NVA
Persbericht
Amersfoort, 15 december 2008
Coulance afm bij handhaven beloningstransparantie
FIDIN/ VvHN: Positief over begrip ministerie en AFM voor de situatie
in de markt, maar grote twijfel over de periode van coulance.
De AFM heeft aangegeven tot 1 april a.s. coulant om te gaan met de handhaving van
de beloningstransparantie. De Federatie FIDIN, het federatieve
samenwerkingsverband van NBVA en NVA, en de VvHN hadden hiervoor zeer
nadrukkelijk gepleit in een brandbrief aan de verantwoordelijke partijen. De AFM is
aan dit verzoek nu tegemoet gekomen.
De Federatie FIDIN en de VvHN zijn positief over het begrip dat het ministerie van
Financiën en de AFM tonen voor de problemen bij het bieden van
beloningstransparantie per 1 januari 2009. Tegelijk vragen zij zich af of een periode
van drie maanden voldoende is. Er moet in de markt immers nog heel veel geregeld
worden. Helderheid over de interpretatie van artikel 149a van het (nieuwe) Bgfo, de
inducement-norm, is daarbij zeker niet het eenvoudigste onderwerp. Eerder
bepleitten de partijen om het moment van transparantie te koppelen aan de
invoerdatum van de dvd (1 juli 2009).
Omdat de wijzigingen van het Bgfo in november in de Tweede Kamer zouden worden
behandeld, hebben aanbieders ervoor gekozen te wachten met het ontwikkelen van
nieuwe beloningsvoorstellen. Intussen is de AFM gestart met een overleg met
marktpartijen om tot een nadere invulling te komen van het nieuwe artikel 149a,
waarin voor de wereld van de financiële dienstverlening de inducement-norm uit de
Europese wetgeving Mifid is overgenomen. Deze norm kent als uitgangspunt dat
provisie het belang van de consument moet dienen en dat zij de kwaliteit van de
dienstverlening ten goede moet komen.
Door het uitblijven van beloningsvoorstellen, mede door het ontbreken van wat nu
wel en wat niet is toegestaan bij het betalen en ontvangen van provisie, is het voor
het intermediair onmogelijk de wettelijke vereiste beloningstransparantie te bieden
per 1 januari 2009.
Tijdens het spoedoverleg met het ministerie van Financiën begin deze maand over
de wijzigingen van het Bgfo in 2009, hebben de Federatie FIDIN en de VvHN de
minister van Financiën daarom dringend verzocht het van kracht worden van de
transparantieregels op te schorten, dan wel de handhaving op te schorten, om zo
partijen voldoende tijd te geven voor een verantwoorde implementatie.
Haast geboden
De AFM verkeert in de kennelijke gedachte dat een periode van drie maanden
voldoende is om alle onzekerheden met betrekking tot de interpretatie van de
inducement-normen weg te nemen. Want pas dan zijn aanbieders en bemiddelaars
in staat om tot nieuwe afspraken te komen. En ook deze moeten dan binnen de
periode gemaakt worden. FIDIN en VvHN zullen het proces met argusogen volgen.
Het is duidelijk dat zij niet opnieuw in een situatie terecht willen komen zoals op dit
moment het geval is.
Administratieve lasten
In de brandbrief hebben Federatie FIDIN en VvHN hun uitdrukkelijk verzoek aan
Financiën herhaald om te kijken naar een andere systematiek van de bekostiging van
het toezicht. De kosten zijn onacceptabel gestegen. Dit blijft voor de Federatie
FIDIN en de VvHN een punt van grote zorg, dat zij blijvend op de agenda van het
overleg met het ministerie zetten.
Noot voor redactie (