Federale regering Belgie
Relanceplan: herstel het vertrouwen
De economische omgeving is een onzekere omgeving. De gebeurtenissen
van de laatste weken vormen daar de beste illustratie van. Bedrijven
en regeringen moeten rekening houden met vaak wispelturige of scherpe
conjunctuurschommelingen. Maar het uiteenspatten van de Amerikaanse
vastgoedzeepbel heeft de balans veel grondiger uit evenwicht gebracht.
De wereldwijde financiële en bancaire crisis die daarop volgde, werd
meteen ook een algemene vertrouwencrisis. De economische activiteit
werd door een haast niet te stoppen dominosysteem ondermijnd. De
veranderingen volgen elkaar in sneltreinvaart op.
Net in tijden van grote onzekerheid, kijken velen richting
overheid. De aard en omvang van deze crisis vereisen dat alle
regeringen en de sociale partners snel, in nauw overleg en kordaat
reageren. Uitzonderlijke omstandigheden vergen uitzonderlijke
antwoorden.
Er bestaat geen draaiboek om deze crisis aan te pakken. Ieder land
is verschillend, en de vergelijking met het verleden loopt vaak mank.
De federale regering werkt de komende weken en maanden aan een herstel
van het vertrouwen. We richten onze inspanningen op 4 assen:
1. Aanpakken van de financieel-bancaire crisis.
2. Versterken van de duurzame sociaal economische hefbomen en
investeringen in het leefmilieu
3. Competitiviteit van de bedrijven, werkgelegenheid en een goed
sociaal klimaat.
4. De duurzame sanering overheidsfinanciën veilig stellen.
We herstellen het vertrouwen op korte termijn, en zorgen voor meer
zekerheid op lange termijn. De regering neemt haar
verantwoordelijkheid op, zonder de begroting op het spel te zetten.
Kortetermijnmaatregelen mogen geen afbreuk doen aan onze
langetermijndoelstellingen. In tegendeel.
Daarom nemen we enerzijds maatregelen die gezinnen en bedrijven helpen
om deze moeilijke periode te overbruggen. Daarbij staan de Europese
richtlijnen voorop: maatregelen moeten gericht, tijdig en tijdelijk
zijn.
Anderzijds leggen we nu al de fundamenten voor een krachtig herstel.
We versterken onze troeven, en zoeken een oplossing voor onze
zwaktes. En we versterken de focus op een duurzame ontwikkeling van de
economie.
Aanpakken van de financieel-bancaire crisis
België werd als eerste land op het Europese vasteland getroffen door
de internationale financiële crisis. Hoewel die crisis, achteraf
gezien, al lang aan het smeulen was, had tot de ondergang van Lehman
Brothers op 15 september 2008 niemand de impact ervan echt kunnen
inschatten.
Op de laatste vrijdag van september stond de financiële crisis geheel
onverwacht en in volle omvang voor de deur van de "Wetstraat 16". De
voorzitter van de Europese Centrale Bank, zeer bezorgd voor een
domino-effect in heel Europa, formuleerde de bekommernissen: de
regering moest een duidelijke en krachtige oplossing uitwerken, en dit
zonder tijdverlies, voor de opening van de beurzen in Azië.
De regering heeft er alles aan gedaan om het Belgische bancair en
financieel systeem te verdedigen en de grootbanken te redden van het
bankroet. Bovendien heeft ze belet dat de situatie van de Belgische
banken een domino-effect veroorzaakte in de Europese Unie.
Met alles wat in haar mogelijkheden ligt, investeert de Belgische
regering in een nieuw vertrouwen dat rust moet brengen in de bancaire
wereld.
Algemeen uitgangspunt
De continuïteit van de banken en financiële instellingen is de beste
verzekering voor spaarders, klanten, personeel, de hele Belgische
economie en voor zo ver als mogelijk ook de trouwe en kleine
aandeelhouders.
Instrumenten - korte termijn
1. De herkapitalisering om, indien nodig, de bank van voldoende eigen
middelen te voorzien of de kapitaalstructuur te versterken. De
federale regering investeerde voor ruim 19,9 miljard euro in de
Belgische banken en verzekeraars.
2. Een staatswaarborg voor interbancaire financiering indien
gevraagd. Al één bank maakte van dit aanbod gebruik, andere weten
zich gesterkt om op dit aanbod in te gaan.
3. ntussen werd ook de bescherming van de spaarders gegarandeerd: de
depositogarantie voor spaarders werd opgetrokken tot 100.000 euro.
4. Om de gevolgen voor de kleine, trouwe aandeelhouder op te vangen
besliste de Belgische overheid de eventuele meerwaarde van haar
participatie in BNP-Paribas via een coupon in 2014 ter beschikking
te stellen. Uiteraard na aftrek van haar eigen financieringskosten
en een kleine risicovergoeding.
Instrumenten - lange termijn
De regering blijft alert en geconcentreerd op de uitvoering van de
genomen kortetermijnmaatregelen. Evaluatie is voor later, nu is actie
geboden.
Toch werden met het oog op de toekomst al een aantal belangrijke
beslissingen genomen:
1. Een beperking van de gouden handdruk.
2. Beursgenoteerde bedrijven hebben voortaan een remuneratiecomité
(dat lonen en vergoedingen bespreekt en vastlegt).
3. Deze week komt Het Hoog Comité voor een nieuwe Financiële
Architectuur samen. Er moeten lessen getrokken worden om te
voorkomen dat het bankdrama zich herhaalt. De regering verwacht
snel advies van topspecialisten o.l.v. baron Alexandre Lamfalussy,
een Belg met zeer grote autoriteit op Europees en wereldvlak.
De vele lessen die we uit de Belgische ervaring kunnen trekken, wijzen
allemaal op de nood aan meer Europese samenwerking. Niet alleen omdat
de grotere financiële instellingen opereren op Europees niveau, maar
ook omdat hun omvang die van de economie overstijgt. Deze banken zijn
niet alleen te groot om failliet te gaan, ze waren ook te groot om
door één enkel land te worden gered. Daarom verdedigt de Belgische
regering op Europees niveau:
1. De oprichting van één Europese financiële toezichthouder, die de
grote banken zou controleren en gedecentraliseerd zou werken. Dit
idee vindt meer en meer ingang in de EU. België is pionier in deze
belangrijke stap van Europese integratie.
2. De idee van een Europees noodfonds dat, wanneer nodig, kan worden
ingezet om niet-vlottende activa op te kopen, banken te
herkapitaliseren en interbancaire leningen te waarborgen.
3. Een aanpak van de fiscale paradijzen die mee de ontwikkeling van
complexe financiële producten hebben in de hand gewerkt en die
aldus hebben bijgedragen tot de financiële instabiliteit .
Versterken van de sociaal economische hefbomen
De federale regering wil voorkomen dat de bank- en financiële crisis
onze economie verder aantast en dat het economisch leven stilvalt door
de recessie.
De jobs van mensen, de koopkracht van de gezinnen, de toekomst van de
ondernemingen, en de begroting van het land moeten zoveel als mogelijk
buiten schot blijven.
Samen met de gewestregeringen en de sociale partners werkte de
federale regering 3 pakketten aan maatregelen uit.
A. Verschaffen van zuurstof aan ondernemingen
B. Werkgelegenheid verzekeren en koopkracht versterken
C. Investeren in groei en duurzaamheid
De gewesten en de gemeenschappen beschikken over doeltreffende
beleidsinstrumenten. De regering zal hen aanmoedigen door een
vermindering van de gewest- en gemeenschapsbijdragen aan het
financieringssaldo van de gezamenlijke overheid (zie begroting) voor
te stellen, zodat die middelen kunnen worden ingezet om hun
maatregelen te financieren.
Verder zal iedere regering vanuit haar bevoegdheden gecoördineerd ,
alert en daadkrachtig ingrijpen.
De sociale partners spelen ook een erg belangrijke rol. Loonstijgingen
in de private sector zijn een belangrijke bron van koopkracht voor
heel wat gezinnen. Anderzijds is een verantwoordelijke loonpolitiek
noodzakelijk om de competitiviteit, en dus ook de lange termijn
leefbaarheid, van onze bedrijven te garanderen. De regering heeft zich
maximaal ingezet om de sociale dialoog te ondersteunen. Onder andere
door de lasten op bedrijven verder te verlagen.
We vergeten niet in deze onzekere tijden dat Europa ons helpt om
gezamenlijk uit de crisis te raken. Zonder de Euro hadden we nu
waarschijnlijk reeds een devaluatie van de Belgische frank gekend. De
Euro draagt dus in belangrijke mate bij aan de stabiliteit van onze
economie. De Europese Centrale Bank heeft vorige week, tijdens een
speciale vergadering te Brussel, tot de grootste renteverlaging uit
haar geschiedenis beslist. Dit maakt lenen goedkoper, zowel voor
gezinnen die willen bouwen als voor ondernemingen die willen
investeren.
De federale regering zal een grote inspanning doen om facturen
sneller te betalen. Met een injectie van 400 miljoen euro wil de
regering, met respect voor de bestaande interne en externe
controlemechanismes, zoveel mogelijk liggende facturen betalen.
Maar we blijven ook voorzichtig. In de voorbije weken werden de
groeiramingen bijna wekelijks neerwaarts bijgesteld. En nog steeds
durft niemand een snel herstel van de economie voorspellen. De
onzekerheid blijft groot. De regering zal krachtig bijsturen als en
waar dat nodig is.
A. Verschaffen van zuurstof aan ondernemingen
Het is niet de regering die duurzame jobs creëert. Dat is de rol van
grote en kleine ondernemingen. Maar net zoals dat het geval was bij de
financiële instellingen, dreigen gezonde bedrijven overspoeld te
worden door de huidige crisis. Daarom wil de overheid wat meer
ademruimte geven, zodat bedrijven zich blijvend kunnen concentreren op
hun activiteiten.
Toegang tot krediet vergemakkelijken
A.1. De regering zal het verloop van de kredietverlening aan bedrijven
en particulieren op de voet volgen. Hiertoe zal de Nationale Bank van
België de nodige data versneld verzamelen. In geval er wordt
vastgesteld dat de kredietverstrekking vanwege de financiële
instellingen zou teruglopen, dan zal de regering maatregelen treffen,
inzonderheid bij de banken die haar steun genoten hebben en via de
vertegenwoordigers die ze bij die instellingen heeft, teneinde de
kredietverlening terug op een normaal niveau te brengen.
A.2. Tevens zal een kredietbemiddelaar aangesteld worden bij het
KefiK.
A.3. Het Participatiefonds zal haar productengamma met een nieuw
product " genaamd INITIO" uitbreiden, waarbij een verhoogde
toegankelijkheid tav het product voor KMO's en zelfstandigen en
kredietgever voorop staan. De huidige aanvraagprocedure wordt
omgekeerd en dankzij het voorafgaand akkoord van het Participatiefonds
voor een achtergestelde lening zal het onderzoek van de bankinstelling
aanzienlijk vereenvoudigd worden; Het Participatiefonds zal zijn
capaciteit tot kredietverlening optrekken met 300 . euro via een
nieuwe obligatielening die fiscaal gedeeltelijk aftrekbaar zal zijn.
Om te komen tot een gecoördineerd inzetten van de instrumenten zal een
speciaal kredietcomité worden opgezet met daarin regionale
vertegenwoordigers.
A.4. De Regering zal met de Europese Investeringsbank overleggen om
één miljard euro meer investeringskredieten te verkrijgen.
Financiële ademruimte creëren
A.5. Om financiële ademruimte te creëren voor de bedrijven en
ondernemers, zal de regering gerichte maatregelen nemen om mogelijke
liquiditeitsproblemen ten gevolge van de crisis zoveel mogelijk te
vermijden. Dit pakket maatregelen heeft in 2009 een kostprijs van
443,5 miljoen euro. In concreto gaat het hierom:
a. De Rijksdienst voor Sociale Zekerheid zal ondernemingen die
betalingsproblemen hebben, in de eerste drie kwartalen van 2009 met
welwillendheid en klantgerichtheid tegemoet komen, door het bekomen
van een betalingsplan te vergemakkelijken, bij aantoonbare
liquiditeitsproblemen bijdrageopslagen te laten vallen en in
uitzonderlijke gevallen ook de verwijlintresten te verminderen.
b. In het stelsel van de zelfstandigen zal op voorstel van de
Rijksdienst voor Sociale Verzekeringen voor Zelfstandigen eveneens de
opmaak van betalingsplannen en in uitzonderlijke gevallen ook de
kwijtschelding van boetes en verwijlintresten worden onderzocht, zodat
deze tijdens de eerste drie kwartalen van 2009 kan worden toegepast.
c. Bedrijven in financiële moeilijkheden zullen ook voor die
eerste drie kwartalen van 2009 uitstel van betaling btw en
bedrijfsvoorheffing kunnen bekomen zonder dat daarbij boetes worden
toegepast. De nalatigheidsinteresten zullen in dit geval ook sterk
worden gereduceerd.
d. De regering breidt het beperkte regime van de maandelijkse
terugbetaling van btw-tegoeden uit naar sectoren die door de aard van
hun werkzaamheden maandelijkse btw-tegoeden opbouwen. Zij wil het
stelsel ook ten gronde versoepelen zodat de bedrijven minder lang op
hun terugbetaling moeten wachten.
Lagere lasten voor de bedrijven
A.6. De regering zal de afspraken gemaakt in het interprofessioneel
akkoord met betrekking tot de lastenverlagingen voor nacht- en
ploegenarbeid honoreren. Het vrijstellingspercentage inzake
bedrijfsvoorheffing dat nu 10,7 % bedraagt, zal worden opgetrokken tot
15,6% in 2010. De vrijstellingsregel voor de overuren wordt over
dezelfde termijn verdubbeld. De totale kostprijs van deze
lastenverlagingen zal in 2010 oplopen tot 428 .
A.7. Er komt ook een algemene lastenverlaging om de opgelopen
loonhandicap goed te maken. De bestaande vrijstelling van doorstorting
van de bedrijfsvoorheffing van 0,25% wordt opgetrokken tot 0,75% in
2009 en tot 1% in 2010. Deze maatregel kost 233 in 2009 en 590 in
2010.
A.8. De federale regering zal, bovenop deze lastenverlagingen, de
bedrijven en instellingen die onderzoekers tewerkstellen de kans geven
een groter deel van de bedrijfsvoorheffing te houden. De regering
voorziet hier een bedrag van 38 miljoen euro voor.
A.9. Voor wat het Federaal Agentschap voor de Voedselveiligheid
betreft werd recent een totaalpakket aan maatregelen uitgewerkt die
tezamen een lastenvermindering voor de operatoren van ongeveer 30 .
euro betekent. Naast een verhoging van de publieke financiering van
het Agentschap betreft dit een pakket aan concrete kostenbesparende
maatregelen voor de verschillende sectoren.
A.10. De regering zal ook de taks op de kredietverzekeringscontracten
die commerciële en/of landenrisico's dekken, afschaffen. Ze trekt
daarvoor jaarlijks 15 uit.
A.11. Op vraag van de gewesten onderzoekt de federale administratie
Financiën de haalbaarheid van de invoering van de zogenaamde "Carry
back": een aanpassing aan de belastingswetgeving waarbij het voor
bedrijven mogelijk wordt om verliezen met winsten te verrekenen, en
dit ofwel naar de toekomst ofwel naar het verleden.
De bestaande maatregel: "vrijstelling gewestelijke
investeringssubsidies" heeft nood aan verduidelijking. Er bestaat
twijfel in hoofde van de gewestelijke administraties en de betrokken
bedrijven welke gewestelijke subsidies vrijgesteld zijn van
vennootschapsbelasting en welke niet. Door de federale administratie
financiën zal dienaangaande de nodige duidelijkheid worden verstrekt.
Ook wordt de vraag naar uitbreiding van de lijst door de bevoegde
federale diensten verder onderzocht.
De regering zal verder onderzoeken in welke mate deze maatregelen ook
kunnen worden toegepast op publieke ondernemingen die in concurrentie
staan met de privé-sector.
B. Werkgelegenheid verzekeren en koopkracht versterken
We willen - gisteren, vandaag en morgen - de mensen beschermen tegen
de crisis en hun welvaart veilig stellen. In de eerste plaats zetten
we in op werkgelegenheid. Voor iedereen die uit de boot valt,
versterken we het sociaal vangnet. En we bieden hen perspectief op een
snelle heraansluiting op de arbeidsmarkt.
Opvangen van herstructureringen en tijdelijke werkloosheid
B.1. Een aantal tijdelijke maatregelen versterken in 2009 de
koopkracht van de werknemers die in tijdelijke werkloosheid
terechtkomen. De vergoedingspercentages voor de uitkering in geval van
tijdelijke werkloosheid worden opgetrokken van 60% naar 70% voor
samenwonenden en van 65% naar 75% voor alleenstaanden en
gezinshoofden. Het berekeningsplafond zal bovendien met 300 euro
worden opgetrokken. Voortaan zullen ook de interim-arbeiders die
werken in een bedrijf waar tijdelijke werkloosheid geldt, aanspraak
kunnen maken op een uitkering wegens tijdelijke werkloosheid, net als
tijdelijke werknemers.
Tenslotte wordt voor de gehuwde tijdelijke werklozen de bestaande
fiscale discriminatie opgeheven.
De kostprijs van deze maatregelen bedraagt 100 miljoen euro.
B.2. In die context is het extra belangrijk dat de werknemers die het
slachtoffer van een herstructurering worden, snel een nieuwe job
vinden. De federale regering zet in samenwerking met de gewesten een
informatieportaal op dat als één loket dient voor ondernemingen in
herstructurering en zal haar eigen diensten samenbrengen in een
federale herstructureringsdienst. Voortaan zullen alle bedrijven die
een collectief ontslag plannen, dit moeten melden, zodat de bevoegde
diensten snel een begeleiding kunnen starten. In samenwerking met de
gewesten zullen de betrokken werknemers allen in een
herstructureringscel ingeschreven moeten worden en een
outplacementaanbod moeten krijgen, zij het dat dit voor -45-jarigen
korter en minder intensief kan. Wat bestaat, ook op het vlak van
RSZ-verminderingen, wordt dus uitgebreid naar -45-jarigen, tijdelijke
werknemers en interimkrachten. Voor succesvol outplacement wordt in de
toekomst een hogere terugbetaling voorzien. De federale regering
bepleit samen met de gewesten en de sociale partners dat specifieke
opleidingen worden voorzien voor werknemers in opzeg of in tijdelijke
werkloosheid.
Een faire prijs voor de consument door het verzekeren van concurrentie
B.3. Door de federale regering werd een prijzenobservatorium in het
leven geroepen die de verschillende schakels in het proces van
prijsvorming onder de loep neemt. In de trimesteriële analyses door
dit prijzenobservatorium zal ingezoomd te worden op een intussen
geselecteerde lijst van "gevoelige producten", producten welke meer
dan gemiddeld in prijs gestegen zijn. Deze lijst zal ook permanent
geactualiseerd worden.
B.4. Voor wat de mededingingsautoriteit betreft, werden volgende
sectoren als prioritair voor onderzoek naar voren geschoven: Energie,
voeding (i.f.v. resultaten prijzenobservatorium), distributie,
telecom.
B.5. Om erover te waken dat de onderzoeksresultaten van zowel het
prijsobservatorium als de mededingautoriteit als input kunnen dienen
naar het beleid toe, wordt een betere communicatie t.a.v. gewesten
gevoerd omtrent de te onderzoeken sectoren en wordt een wederkerige
infodoorstroming afgesproken tijdens de duur van onderzoek.
Een lagere energiefactuur voor gezinnen
B.6. De federale regering heeft samen met de Gewesten en experten van
de Nationale Bank, de energieregulator CREG, het Federaal Planbureau
en de FOD Economie een technische screening van de energieprijzen
(evolutie, componenten, perspectieven) doorgevoerd. De regeringen
vragen de leveranciers om deze doorrekening ook effectief te voorzien.
De regulator CREG zal dit samen met de Nationale Bank, het Federaal
Planbureau en de FOD Economie verder monitoren.
B.7. De regering wil de energiekosten voor gezinnen draaglijk houden.
Daartoe zal zij in 2009 een eenmalige korting van 30 euro op de
elektriciteitsfactuur uitwerken. Dit bedrag stemt overeenstemt met 4%
van de gemiddelde kost voor gezinnen. Ceteris paribus betekent dit
samen me de aangekondigde prijsdaling van de leveranciers dat de
gemiddelde elektriciteitsfactuur voor gezinnen zou dalen met 10%. De
regering trekt hier 135 miljoen euro voor uit.
Koopkracht versterken van werkenden en niet-actieven
B.8. In het voorliggende IPA-voorstel kunnen de sectoren bovenop de
indexering overeenkomen om in 2009 maximaal 125 euro en in 2010
maximaal 250 euro per werknemer aan extra voordelen toe te kennen. Dit
kan gaan om fiscaal vriendelijke maaltijdcheques, een verhoging van de
sectorale minimumlonen, een groene cheque, mobiliteitsvergoedingen, de
verhoging van de tussenkomst van de werkgever in het openbaar vervoer,
of andere.
B.9. Binnen de welvaartsenveloppen ten belope van 234,2 miljoen in
2009 en 541,4 miljoen euro in 2010 werden de sociale zekerheids- en
bijstandsuitkeringen verhoogd.
B.10. Bovenop deze welvaartsenveloppen, besliste de Regering binnen de
begroting 2009 tot een verhoging van de jobkorting (85 miljoen), een
verhoging van de pensioenen van werknemers en zelfstandigen (201,3
miljoen euro in 2010), een verdere uitbreiding van de kortingen op
mazout, gas en elektriciteit (31,4 miljoen euro) en een verhoging van
gezins- en leeftijdstoeslagen (17,6 miljoen euro). Alle reeds genomen
maatregelen binnen de sector van de sociale zekerheid betekenen in
2009 ongeveer 540 miljoen euro en in 2010 op kruissnelheid ongeveer
900 miljoen euro aan rechtstreekse koopkrachtinjectie.
B.11. De indexering van de belastingschalen wordt direct doorgerekend
in de bedrijfsvoorheffing. Dit zorgt in 2009 voor een injectie van
1,2 miljard euro bij de belastingbetaler.
C. Investeren in groei en duurzaamheid
Zeker in tijden van crisis moeten we investeren om het vertrouwen in
de economie te verzekeren. Bovendien willen we investeren op een
manier die bijdraagt tot duurzaamheid. De voorbije maanden is
gebleken hoe kwetsbaar een sterke energie-afhankelijkheid ons kan
maken. Daarom zal de regering de gezinnen aanmoedigen om hun uitgaven
voor energie structureel te verminderen, met een positief effect op
het klimaat. Tegelijk wil ze hiermee de werkgelegenheid in de "groene
economie" een boost geven. En we ondersteunen ondernemingen die
actief zijn of willen worden op buitenlandse markten.
Inzetten op duurzame ontwikkeling
C.1. Een bedrag van 18,8 miljoen euro zal worden uitgetrokken voor een
systeem van groene investeringen in 2009. Dit loopt op tot 232 miljoen
euro op kruissnelheid.
C.2. De middelen van het Fonds voor de Reductie van de Globale
Energiekost worden verhoogd met 200 miljoen door het beroep op een
obligatielening met fiscaal voordeel. Dit fonds kent leningen toe voor
energiebesparende investeringen. De vertegenwoordiging van de gewesten
in de Raad van Bestuur wordt versterkt; zij zullen zich eveneens
garant kunnen stellen voor de leningen.
C.3. De overheid zelf zal de energiebesparende investeringen in haar
overheidsgebouwen aanzienlijk uitbreiden en hiertoe de schuldpositie
van FEDESCO optrekken tot 100 miljoen euro.
C.4. De regering zal samen met de deelentiteiten, de sociale partners
en de bouwsector een "alliantie leefmilieu-werk" opzetten. Via dit
gezamenlijk platform zullen de maatregelen worden uitgedacht die
verder kunnen worden ingezet om de investeringen in de' groene
economie' blijvend aan te wakkeren.
C.5. Binnen de federale overheid worden een aantal
investeringsprogramma's versneld uitgevoerd. Het betreft in hoofdzaak
investeringen binnen Beliris (Metro Kunst/Wet, heraanleg Leopold
III-laan en stadion Schaarbeek), binnen de NMBS-groep
(stationsverfraaiingen en bestellingen rollend materieel) en binnen de
Regie der Gebouwen de versnelde uitvoering van het gevangenisplan en
de Europese School van Laken. Het gaat om een totaalpakket van
ongeveer 500 miljoen euro.
C.6. De federale investeerders zullen een lijst opmaken van de
geplande en begrote investeringsprojecten waarvan de uitvoering
versneld kan worden via een gezamenlijke actie met de Gewesten. Deze
lijst zal worden overgemaakt aan de Gewesten die daartoe een Single
Point of Contact (SPOC) aanstellen om de contacten tussen de
verschillende betrokken administraties te faciliteren. Per Gewest
volgt nog voor het jaareinde een overleg over de betrokken projecten.
De minister van Financiën zal coördineren en de informatie
centraliseren.
De bouwsector in een open economie is een sector die zeer gevoelig is
voor schommelingen die voelbaar zijn op de arbeidsmarkt. De regering
voorziet daarom voor 2009 een totaal pakket van 300 miljoen euro
aan concrete maatregelen:
C.7. Een btw-verlaging van 21% naar 6% voor nieuwbouw gezinswoningen
met sociaal karakter; dit houdt in dat de verlaging wordt toegepast op
een beperkte schijf van facturen.
C.8. De veralgemening tot het volledige grondgebied van de maatregel
waarbij de btw wordt verlaagd naar 6% bij vernieuwbouw na sloopwerken.
C.9. Een verlaging van de btw van 12% naar 6% voor de publieke sociale
woningbouw
C.10. Een verruiming van de mogelijke energiebesparende investeringen
(bijv. isolatie van muren en vloeren) die recht geven op een
belastingvoordeel volgens te bepalen modaliteiten (korting op factuur,
spreiding fiscale aftrek over meerdere aangiften, ...).
Onze economie heeft een open en flexibel karakter en is onlosmakelijk
gekoppeld aan de wereldeconomie. De concurrentie voor onze grote en
kleine ondernemingen komt niet langer enkel van onze buurlanden, maar
ook van elders in de EU en vanuit de hele wereld. Om onze bedrijven
beter te ondersteunen in het buitenland wil de federale regering
investeren in een optimale federale en gewestelijke samenwerking.
C.11. De federale regering schuift de economische diplomatie naar voor
als een kerntaak van haar overheidsdienst Buitenlandse Zaken en richt
een Business Council op, een hoog adviesorgaan bestaande uit Belgische
CEO's van Belgische en buitenlandse bedrijven, in samenwerking met de
Gewesten.
C.12. De federale overheid zal haar financieringsinstrumenten met
betrekking tot de export, import en investeringsrisico's (Finexpo en
Delcredere) slagkrachtiger en toegankelijker maken. Op budgettair vlak
betekent dit dat Delcredere 400 miljoen euro van zijn reserves (ter
waarde van 600 miljoen euro) zal mobiliseren.
C.13. De federale en regionale overheden zullen een gemeenschappelijke
informatiecampagne voeren.
Competitiviteit van de bedrijven en een goed sociaal klimaat
Het door de sociale partners bereikte akkoord wordt door de regering
correct uitgevoerd, rekening houdend met de budgettaire
uitgangspunten. Zij komen bovenop de maatregelen in het relanceplan en
de verdeling van de welvaartsenveloppe.
De regering verheugt er zich over dat de sociale partners beslist
hebben om de bestaande sectorale indexeringsmechanismen te behouden.
Dit blijft een belangrijke bescherming tegen koopkrachtverlies door
inflatie. Bovenop de indexering kunnen de sectoren overeenkomen om in
2009 maximaal 125 euro en in 2010 maximaal 250 euro per werknemer aan
extra voordelen toe te kennen. Dit kan gaan om fiscaal vriendelijke
maaltijdcheques, een verhoging van de sectorale minimumlonen, een
groene cheque, de verhoging van de tussenkomst van de werkgever in het
openbaar vervoer, of andere.
Belangrijk is dat naast de indexering, de baremieke verhogingen en
deze maximale verhoging van 125 en later 250 euro, geen enkele
loonsverhoging wordt overeengekomen. Deze vorm van loonmatiging draagt
ertoe bij om de loonhandicap ten opzichte van het buitenland te
verminderen en de werkgelegenheid te beschermen.
Om deze loonhandicap nog verder te reduceren, zal de regering op vraag
van de sociale partners overgaan tot een aantal lastenverlagingen. Zo
zal de fiscale korting op ploegen- en nachtarbeid worden verhoogd van
10,7 tot 15,6%, volgens de voorwaarden bepaald door de sociale
partners, en wordt de fiscale korting voor overuren van toepassing op
130 overuren, ipv 65 nu. Tenslotte zal er ook een aanpassing gebeuren
van de maatregel die de sociale lasten herverdeelt van kleinere naar
grotere ondernemingen. Deze maatregelen kosten 183 miljoen euro in
2009 en 428 miljoen in 2010.
Om de bijdrageverminderingen voor werkgevers meer efficiënt en
eenvoudiger te maken, zal de regering het voorstel van de sociale
partners terzake volledig uitvoeren. Dit betekent onder meer dat een
aantal doelgroepen verdwijnen, zodat de vrijgekomen middelen kunnen
worden ingezet op de structurele lastenverlaging, met bijzondere
aandacht voor de lage lonen. De federale regering bevestigt dat zij op
federaal vlak geen nieuwe doelgroepenverminderingen meer zal invoeren,
zoals unaniem gevraagd door de sociale partners.
Om de loonhandicap nog verder terug te dringen, is de regering bereid
om de vraag van de sociale partners naar een uitbreiding van de
algemene gedeeltelijke vrijstelling van doorstorting van
bedrijfsvoorheffing, uit te voeren. De bestaande korting wordt op 1
juni 2009 verhoogd van 0,25% tot 0,75%. Op 1 januari 2010 volgt een
verdere verhoging tot 1%.
Een duurzame sanering van de openbare financiën veilig stellen
De regering beoogde in haar langetermijnbegrotingspad om volgend jaar
een begrotingsoverschot van 0,3% van het bbp te realiseren. Bij de
begrotingsopmaak stelde ze vast dat de economische groei aan het
vertragen was. In plaats van een normale economische groei van 2%,
verwachtte het Planbureau nog maar 1,2%. Sindsdien dijde de omvang van
de financiële crisis uit en werden de negatieve gevolgen op de
economische activiteit steeds duidelijker. In haar jongste economische
vooruitzichten voorziet de Europese Commissie een groei van 0,1% voor
België. De Nationale Bank verwacht een inkrimping van de economie met
-0,2%. Bovendien verwacht niemand een snelle heropleving. En een
verdere verslechtering durft niemand uitsluiten.
De begroting is niet immuun voor de snelle en vaak ook onzekere
veranderingen in de internationale economische omgeving. Een lagere
economische groei betekent enerzijds minder belastinginkomsten en
minder bijdragen voor de sociale zekerheid, en anderzijds een hoger
bedrag aan sociale uitkeringen.
Het begrotingsresultaat verslechtert hierdoor automatisch: bij een
nulgroei in 2009 buigt het voorziene overschot van 0,3% om naar een
verwacht tekort van -0,7%. Maar die verslechtering is slechts
tijdelijk: zodra de economie weer aantrekt, moet ook het saldo
verbeteren.
Niet enkel de Belgische begroting is vatbaar voor de economische
terugval. De Europese Commissie verlaagde haar raming van het tekort
van de eurozone met 0,7% bbp tussen april en oktober 2008. Buiten de
eurozone springt de sterke verslechtering van het begrotingssaldo in
het Verenigd Koninkrijk tot -5,6% bbp en in de Verenigde Staten tot
-7,2% bbp in het oog.
De regering heeft beslist om dit tijdelijke tekort te aanvaarden. Op
dit moment besparingen doorvoeren of belastingen verhogen, zou de
economie nog meer schade toebrengen. De Gouverneur van de Nationale
Bank verklaarde onlangs dat in tijden van zwakke economische groei een
tekort op de begroting verdedigbaar is. Ook de Europese Commissie
roept in haar herstelplan op om de zogenaamde "automatische
stabilisatoren" volop te laten werken. Inmiddels werden een aantal
maatregelen uit de begroting geschrapt. Zo werd de heffing op
vliegtuigtickets niet ingevoerd, om de sector niet nog meer onder druk
te zetten. De economische terugval in het laatste kwartaal van 2008
maakt ook dat de basis voor de berekening van de inkomsten in 2009
lager is.
De Europese Commissie vraagt alle lidstaten om nog een tandje bij te
steken. België onderschrijft dat initiatief volledig.
Uitzonderlijke/buitengewone tijden vragen om
uitzonderlijke/buitengewone oplossingen. Maar we mogen niet overmoedig
worden. Onze schuldgraad is nog steeds hoger dan gemiddeld in de EU.
En de internationale onzekerheid blijft erg groot. Daarom gaat de
regering niet uit van een extra inspanning van 1,2%, zoals de Europese
Commissie naar voor schuift, maar van maximaal 0,9% van het bbp. Dat
bedrag komt bovenop de nieuwe maatregelen die al opgenomen waren in de
begroting 2009. Daarin werd al een inspanning van 0,4% van het bbp
geleverd om de koopkracht te ondersteunen.
1. Eerst en vooral creëren we de ruimte voor de Gewesten om hun
eigen herstelplannen uit te voeren. We verminderen hun bijdrage in de
begroting/aan het financieringssaldo met 0,3% van het bbp. We houden
er daarbij rekening mee dat de economische verzwakking ook de
rekeningen van provincies, gemeenten en OCMW's negatief zal
beïnvloeden.
2. Bovenop de nieuwe maatregelen die al opgenomen waren in de
begroting 2009 reserveren we nog 0,6% voor extra maatregelen op
federaal vlak.
Voor 2009 zal dit herstelprogramma gepaard gaan met een achteruitgang
van het begrotingssaldo tot een resultaat dat evenwel de -2% van het
bbp niet bereikt. Het spreekt voor zich dat we in de komende jaren
weer moeten aanknopen met ons initieel begrotingstraject. De
kortetermijnzorgen mogen de aandacht niet afleiden van onze
langetermijndoelstellingen. Zodra de economie aantrekt, zal de
regering een tandje bijsteken: in 2010 mag het tekort nog maximaal -1%
van het bbp bedragen. In 2011 gaan we opnieuw naar een evenwicht ,
gevolgd door een overschot van 1% in 2012. Zo komen we vanaf 2013
stilaan weer op schema. In de jaren daarna maken we ook, met alle
geledingen van de overheid de opgelopen achterstand in de schuldafbouw
weer goed.