Jeugd&Gezin: Rouvoet: Aandacht voor arbeidsmarktpositie jongere in jeugdzorg

Rouvoet: aandacht voor arbeidsmarktpositie jongere in jeugdzorg

Donderdag 4 december 2008, nummer 64

Minister Andr é Rouvoet voor Jeugd en Gezin ziet mogelijkheden om jongeren in de jeugdzorg beter voor te bereiden op de arbeidsmarkt. Rouvoet is positief over een vandaag aan hem gepresenteerd initiatief hiertoe van MKB-Nederland en MOgroep Jeugdzorg. Doel van dit plan is om kwetsbare jongeren van 16-17 jaar gerichte begeleiding naar opleiding of een baan aan te bieden. Minister Rouvoet is bereid het initiatief van MKB-Nederland en MOgroep financieel te ondersteunen.

In de jeugdzorg worden vele tienduizenden jongeren geholpen. De aandacht is daarbij vooral gericht op het oplossen van hun psychosociale problemen. In een gezamenlijk onderzoek concluderen MKB-Nederland en brancheorganisatie MOgroep vandaag dat er nog te weinig gekeken wordt naar de toekomstige arbeidsmarktpositie van deze jongeren. Beide organisaties roepen daarom op tot een betere samenwerking tussen jeugdzorg, onderwijs, overheid en bedrijfsleven. Er komen pilots, onder andere in Amsterdam, om met deze samenwerking ervaringen op te doen.

Minister Rouvoet wijst in zijn reactie erop dat hulpverleners in de jeugdzorg gericht zijn op het oplossen van het persoonlijke probleem van de jongere. Arbeidsbemiddeling is geen taak voor jeugdhulpverleners. Maar volgens Rouvoet kan de jeugdzorg effectiever worden, wanneer door samenwerking met andere partijen er tegelijkertijd meer aandacht is voor de voorbereiding op de arbeidsmarkt. Rouvoet: 'Uiteindelijk gaat het erom deze jongeren een stevige plek in de samenleving te geven. Voor jongeren die niet meer willen of kunnen doorleren is een baan nodig. Wanneer jongeren na hun jeugdzorgperiode een goede plek hebben op school of in een baan, daalt het risico dat ze uitvallen en niet meedoen in de maatschappij.'

Met MKB-Nederland en MOgroep zal minister Rouvoet overleggen hoe de pilot in Amsterdam zo snel mogelijk van start kan gaan. In afstemming met zijn collega-bewindslieden van SZW en OCW bekijkt hij op welke wijze de proefprojecten ondersteund kunnen worden.


-0-0-0-

Noot voor redacties (