1 - 5 december 2008
Dit is een overzicht van promoties, oraties, afscheidscolleges en andere activiteiten aan de Universiteit van Amsterdam. Meer informatie over de items in deze agenda kunt u krijgen bij de afdeling Persvoorlichting, tel. 020 - 525 2695, e-mail: persvoorlichting@uva.nl. Met vragen over plechtigheden Geneeskunde kunt u contact opnemen met AMC Voorlichting, tel. 020 - 566 2929. Onder aan deze agenda vindt u de rubriek Hoogleraarsbenoemingen.
Antibioticum stelt verergering klachten bij chronische longaandoening uit
Promotie Geneeskunde
dinsdag 2 december, 10.00 uur
In tegenstelling tot wat bekend was, hebben patiënten met chronische obstructieve longaandoeningen (COPD) baat bij antibiotica tijdens een exacerbatie (een verergering van klachten). Uit de apotheekgegevens van bijna 19.000 patiënten concludeert Ineke Roede dat het langer duurt voor zich een volgende exacerbatie voordoet als patiënten naast steroïden ook een antibioticum krijgen. Onderzoek onder 850 patiënten die de huisarts bezochten, bevestigde dit resultaat. Uitstel van een exacerbatie is volgens Roede van belang omdat na elke tijdelijke verergering de longfunctie van patiënten iets verder achteruitgaat. Ook het sterftecijfer onder antibioticagebruikers was lager.
Mw. B.M. Roede: Treatment of COPD Exacerbations in Primary and Secondary Care. Promotor is dhr. prof. dr. P.J.E. Bindels.
Locatie: Agnietenkapel, Oudezijds Voorburgwal 231, Amsterdam.
Onderzoek met radioactieve stof leidt tot betere prognose borstpijn bij diabetici
Promotie Geneeskunde
dinsdag 2 december, 14.00 uur
Patiënten met suikerziekte (diabetes mellitus) hebben door een zuurstoftekort in de hartspier vaak ook pijn op de borst (angina pectoris). Maar omdat de patiënten deze pijn minder goed voelen, leidt dit tot een slechtere prognose dan bij patiënten zonder diabetes. Jacobijne Wiersma onderzocht de diagnostische en prognostische waarde van de myocardperfusiescintigrafie - onderzoek dat de bloedvoorziening van de hartspier zichtbaar maakt met een kleine hoeveelheid radioactieve stof - en de diagnostische waarde van verschillende biomarkers op de aanwezigheid van angina pectoris in deze groep. Ze concludeert dat myocardperfusiescintigrafie wel geschikt is voor deze groep maar het gebruik van biomarkers slechts beperkt is. Daarnaast toont Wiersma aan dat een vroeg-invasieve behandeling geen toegevoegde waarde heeft ten opzichte van een medicamenteuze benadering op het reduceren van complicaties. Het aantal complicaties in deze diabetische populatie met milde angina pectoris ligt overigens lager dan vooraf verwacht. Dit maakt het volgens Wiersma aannemelijk dat deze patiënten medicamenteus behandeld kunnen worden.
Mw. J.J.Wiersma: Diabetes mellitus type 2 and angina pectoris. Novel insights in diagnosis, prognosis and treatment. Promotoren zijn dhr. prof. dr. J.J. Piek en dhr. prof. dr. J.G.P. Tijssen.
Locatie: Agnietenkapel, Oudezijds Voorburgwal 231, Amsterdam.
Verhalen van spin Anansi betwisten sociale orde
Promotie Antropologie
woensdag 3 december, 10.00 uur
Lina Pochet Rodriguez onderzocht de verhalen over de spin Anansi in de Colombiaanse archipel San Andrés en de Costa Ricaanse provincie Limón. Door een analyse van de Anansi-verhalen, gebaseerd op Bakhtins concept van carnaval, toont ze hoe deze verhalen de sociale orde betwisten. Na het traceren van de oorsprong van de Anansi-verhalen en hun verspreiding in Midden- en Noord-Amerika, laat Pochet Rodriguez door middel van een inhoudelijke analyse van de verhalen de weerspiegeling van de algemene sociale context zien. Ook toont ze hoe het gebruik van bedriegende en carnavaleske stijlfiguren de gevestigde orde provoceert. Volgens Pochet Rodriguez weerspiegelen deze figuren zich in de Anansi-verhalen en in het karakter van de spin Anansi zelf. Anansi-verhalen zijn voorbeelden van 'carnivalisering'. Pochet Rodriguez stelt dat het doorbreken van de sociale orde een belangrijk onderdeel is van deze verhalen. 'Carnivalisering' wijst de ernst af van meer onbuigzame en meer morele vieringen en staat de bevrediging van behoeften, normaal verboden door de sociale orde, toe.
Mw. L.M. Pochet Rodriguez: Las telas transgresoras de la araña Anancy en el archipiélago de San Andrés, Vieja Providencia y Santa Catalina (Colombia) y en la provincia Atlántica de Limón. Promotor is dhr. prof. dr. M.J.A. Penninx.
Locatie: Aula van de UvA, Singel 411, Amsterdam.
Schizofrenie en autisme ontstaan zeer vroeg in zwangerschap
Promotie Psychologie
woensdag 3 december, 12.00 uur
Schizofrenie en autisme kunnen zeer vroeg tijdens de zwangerschap, tussen twintig en veertig dagen na de bevruchting, ontstaan. Deze periode van de zwangerschap is zeer kwetsbaar voor verstoringen. Deze conclusies trekt Annemie Ploeger in haar dissertatie. Tijdens de periode tussen twintig en veertig dagen na de bevruchting - de vroege organogenese - is er veel interactie tussen verschillende lichaamsdelen in de baarmoeder, iets wat tijdens andere periodes van de zwangerschap veel minder gebeurt. Ploeger stelt dat door die interacties een verstoring van de ontwikkeling van een specifiek lichaamsdeel invloed op de ontwikkeling van andere lichaamsdelen heeft. Mensen met schizofrenie en autisme hebben regelmatig allerlei fysieke afwijkingen, variërend van ernstige syndromen tot kleine afwijkingen zoals flaporen en vreemde tenen. Daarnaast hebben zij vaak hersenafwijkingen. Tijdens de vroege organogenese worden alle organen aangelegd, inclusief de hersenen, de ledematen en het gezicht. Uit het feit dat mensen met schizofrenie en autisme regelmatig fysieke afwijkingen hebben, leidt Ploeger af dat deze psychiatrische stoornissen heel vroeg tijdens de zwangerschap kunnen ontstaan. Ze stelt dat dit veel vroeger is dan over het algemeen wordt gedacht.
Mw. A. Ploeger: Towards an integration of evolutionary psychology and developmental science. New insights from evolutionary developmental biology. Promotor is dhr. prof. dr. H.L.J. van der Maas.
Locatie: Aula van de UvA, Singel 411, Amsterdam.
Nieuw model voorspelt aanwezigheid offerplaatsen
Promotie Archeologie
woensdag 3 december, 14.00 uur
Marjolijn Kok onderzocht offerplaatsen in de natte lage delen van het landschap in de periode van 2500 voor Chr. tot 450 na Chr. Het onderzoeksgebied, waar in de prehistorie een delta van het Oer-IJ was, bevindt zich tussen Haarlem, Assendelft en Alkmaar. Kok analyseerde 22 offerplaatsen van grootte variërend tussen één en honderden objecten. Met die kennis maakte ze een voorspellend, kwalitatief model waarbij ze ervan uitging dat mensen betekenis geven aan hun landschap. Daardoor worden specifieke plekken of typen landschap geschikt geacht voor bepaald handelen. Met behulp van deze culturele regels kon ze inschatten welk soort handelen heeft plaatsgevonden in landschapselementen die nog niet opgegraven zijn. Over het algemeen wordt gedacht dat religieuze praktijken zich moeilijk laten voorspellen in vergelijking met alledaags handelen zoals wonen, maar Kok toont aan dat dit niet noodzakelijk het geval is. Haar voorspellingsmodel is van belang voor toekomstige ruimtelijke ontwikkelingen. Als er ingrepen in de bodem plaatsvinden die archeologische resten kunnen vernietigen, kan met behulp van dit model ingeschat worden of er oude offerplaatsen verwacht kunnen worden.
Mw. M.S.M. Kok: The homecoming of religious practice: an analysis of offering sites in the wet low-lying parts of the landscape in the Oer-IJ area (2500 BC- AD 450). Promotor is dhr. prof. dr. J.H.F. Bloemers.
Locatie: Aula van de UvA, Singel 411, Amsterdam.
Stijging bloeddrukwaarden aan begin zwangerschap voorspelt groeivertraging
Promotie Geneeskunde
donderdag 4 december, 10.00 uur
Jeltsje Cnossen bekeek de nauwkeurigheid van tests voor het voorspellen van preëclampsie, of groeivertraging, bij de foetus. Ze keek daarbij naar bloeddrukmeting, Body Mass Index (BMI), bepaling van maternaal fibronectine in plasma, serum urinezuur en onderzoek met Doppler-echoscopie van de arteria uterina (een belangrijk bloedvat in de baarmoeder). Cnossen stelt dat hoge bloeddruk aan het begin van de zwangerschap een betere voorspeller van preëclampsie is dan latere stijgingen in bloeddrukwaarden. Ook moet volgens haar het onderzoek naar de nauwkeurigheid van de tests worden verbeterd.
Mw. J.S. Cnossen: Prediction of pre-eclampsia. Systematic reviews of test accuracy literature. Promotoren zijn dhr. prof. dr. P.J.E. Bindels en dhr. prof. dr. J.A.M. van der Post.
Locatie: Agnietenkapel, Oudezijds Voorburgwal 231, Amsterdam.
Procesmodel overbodig bij zoektocht naar beste sensorlocatie
Promotie Scheikunde
donderdag 4 december, 12.00 uur
Beheersing en besturing van continue en batchgewijze industriële, chemische en biologische processen is alleen mogelijk wanneer er adequate metingen - waarmee informatie over het lopende proces wordt verkregen - gedaan worden. Daarnaast is het noodzakelijk dat er een volledig en accuraat model van het proces beschikbaar is. Om tot een zo goed mogelijke opzet van procesbeheersing en controle te komen zijn het type meetsensor, het aantal sensoren, de meetlocatie in het proces en de tijdstippen waarop procesmetingen worden gedaan van belang. Olja Stanimirovic richtte zich op het vinden van de beste sensorlocatie voor een gedistribueerd parametersysteem. Ook deed ze onderzoek naar het beste tijdstip om een batchproces te meten. Stanimirovic introduceert bestaande variabele selectietechnieken vanuit de chemometrie in de chemische technologie en ontwikkelde een nieuwe variabele selectiemethode. Met behulp van deze technieken kan de beste sensorlocatie en het beste tijdstip om een meting te doen worden gevonden zonder dat een procesmodel nodig is.
Mw. O. Stanimirovic: Optimal sensor placement and timing. Where and when to measure? Promotor is dhr. prof. dr. A. K. Smilde.
Locatie: Agnietenkapel, Oudezijds Voorburgwal 231, Amsterdam.
Later geboren kind geniet lagere opleiding dan oudere broer of zus
Promotie Economie
donderdag 4 december, 14.00 uur
De familie waarin een kind opgroeit wordt beschouwd als een belangrijke bepalende factor voor de opleiding van een kind. Monique de Haan onderzocht hoe het aantal afgeronde jaren opleiding van een kind wordt beïnvloed door de opleiding van de ouders, gezinsgrootte en geboortevolgorde. Er bestaan sterke associaties tussen deze familiekenmerken en de opleiding van een kind. Een sterke associatie hoeft echter niet te betekenen dat er ook daadwerkelijk een causaal verband is. De Haan maakte daarom gebruik van verschillende technieken om de causale effecten van deze familiekenmerken te identificeren. De resultaten laten zien dat het causale verband tussen de opleiding van ouders en kinderen kleiner is dan wat men op basis van waargenomen associaties zou concluderen. Dit betekent dat de observatie dat hoger opgeleide ouders hoger opgeleide kinderen hebben hooguit gedeeltelijk wordt veroorzaakt door de opleiding van de ouders. Het andere deel wordt verklaard door andere factoren, bijvoorbeeld door genetische overdracht van intelligentie. De resultaten laten verder zien dat gezinsgrootte geen significant effect heeft op de opleiding van het oudste kind. Geboortevolgorde heeft wel een significant effect; later geboren kinderen hebben gemiddeld een lagere opleiding dan hun oudere broers of zussen. Informatie over de hoeveelheid geld die ouders hebben gegeven aan opeenvolgende kinderen, laat zien dat de verdeling van middelen binnen het huishouden een mogelijke verklaring is voor de geboortevolgorde effecten.
Mw. M. de Haan: Family Background and Children's Schooling Outcomes. Promotor is dhr. prof. dr. E.J.S. Plug.
Locatie: Agnietenkapel, Oudezijds Voorburgwal 231, Amsterdam.
Bescherming van klimaatvluchtelingen vraagt om rechtsbasis
Oratie Rechtsgeleerdheid
donderdag 4 december, 14.30 uur
Dhr. prof. mr. dr. R.J.M. Lefeber, hoogleraar Internationaal milieurecht: Een ongemakkelijke verantwoordelijkheid.
René Lefeber gaat in zijn oratie in op het internationaal klimaatrecht. De doelstellingen van het Klimaatverdrag en het Kyoto Protocol om de emissie van broeikasgassen te beperken worden gehaald, maar deze doelstellingen zijn volgens recente wetenschappelijke inzichten onvoldoende om klimaatverandering te voorkomen. Dat geldt naar verwachting ook voor nieuwe doelstellingen waarover op dit moment wordt onderhandeld. Het is volgens Lefeber derhalve noodzakelijk voor landen om zich aan te passen aan de verandering van het klimaat, waaronder de zeespiegelstijging. Veel landen beschikken, in tegenstelling tot Nederland, niet over de technische, economische en bestuurlijke capaciteiten om hun infrastructuur en samenlevingen tijdig op de onvermijdelijke nadelige gevolgen van klimaatverandering voor te bereiden. Eilanden zoals de Malediven en Tuvalu, en kustgebieden als Alaska en Bangladesh zullen (deels) onder de zeespiegel verdwijnen. Lefeber denkt dat dit mogelijk in de loop van deze eeuw al tot een massale migratie leidt. Deze klimaatontheemden hebben echter geen recht op toegang tot andere landen. De rechtsbescherming van de mensen en de volkeren waarvan zij deel uitmaken behoeft volgens Lefeber een rechtsbasis.
Locatie: Aula van de UvA, Singel 411, Amsterdam.
Toeristisch Peru toont verscheidenheid aan cultuur en identiteit
Promotie Latijns-Amerikastudies
vrijdag 5 december, 10.00 uur
Waar het in het onderzoek over toerisme vaak aan lokale perspectieven ontbreekt, zet Beatrice Simon in haar proefschrift de gedragingen en gedachten van lokale bewoners centraal. Hun stemmen op grassroots level, waar toeristen ontvangen worden en waarop normaal niet naar geluisterd wordt, vormen de basis van de studie. Simon keek naar de manier waarop mensen in Pisaq, een klein dorp in de Peruaanse Andes, zich enerzijds frontstage aan toeristen presenteren en hoe ze anderzijds hun cultuur backstage beleven. Ze onderzocht hoe de inwoners culturele modellen als inkomensstrategie gebruiken, welke betekenis zij zelf aan deze culturele modellen geven en wat dit alles over de duurzaamheid van toerisme kan zeggen. Hoewel vaak gedacht wordt dat mensen op lokaal niveau door de toerisme-industrie hun cultuur en identiteit verliezen, toont Simon dat er vele dimensies van cultuur en identiteit bestaan. Naast frontstage- en backstage-beschrijvingen van toeristische ontwikkelingen in de regio, de handnijverheidsector, lokale tradities, kosmologie, identiteitskwesties en lokale spanningen, geeft Simon onder meer een lokale interpretatie van duurzaam toerisme.
Mw. B. A. Simon: Het Pisaq Theater. Presentaties en beleving van "authentieke" Andes cultuur in toeristisch Peru. Promotor is dhr. prof. dr. J.M. Baud.
Locatie: Agnietenkapel, Oudezijds Voorburgwal 231, Amsterdam.
Patiënten met onbehandelbare kanker gebaat bij symptomendagboek
Promotie Geneeskunde
vrijdag 5 december, 12.00 uur
Voor patiënten met onbehandelbare kanker in de laatste fase van hun ziekte is het aan te bevelen om met regelmaat de aanwezigheid en ernst van lichamelijke symptomen bij te houden. Marjoke Hoekstra ontwikkelde en testte een symptoomdagboek waarin patiënten klachten als misselijkheid, braken en kortademigheid noteerden. Patiënten die dit dagboek gebruikten, gingen minder snel achteruit dan patiënten die dit niet deden. Zij rapporteerden sommige symptomen minder vaak en ook de ernst van een deel van de symptomen was minder.
Mw. J. Hoekstra: Symptom monitoring and quality of life of patients with cancer in the palliative phase. Promotoren zijn dhr. prof. dr. P.J.E. Bindels en dhr. prof. dr. E. Schadé.
Locatie: Agnietenkapel, Oudezijds Voorburgwal 231, Amsterdam.
Informatiefusie zeer bruikbaar voor verhoging volgnauwkeurigheid vliegtuigen
Promotie Informatica
vrijdag 5 december, 14.00 uur
Huub de Waard beschrijft een nieuwe aanpak om informatie over luchtverkeer, verzameld door sensoren van een verband van marineschepen, onderling te verdelen en door ieder schip apart te laten verwerken. Het grote voordeel is dat ieder platform in staat is tijdig hetzelfde beeld van het luchtverkeer in de nabije omgeving op te bouwen. Dit luchtverkeer bestaat uit civiele en militaire vliegtuigen. De nieuwe aanpak om informatie van sensoren te fuseren wordt toegepast in het militaire domein. De Waards doel was om een fusiearchitectuur te ontwikkelen die flexibel genoeg is om elk gewenst fusiesysteem te realiseren. Hij gaf bijzondere aandacht aan het ontwikkelen van algoritmen om de benodigde rekentijd op de beschikbare processoren en de belading van het aanwezige communicatienetwerk te verminderen. Op basis van de nieuwe aanpak is een demonstratiesysteem ontwikkeld. De eerste beproevingen van dit demonstratiesysteem tonen aan dat fuseren van informatie in de praktijk zeer bruikbaar is om de volgnauwkeurigheid van vliegtuigen te verhogen.
Dhr. H.W. de Waard: A New Approach to Distributed Data Fusion. Promotoren zijn dhr. prof. dr. M. Boasson en dhr. prof. dr. ir. F. C. A. Groen.
Locatie: Agnietenkapel, Oudezijds Voorburgwal 231, Amsterdam.
Hoogleraarsbenoemingen
Dhr. dr. P. Portegies (1956) is benoemd tot bijzonder hoogleraar Neurologie, in het bijzonder de consultatieve neurologie, aan de Faculteit der Geneeskunde van de Universiteit van Amsterdam (AMC-UvA). De leerstoel is ingesteld vanwege de Stichting Teaching Hospital AMC/OLVG.
Peter Portegies studeerde geneeskunde aan de Vrije Universiteit in Amsterdam en werd opgeleid tot neuroloog in het Lucas Ziekenhuis in Amsterdam. In 1987 werd hij aangesteld als staflid in het AMC, speciaal belast met de neurologische zorg voor hiv-geïnfecteerden. Portegies verrichte jarenlang onderzoek naar de neurologische complicaties van de hiv-infectie. In 1993 promoveerde hij op de hiv-dementie (de aan hiv gerelateerde vorm van dementie) bij prof. dr. Jaap Goudsmit en prof. dr. Hans van Crevel. Later is Portegies zich in zijn onderzoek ook gaan richten op andere neurologische infecties.
Als bijzonder hoogleraar zal Portegies het onderzoek naar de neurologische complicaties van de hiv-infectie - in samenwerking met de afdelingen Neurologie en Infectieziekten van het AMC - een nieuwe impuls geven. Daarnaast zal hij onderzoek initiëren op het grensgebied van de neurologie en andere medisch specialismen. Hij gaat zich onder andere bezighouden met een inventarisatie van de neurologische consulten op andere afdelingen in het Onze Lieve Vrouwe Gasthuis (OLVG) en het AMC (4.000 per jaar). Voor een aantal veelvoorkomende consultvragen zal hij richtlijnen ontwikkelen.
Portegies is sinds 2003 als neuroloog werkzaam in het OLVG in Amsterdam, en sinds 2004 tevens als opleider bij de afdeling Neurologie. Voor die tijd was hij als staflid en chef de clinique verbonden aan de afdeling Neurologie van het AMC. Portegies bekleedt verschillende bestuursfuncties. Zo is hij vice-voorzitter van de Nederlandse Vereniging voor Neurologie, secretaris van de Stichting AIDS Research Amsterdam en voorzitter van de Task Force Management of HIV-related Neurological complications van de European Federation of Neurological Societies. In 2007 kreeg hij de onderwijsprijs 'Beste clinicus Neurologie' van de Co-Raad (van en voor co-assistenten) van de UvA.
Universiteit van Amsterdam