Mediaverbod Ernest Louwes met door Staat gegeven nuancering niet
onrechtmatig
Den Haag, 18 december 2008 - De voorzieningenrechter van de rechtbank
`s-Gravenhage heeft vandaag uitspraak gedaan in het kort geding van
Ernest Louwes tegen de Staat (ministerie van Justitie) over het
mediaverbod dat Louwes is opgelegd.
Louwes, die in de `Deventer moordzaak' is veroordeeld tot een
gevangenisstraf van twaalf jaar en in april 2009 in vrijheid zal
worden gesteld, is in april 2008 geselecteerd voor een penitentiair
programma onder de voorwaarde dat hij onder geen beding contacten met
de media zal hebben. Hij is hiermee aanvankelijk akkoord gegaan, maar
heeft later verzocht deze voorwaarde te laten vallen. De Staat heeft
dit verzoek in juli afgewezen.
In september heeft de advocaat van Louwes de Staat verzocht dit
standpunt nader te overwegen. Hj voerde daarbij onder meer aan dat er
op korte termijn twee boeken zullen verschijnen over de Deventer
moordzaak en Louwes in zijn persoonlijke belangen geschaad wordt
wanneer hij zich niet kan verdedigen tegen de onterechte aantijgingen
die daar mogelijk in staan. De Staat heeft in oktober laten weten zijn
standpunt niet te veranderen.
In het kort geding dat op 8 december heeft plaatsgevonden, ging het om
de vraag of het mediaverbod rechtmatig is.
Voorop staat, aldus de voorzieningenrechter, dat een beperking van het
recht op vrijheid van meningsuiting, als het onderhavige mediaverbod,
alleen rechtmatig is, indien deze beperking bij wet is voorzien. Met
de Staat is de voorzieningenrechter van oordeel dat er een wettelijke
basis is voor het mediaverbod. Een beperking van het recht op vrije
meningsuiting van Louwes is daarom in beginsel niet onrechtmatig.
Het door de Staat aangevoerde belang van resocialisatie van Louwes is
naar het oordeel van de voorzieningenrechter een voldoende
rechtvaardiging voor het aan het penitentiair programma verbonden
mediaverbod.
Dit betekent echter niet dat een algeheel mediaverbod gerechtvaardigd
is. Aan Louwes moet worden toegegeven dat het verbod te ruim is
geformuleerd en dat het in eerste instantie niet is voorzien van
nadere uitleg of motivering. Pas ter zitting heeft de Staat de
nuancering gegeven dat Louwes in concrete gevallen toestemming kan
vragen om de media te benaderen.
Met deze nuancering, en gelet op wat in het vonnis is overwogen, is
het mediaverbod naar het oordeel van de voorzieningenrechter niet
onrechtmatig.
LJ Nummer
BG7397
Bron: Rechtbank 's-Gravenhage
Datum actualiteit: 18 december 2008
Rechtbank 's-Gravenhage