Overheid frustreert zorg
Hechte regionale netwerken en een lage regeldruk verbeteren de
kwaliteit in de zorg. De overheid werkt volgens de sector op beide
fronten echter contraproductief. Dit blijkt uit onderzoek van Joost
Vorst van de Universiteit Twente. Hij promoveert op 4 december aan de
faculteit Gedragswetenschappen.
De wereld rond de zorginstelling wordt alsmaar complexer. Dit stelt
steeds hogere eisen aan de zorg op het gebied van kwaliteit en
individueel maatwerk. Volgens Joost Vorst moeten de zorginstellingen,
woningcorporaties en gemeenten daarom per regio zelfsturende netwerken
kunnen vormen, waarbij elke organisatie zich focust op datgene waar
zij goed in is.
Een zelfregulerend netwerk fungeert als een zwerm vogels. Er is niet
één leider die de richting uitzet, maar iedereen bepaalt zijn richting
door te kijken naar zijn buurman. Uit het onderzoek van Vorst komt
naar voren dat zelfsturende netwerken de zorg ten goede komen. De
vorming van deze netwerken vraagt echter om onderling vertrouwen en
dit kan alleen maar ontstaan in een constante omgeving. De overheid
werkt volgens de promovendus de vorming van deze netwerken tegen door
steeds nieuwe spelers op de zorgmarkt te introduceren en de regeldruk
te vergroten.
Rapportcijfer
De promovendus heeft voor zijn onderzoek de top van ruim vijfhonderd
bij de zorg betrokken instellingen in Zuid-Holland ondervraagd. Meer
dan tachtig procent van de ondervraagde organisaties ervaart een
toegenomen regeldruk. Een kleine zestig procent vindt dat de overheid
zich minder met de zorg moet bemoeien. Uit het onderzoek blijkt dat de
vele centrale regels de omgeving voor de instellingen nodeloos
ingewikkeld maken en afleiden van wat voor netwerken belangrijk is: af
kunnen gaan op lokale informatie.
Verder is de instellingen gevraagd om een rapportcijfer te geven aan
de zorg in hun regio. Voor bijna 75 procent zijn de verschillen tussen
de cijfers terug te voeren op de hechtheid van de regionale netwerken
en de ervaren omgevingscomplexiteit. Als die allebei laag of juist
hoog zijn gaat het goed en is de regionale zorgkwaliteit hoger.
Universiteit Twente