Gemeente Lelystad
Lelystad met educatieve agenda goed op weg
Het college heeft de tussentijdse evaluatie van de LEA (Lelystadse
Educatieve Agenda 2007-2010) vastgesteld.
Onderwijspartners
De LEA is een gezamenlijke agenda tussen de gemeente en de
verschillende onderwijspartners. Hierin zijn zeven speerpunten
opgenomen waar in 2008 en 2009 extra in zal worden geïnvesteerd.
Daarbij gaat het om het gehele veld vanaf de voorschoolse periode tot
aan de aansluiting van het onderwijs met de arbeidsmarkt. Resultaten
tot nu toe: een overkoepelende aanpak van de verschillende partijen,
invoering van een schoolkwaliteitsmonitor en project Schools Cool.
Speerpunten
De gemeente en de onderwijspartners hebben gezamenlijk zeven
speerpunten voor 2008 en 2009 benoemd: verbeteren doorlopende
leerlijnen van peuterspeelzaalwerk tot aan het beroepsonderwijs,
terugdringen van het voortijdig schoolverlaten, versterken van de
kwaliteit van het primair onderwijs, verbeteren van de aansluiting
onderwijs arbeidsmarkt, continueren en versterken voor- en
vroegschoolse educatie, continueren en versterken van de zorg in en
rond de school en het ontwikkelen van een visie op democratisch
burgerschap in het onderwijs. Hiervoor is door de raad in totaal
550.000,- beschikbaar gesteld.
Hoger peil
De maatregelen die in het kader van de Educatieve Agenda worden
genomen zijn extra en vervullen een aanjaagfunctie. Of zoals
verantwoordelijk wethouder Willem de Jager het stelt: het succes van
de LEA ontstaat omdat de partijen worden gestimuleerd over elkaars
schuttingen te kijken, dwarsverbanden te leggen en zo tot slimme
constructies te komen waardoor het onderwijs structureel op een hoger
peil wordt gebracht. Daarbij worden de middelen van de LEA
als vliegwiel ingezet.
Tussenbalans
Na een jaar werken met de LEA is het tijd om een tussenbalans op te
maken. Deels om de resultaten tot nog toe zichtbaar te maken, maar ook
deels om gezamenlijk binnen de door de raad gestelde kaders verdere
invulling te geven aan de speerpunten voor 2009. Uit deze tussentijdse
evaluatie ontstaat het algemene beeld dat er veel in beweging is
gekomen en dat daarmee ook voldoende voortgang wordt geboekt op de
verschillende speerpunten.
Partijen hebben elkaar gevonden en er is bij veel onderwerpen een
goede basis gelegd voor verdere samenwerking. Enkele voorbeelden
hiervan zijn:
Invoering Kwaliteitsmonitor Primair Onderwijs
Door alle schoolbesturen is de wens uitgesproken om tot een
gezamenlijke monitor te komen. Doel van deze monitor is de staat van
het onderwijs op Lelystads (en schoolbestuurlijk) niveau in kaart
brengen om ontwikkelingen te signaleren, te volgen en om zonodig bij
te sturen of nader te onderzoeken. Ook worden op deze manier gegevens
verzameld om prioriteiten binnen de LEA te kunnen vaststellen. Om ook
uitspraken te kunnen doen over het niveau van taalbeheersing of
rekenen van kinderen in het Lelystadse onderwijs, hebben alle
schoolbesturen besloten de scores van een aantal (CITO) toetsen hierin
ook op te nemen. Dit is een enorme vooruitgang. In 2009 moet deze
monitor nu ook echt vorm gaan krijgen.
Schools cool
Schools Cool is een project waarbij vrijwillige mentoren kinderen uit
groep 8 begeleiden bij de overgang naar het voortgezet onderwijs. De
begeleiding loopt tot en met klas 1 van het voortgezet onderwijs. Dit
project is als good practice vanuit Amsterdam naar Lelystad gebracht,
op initiatief van een drietal basisscholen: De Brink, De Vuurtoren en
De Lepelaar. In Lelystad worden inmiddels 12 scholieren begeleid. Niet
alleen aangemeld vanuit deze drie scholen, maar ook vanuit de Laetare
en Driestromenland. Zowel deelnemers als mentoren zijn op dit moment
overtuigd van het succes. En recent onderzoek uit Amsterdam laat zien
welke positieve impact deze begeleiding heeft op de kansen voor de
kinderen. Voor 2009 wordt de pilot van 12 nieuwe leerlingen afkomstig
van de vijf scholen verlengd. Tegelijkertijd wordt gekeken hoe dit
project structureel gemaakt kan worden.
Aansluiting voortgezet onderwijs naar het beroepsonderwijs
Er is onder andere ingezet op gebruik maken van elkaars locaties,
uitwisseling bij elkaars examens en inhoudelijke afstemming op een
aantal terreinen. Leerlingen en docenten van VO zijn langs geweest bij
collegas van het ROC Flevoland om een goed beeld van de verschillende
opleidingen en van de werkwijze te krijgen. Hiermee is een basis
gelegd voor het verder uitbouwen van de samenwerking. Voor 2009 zal
dit verder worden uitgewerkt door de overdracht van leerlingen verder
vorm te geven, de meer inhoudelijke aansluiting tussen beiden te
versterken en door het aantal stageplaatsen voor zowel het VMBO als
het MBO te vergroten.
---