindiging van de gehanteerde examenovereenkomst mogelijk is, mits een passende
overgangsregeling; de overgangsregeling voor de examens 2008 is als passend beoordeeld;
ten aanzien van de volgende jaren de uitspraak in KG aangehouden in afwachting uitkomst
overleg.;
Inmiddels is OCW akkoord gegaan bij wijze van overgangsregeling ook voor het examenjaar
2009 het staatsexamen voor de staatsexamencommissie op Curaçao te laten afnemen waarbij
de behaalde schoolresultaten meetellen; een dergelijke uitzonderlijke toepassing kan niet bij
herhaling en voor groepen worden gehanteerd.
* Hoe na reeds twee jaar met een overgangsregeling
Examens 2010
Opties: geen verdere overgangsregeling of nog één keer; zo ja, voor alleen de leerlingen die
nu reeds zijn begonnen met onderdelen van het examen of voor alle leerlingen die dat jaar er
aan toe zijn; met een integraal staatsexamen (dus zonder mee tellen van schoolresultaten) en
geheel afgenomen voor staatsexamencommissie .
Uitkomst: nog één keer een overgangsconstructie voor alle examenleerlingen op dat moment
op Vespucci en Luzac maar via integraal staatsexamen en geheel afgenomen op Curaçao voor
de staatsexamencommissie.
Na 2010:
Er is dan na drie jaar sprake van een passende overgangsregeling voor de situatie
Vespucci/Luzac, scholen zijn gewend aan voorbereiden op staatsexamen, ouders en leerlingen
zijn ervan op de hoogte dat op deze scholen het behalen van het diploma via het staatsexamen
verloopt en de wijze waarop dit wordt afgelegd namelijk in Nederland, dus geen reden meer
voor bijzondere voorzieningen. De reguliere grondslag voor de staatsexamencommissie is
beperkt tot het Nederlandse grondgebied. Er kan een diploma worden behaald dat aansluit
op/toegang geeft tot Nederlands vervolgonderwijs.
De per 15-12-2010 c.q. 1-1-2011 te verwachten statuswijziging van de Antillen en het feit, dat
de BES-eilanden dan waarschijnlijk een status á la gemeente krijgen, biedt wellicht
mogelijkheid alsdan en aldaar een voorziening te treffen voor het afleggen van staatsexamens.
Dit is beleidsmatig het uitgangspunt voor OCW.
OCW zal er naar streven om op het grootste BES-eiland Bonaire een gelegenheid te creëren
voor het afnemen van het integrale staatsexamen voor kinderen die reeds op een reguliere
school in Nederland onderwijs hebben gevolgd of hun opleiding in Nederland zullen
vervolgen van ouders/wettelijke vertegenwoordigers die tijdelijk zijn uitgezonden door de
Nederlandse overheid of een bedrijf in Nederland, naar een van de zes eilanden van het
Koninkrijk buiten Europa. Vooralsnog niet voor kinderen van aldaar regulier wonende
ouders/ kinderen en ook niet van de lokale bevolking.
NB aandacht voor juridische basis/uitvoerbaarheid en visie van de overheid van dan andere
landen van het Koninkrijk.
Curaçao en st. Maarten zullen dan een eigen bestuurlijke structuur kennen en eigen onderwijs
wet- en regelgeving.