4. Antwoorden op kamervragen van Agema over het bericht dat een
thuiszorgmederwerker minstens vier hoogbejaarde vrouwen misbruikte
en verkrachtte
Antwoorden op kamervragen van Agema over het bericht dat een
thuiszorgmederwerker minstens vier hoogbejaarde vrouwen misbruikte en
verkrachtte
Kamerstuk, 5 december 2008
De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG
DLZ-K-2889550
5 december 2008
Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het Kamerlid Agema
(PVV) over het bericht dat een thuiszorgmedewerker minstens vier
hoogbejaarde vrouwen misbruikte en verkrachtte (2080903470).
De Staatssecretaris van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport,
mw. dr. J. Bussemaker
Antwoorden op kamervragen van het Kamerlid Agema over het bericht dat
een thuiszorgmedewerker minstens vier hoogbejaarde vrouwen misbruikte
en verkrachtte (2080903470).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht "Thuishulp vergreep zich aan bejaarden"?
1)
Antwoord 1
Inmiddels wel.
Vraag 2
Hoe is het mogelijk dat deze griezel zo lang zijn gang heeft kunnen
gaan?
Antwoord 2
Dergelijke zedenmisdrijven komen pas aan het licht wanneer er aangifte
wordt gedaan.
Vraag 3
Deelt u de mening dat een Verklaring Omtrent Gedrag (VOG) naast het
werken met kinderen ook verplicht moet worden voor het werken met
ouderen en andere hulpbehoevende groepen? Zo neen, waarom niet? Zo ja,
per wanneer gaat u dat bewerkstelligen?
Antwoord 3
Momenteel kent de gezondheidszorg in tegenstelling tot het onderwijs
vanuit de overheid geen verplichting tot het overleggen van een VOG.
De mogelijkheid om hier wel toe over te gaan is - op een enkele
juridische kwestie na - onderzocht. Als het juridische punt geen
onoverkomelijke problemen oplevert, wat ik niet verwacht, heb ik de
intentie om een VOG te verplichten bij de beroepen die zijn beschreven
in artikel 3 Wet BIG. Dit zal dan geregeld worden bij een komende
aanpassing van de Wet BIG.
Vraag 4
Deelt u de mening dat er een landelijk, door zorgaanbieders digitaal
raadpleegbaar bestand moet komen van (voormalig) medewerkers in de
ouderenzorg die zich schuldig hebben gemaakt aan mishandeling, onheuse
bejegening, seksueel misbruik, diefstal etc. om te voorkomen dat deze
mensen nog langer met ouderen en andere kwetsbare groepen kunnen
werken?
Antwoord 4
Nee, die mening deel ik niet. Voorop gesteld: de in het krantenbericht
genoemde situaties zijn voor de betrokkenen natuurlijk afschuwelijk.
Ik wil er echter wel op wijzen dat er op dit moment slechts sprake is
van een verdachte. Bovendien betreft het, hoe afschuwelijk ook, een
incident. Er zijn op dit moment al voldoende mogelijkheden voor handen
om te voorkomen dat mensen die dit soort strafbare feiten hebben
gepleegd, naderhand weer kunnen werken met kwetsbare groepen. Goed
personeelsbeleid van zorgaanbieders houdt naar mijn mening ook in dat
er bij de selectie van personeel aandacht wordt besteed aan de
achtergrond van een toekomstig personeelslid. Een zorgaanbieder kán nu
al om een Verklaring Omtrent het Gedrag vragen, en daarvan zou zeker
in geval van twijfel gebruik moeten worden gemaakt. Vanuit de kant van
de oudere zelf ben ik me ervan bewust dat door de zorgverlening een
afhankelijkheidsrelatie ontstaat met zorgverlener, mantelzorger of
familielid, waarin mishandeling of geweld kan optreden. Om dat tegen
te gaan ondersteun ik een project dat gericht is op verbetering van de
melding en hulpverlening van mishandelde ouderen in de thuissituatie.
Ook in de gehandicaptenzorg bestaat er flankerend beleid, waarbij
bijvoorbeeld in de contacten met de politie ook extra aandacht is voor
mensen met een verstandelijke beperking.
*1) www.telegraaf.nl, Thuishulp vergreep zich aan bejaarden, 22
oktober 2008
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport