Wetgevingsoverleg Hoger onderwijs en Onderzoek 8 december 2008
De VSNU is in grote lijn tevreden over het verloop van het
wetgevingsoverleg Hoger onderwijs en Onderzoek dat op 8 december in de
Tweede Kamer plaatsvond. Hieronder een verslag.
Duidelijke cesuur De gehele Kamer was akkoord met het jaar uitstel van
de invoering van een heldere cesuur tussen bachelor en masterfase. Dit
geeft de minister tevens de tijd om het voorstel nog nader uit te
werken, want de Kamer had nog veel vragen over de randvoorwaarden.
Over twee maanden komt minister Plasterk daarom met een nader
uitgewerkt voorstel. Hierin blijft het principe van een duidelijke
markering overeind - dit principe werd ook door de gehele Kamer met
uitzondering van de SP gedeeld. Het voorstel zal met name ingaan op de
volgende randvoorwaarden: de mogelijkheden tot beroep, de toelating
tot de master, het herkansingsbeleid en de mogelijkheid van meerdere
instroommomenten. Hiervoor zal de minister nog overleggen met de VSNU
en de studentenorganisaties. Het standpunt van de VSNU over de
voorstellen rond de bama is hier te lezen.
De wig De door de VSNU aangekaarte wig in de onderwijsbegroting werd
door vier partijen onder de aandacht van de minister gebracht (CDA,
PvdA, SP en SGP). De Kamerleden drongen er bij de minister op aan iets
te doen aan deze perverse prikkel die ervoor zorgt dat het voor
universiteiten financieel onaantrekkelijk is hun studenten harder te
laten studeren. Hierdoor lopen de universiteiten in 2009 tegen een
korting aan van 137 miljoen euro. De minister beloofde hierover
binnenkort aan de Kamer te rapporteren.
Kwaliteitsbekostiging Alle partijen stonden - net als de VSNU - achter
de afwijzing van minister Plasterk van het advies van de commissie
Sorgdrager. Echter, het alternatief van de minister - een
prijzenstelsel voor hoger onderwijs - werd evenmin toegejuicht. De
VSNU staat op zich welwillend tegenover een prijzenstelsel. Sommige
Kamerleden keurden het prijzenstelsel af omdat het geen structurele
oplossing was maar weer een extra potje, anderen gaven de voorkeur aan
het stimuleren van vernieuwingen vooraf, in plaats van het toekennen
van prijzen achteraf. De minister wilde geen halszaak maken van de
vraag of er voor- danwel achteraf beloond moest worden en beloofde in
maart een brief waarin een en ander nader zou zijn uitgewerkt.
Internationaliseringsagenda De regeringspartijen Christenunie, CDA en
PvdA hebben een motie ingediend voor een kabinetsbrede aanpak en
investering in de internationalisering van het Hoger Onderwijs. Eerder
had de VSNU samen met andere partijen uit het hoger onderwijs- en
onderzoeksveld hiervoor gepleit. De Kamer vraagt het kabinet om voor 1
juni met een plan hiervoor te komen. Het debat hieraan voorafgaand
ging met name om de samenhang van het onderwijsbeleid met
ontwikkelingssamenwerking en studentenhuisvesting. Een tweede motie
van de drie regeringspartijen betreft een OS-fonds, waaruit studenten
uit arme landen een beurs kunnen krijgen om in Nederland te studeren.
De minister ontraadde deze motie, omdat het geld voor dit fonds van de
minister voor Ontwikkelingssamenwerking moet komen en niet van hem.
Verder heeft de minister nog een brief beloofd over de hbo-titulatuur,
die in het buitenland problemen zou opleveren met aansluiting op
andere opleidingen.
Gat in NWO-begroting vernieuwingsimpuls Diverse partijen spraken de
minister aan op de brief die de VSNU had gestuurd over het gat in de
NWO-begroting bij de vernieuwingsimpuls. Allemaal steunden ze de VSNU.
Het CDA kondigde alvast een amendement aan voor als de minister niet
met een bevredigend antwoord zou komen. Dat bleek niet nodig. In niet
mis te verstane bewoordingen liet minister Plasterk weten dat het niet
de bedoeling is dat NWO dit geld oppot. Het geld dat van de
universiteiten naar NWO is gegaan, moet in principe in hetzelfde jaar
weer teruggaan naar de universiteiten. Dat betekent een wijziging in
het bekostigingssysteem van de vernieuwingsimpuls, als NWO niet in
staat is dit te realiseren.
Diversen Verder kwamen de bursalen nog even aan bod. Plasterk blijft
bij zijn standpunt dat promovendi als werknemers moeten worden
behandeld. Hij is momenteel met juristen aan het kijken wat hier nog
aan kan worden gedaan. De VSNU pleit hier voor een gedifferentieerde
benadering. Verder verzekerde Plasterk de Kamer dat het echt de
bedoeling was dat de universiteiten diplomasupplementen gingen
verstrekken. Daarnaast zegde de minister een brief toe over het
ISO-voorstel voor een collegegeldvrije inschrijving voor
studentbestuurders. Hij zei daar echter bij er grote twijfels over te
hebben. Ten slotte een vraag van de SP over het register
nevenfuncties, wanneer dat er zou zijn. De minister zei de VSNU eraan
te zullen herinneren dat dit register er snel moest komen.
VSNU