Portretfoto Leden Raad
voor de rechtspraak
Voorlopig getuigenverhoor in zaak Hirsi Ali gaat op 18 december niet
door
Den Haag, 17 december 2008 - Wegens ziekte van de advocaat van mevrouw
Ayaan Hirsi Ali, mevr. mr. B. Böhler, gaat het voorlopige
getuigenverhoor dat op verzoek van Hirsi Ali bij de rechtbank
's-Gravenhage plaatsvindt, morgen, donderdag 18 december 2008, niet
door.
Morgen zouden de laatste twee getuigen, heer A. Jonge Vos (Coördinator
Bewaking en Beveiliging van NCTb) en de heer A. Visser (Coördinerend
Senior Adviseur van de EBB van de NCTb) gehoord worden.
De rechtbank heeft bij beschikking van 22 juli 2008 (LJN: BD8670) het
verzoek van Hirsi Ali tot het houden van een voorlopig getuigenverhoor
toegewezen. De rechtbank heeft daarbij beslist dat in eerste instantie
vijf getuigen gehoord zouden mogen worden.
Op 24 september 2008 is mevrouw I. van den Berg, voormalig persoonlijk
medewerker van Hirsi Ali, gehoord en op 10 december zijn de heer G.
Zalm (destijds minister van Financiën en tevens vice-premier) en de
heer T. Joustra (Nationaal Coördinator Terrorismebestijding) gehoord.
De getuigen worden gehoord met het oog op een mogelijke civiele
rechtszaak van Hirsi Ali tegen de Staat. Door middel van het horen van
getuigen wil Hirsi Ali bewijzen dat de Staat aan haar heeft toegezegd
verantwoordelijk te zijn en te blijven voor haar beveiliging.
Als een nieuwe datum voor de voortzetting van het voorlopige
getuigenverhoor is vastgesteld, zal de rechtbank daar tijdig
mededeling over doen.
Voor nadere informatie over dit bericht kunt u contact opnemen met de
afdeling voorlichting van de rechtbank 's-Gravenhage, tel. 070 381
1943.
Bron: Rechtbank 's-Gravenhage
Datum actualiteit: 17 december 2008 Naar boven
Gerechtelijke organisatie