4. Behandeling parkinson voorbeeld van `patiënt centraal'
Behandeling parkinson voorbeeld van `patiënt centraal'
Toespraak, 29 november 2008
Zorg dient in samenspraak met de patiënt te worden georganiseerd
rondom die patiënt. Minister Klink van Volksgezondheid onderstreepte
dat tijdens een symposium van het Landelijk netwerk ParkinsonNet .
Mede in het licht van de onvermijdelijke toename van het aantal
chronisch zieken worden nieuwe zorgconcepten ontwikkeld. Er moet
samenhangende zorg worden geboden, waarbij schotten tussen de eerste
en tweede lijn vervagen.
Dames en heren,
Het was zo'n idee waarvan de bedenkers zelf ooit zeiden: waarom is dat
eigenlijk niet eerder bedacht? ParkinsonNet, voorheen ParkNet. Het
lijkt immers zo simpel. Je brengt verwijzers, paramedici en patiënten
onder in één regionaal, gespecialiseerd en samenhangend netwerk om de
behandeling te verbeteren.
Niet voor niets kreeg het project van Bas Bloem en Marten Munneke,
beiden spreker op dit symposium, twee jaar geleden de prestigieuze
Pfizer `Zorg voor Morgen'- prijs.
Dat was een beginpunt. In de afgelopen jaren is dit voorbeeld van
diseasemanagement voortdurend uitgebreid, verfijnd, verbeterd en
verder verspreid over diverse regio's in Nederland. Op dit moment zijn
er een dertigtal netwerken, maar het is de bedoeling dat dat de
komende jaren uitgroeit naar ongeveer honderd.
Het is voor mij een aansprekend voorbeeld van zorg die in samenspraak
met de patiënt wordt georganiseerd rondom de patiënt. De patiënt
centraal, maar dan veel letterlijker dan dat we `centraal' tot dan toe
hadden uitgelegd. Met ook een duidelijke rol voor de patiënt. Die
maakt deel uit van zijn eigen behandelplan.
De patiënt met een chronische aandoening moet zo goed mogelijk door
het leven kunnen gaan, geholpen door de mensen uit het zorgplan om hem
heen. Kijk vooral naar wat de patiënt nog wel zelf kan doen.
De kwaliteit van de behandeling van Parkinson is op die manier een
belangrijke stap verder gekomen. En dat is hard nodig, want het gaat
hierbij om een complexe ziekte die enorme gevolgen kan hebben op de
kwaliteit van het leven van de patiënt. En die grote invloed heeft op
de omgeving van de patiënt. Parkinson, zo blijkt uit onderzoek, staat
zowel als het gaat om fysieke aandoeningen als om mentale aandoeningen
tweede op de lijst van verlies van kwaliteit van leven. En dan hebben
we het over ongeveer 70.000 patiënten in Nederland. Als gevolg van de
vergrijzing zal die groep nog veel groter worden.
Het is vooral voor de chronische patiënt van belang dat er
samenhangende zorg wordt geboden, maar wegens de maatschappelijke
consequenties zijn er ingrijpende, misschien wel revolutionair te
noemen, veranderingen in de zorg nodig.
Want bij ongewijzigd beleid zouden in 2040 de kosten van de
gezondheidszorg kunnen oplopen tot circa 15 procent van het BNP, tegen
nu ruim negen procent. Samen met de kosten van ons pensioen en de
demografische ontwikkelingen zou dat wel eens een te grote belasting
voor de toekomstige generaties kunnen betekenen. Doelmatigheid is
daarbij ook van belang, wil ik hier onderstrepen.
Maar er zijn ook problemen te verwachten op het vlak van personeel in
de zorg. De getallen zijn al vaker genoemd, ik wil ze nog wel eens
herhalen: In 2020 zal - als wij passief achterover zouden hangen - een
half miljoen mensen extra in de zorg werkzaam moeten zijn.
Terwijl er in diezelfde periode slechts 200.000 schoolverlaters op de
markt komen. Mede om dit probleem aan te pakken is het
Zorginnovatieplatform opgericht.
Het Zorginnovatieplatform investeert onder meer in Mijn Zorgnet in
Nijmegen voor parkinsonpatiënten. Ik sprak eerder op de
St Radboud Universiteit Nijmegen al mijn waardering uit voor Mijn
Zorgnet, een van mijn favorieten als het over innovatie gaat. Want
innovatie is in mijn ogen een belangrijke aanjager bij het verbeteren
van kwaliteit en veiligheid in de zorg. En innovatie moet een rol
spelen bij het betaalbaar houden van de gezondheidszorg in Nederland.
Het gaat dan niet om kostenreductie door verschraling van de zorg,
maar kostenbesparing door innovatie.
Ik zie een scala van mogelijkheden om door bijvoorbeeld innovaties de
arbeidsproductiviteit te verhogen.
Dergelijke ontwikkelingen zullen tegelijk ook positieve effecten
kunnen hebben voor de Nederlandse economie. Immers, de
arbeidsmarktproblemen in de zorgmarkt blijven zeker niet tot ons land
beperkt. Tijdens werkbezoeken onder meer bij Philips en bij de
Universiteit van Twente zag ik al diverse prachtige voorbeelden van
arbeidsbesparende technologie en organisatiemodellen. En tijdens mijn
bezoek, eerder deze maand aan de Verenigde Staten, heb ik ook enkele
uiterst interessante staaltjes van zorginnovatie en
preventieprogramma's gezien, bijvoorbeeld bij Kaiser Permanente.
Het is een feit dat het aantal chronisch zieken ernstig zal toenemen.
Dat is een ontwikkeling waarvan we in Nederland nu al de eerste druk
ondervinden. Meer chronisch zieken, vaak ook meer chronische ziekten
tegelijk bij een persoon - multimorbiditeit - leiden tot forse extra
kosten.
In mijn chronisch ziekenbrief aan de Tweede Kamer, eerder dit jaar,
heb ik de urgentie van chronische ziekten aangegeven. De komende 20
jaar neemt voor belangrijke chronische aandoeningen het percentage
mensen dat eraan lijdt, met 40 procent toe. De kosten die daarmee zijn
gemoeid lopen in de 70 procent van het budget. Dat betekent dat we
anders moeten durven denken. Ik durf dat!
Mensen met chronische aandoeningen, zoals Parkinson,hartfalen, COPD,
diabetes hebben op lange termijn, vaak levenslang, ondersteuning
nodig. Dat vraagt om zorg die het liefst dicht bij huis en in goede
samenhang wordt verleend. Denk daarbij aan afstemming tussen huisarts,
diëtist, internist, verpleegkundigen. Of in het geval van Parkinson
tussen neuroloog, huisarts, verpleegkundige, fysiotherapeut en nog
meer professionals die de kwaliteit van leven van de patiënt kunnen
verbeteren.
Een multidisciplinair team om de patiënt heen dat werkt op basis van
een persoonlijk behandelplan. Maatwerk. We moeten duidelijker durven
stellen, de patiënt staat centraal en niet de instelling of een
behandelaar. Mooi!!
Ons huidige stelsel is daar nog niet op toegesneden. Dat komt onder
meer omdat de zorg meestal is georganiseerd vanuit beroepsgroepen en
typen instellingen. Er is daarmee onvoldoende samenhang/werking en ook
weinig substitutie tussen de eerste lijn en de ziekenhuizen. Bovendien
worden de eerste lijn en de tweede lijn op een verschillende manier
betaald, zodat in de praktijk ziektekostenverzekeraars meer risico
lopen als ze investeren in de eerste lijn. Het is dan vaak niet lonend
om de zorg naar de patiënt te brengen, terwijl die daar juist extra
baat bij kan hebben. Dat is een verkeerde prikkel.
Ik erken dit probleem terdege en probeer onder meer in het kader van
de risicoverevening oplossingen aan te dragen.
Verder zullen we toegaan naar een functionele bekostiging , -
functionele bekostiging moet je denk ik even kort toelichten - zodat
direct duidelijk wordt of de zorg in termen van prijs en kwaliteit
beter dicht bij huis of beter in het ziekenhuis kan worden aangeboden,
of dat een mengvorm in bijvoorbeeld een netwerk de voorkeur geniet. Op
basis daarvan kan de ziektekostenverzekeraar tegen de beste prijs
kwalitatief goede zorg inkopen. Of beter gezegd: de beste kwaliteit
van leven bieden tegen een aanvaardbare prijs.
Het is mijn stellige overtuiging dat zorg rond de patiënt moet worden
georganiseerd. We moeten af van de soms hoge schotten tussen de
lijnen. We moeten toe naar de ontwikkeling van zorgstandaarden, die
duidelijk in kaart brengen welke samenhangende zorg bijvoorbeeld een
Parkinsonpatiënt, nodig heeft.
Ik denk daarbij aan zorgstandaarden voor de belangrijkste chronische
ziekten. Ik doe dan ook een klemmend beroep op u de zorgstandaard voor
Parkinson te ontwikkelen.
Op basis van die zorgstandaarden, die de ondergrens van de kwaliteit
vastleggen, worden vervolgens kwaliteitsindicatoren ontwikkeld. De
patiënt en de zorgverzekeraar moeten kunnen weten welk netwerk van
zorgaanbieders de beste zorg en begeleiding aanbiedt. Bij de bakker is
het duidelijk. Hij weet wat en hoe hij bakt en wat de ingrediënten
kosten, terwijl de klant precies weet wat hij koopt. Zo ver is het in
de zorg nog niet. En ik spoor u vanaf deze plek ook van harte aan om
die kwaliteitsindicatoren verder te ontwikkelen. Dat is de taak van de
beroepsgroepen en de instellingen. We zijn op de goede weg, maar het
tempo mag - eerlijk gezegd - wel wat straffer.
Ik wil dat er duidelijke richtlijnen komen over veiligheid en
kwaliteit voor alle sectoren van de zorg en dat ze streng en strikt
worden nageleefd. Dat is een stevige ambitie.
Bij dat alles is transparantie van presteren uiterst belangrijk.
Instellingen en netwerken moeten zichtbaar maken wat ze precies doen.
De prestaties moeten inzichtelijk zijn voor de patiënt, de
zorgverzekeraar en de toezichthoudende instanties. Op dit moment
worden op aanzienlijke schaal indicatoren ontwikkeld door het veld, in
samenspraak met de Inspectie, zowel in de curatieve zorg als in de
langdurige zorg.
De kwaliteitsbeleving van de patiënt en de cliënt wordt gemeten in de
CQ-Index. Het is de bedoeling dat eind volgend jaar voor 24
aandoeningen indicatoren zijn vastgesteld. Die informatie wordt
gepubliceerd op KiesBeter.nl.
Eind 2011 zouden in de ziekenhuissector voor 80 aandoeningen
indicatoren moeten zijn. Tachtig aandoeningen die samen ongeveer 80
procent van de geleverde ziekenhuiszorg omvatten.
En bij die transparantie speelt ook de informatievoorziening een
essentiële rol. Tijdige informatie over patiënten is cruciaal.
Gegevens over ziekteverloop, behandeling, indicatoren, vragen,
angsten, onzekerheden en verwachtingen van patiënten moeten intensief
worden uitgewisseld tussen zorgverleners onderling en tussen
zorgverleners en de patiënt. Elektronische informatiesystemen kunnen
patiënten steunen bij zelfzorg, lotgenotencontact en vragen.
Gezondheidswinst en hogere kwaliteit van leven - want minder angst en
onzekerheid - gaan daarbij hand in hand.
U begrijpt dat ik hiermee tegelijk een warm pleidooi houd voor de
soepele en overtuigende invoering van het EPD. Digitalisering klinkt
afstandelijk. Niets is minder waar.
Het brengt toewijding en zorg ook dichter bij mensen. Al ontwikkelde
datasystemen, zoals ParkinsonNet, moeten actief worden uitgedragen.
ParkinsonNet heeft de zorg voor parkinsonpatiënten op een kwalitatief
veel hoger plan getild.
We hoeven niet voor elke aandoening het wiel opnieuw uit te vinden.
Met name op het vlak diabetes zijn we al heel ver, daarvoor wordt al
enige jaren met een zorgstandaard gewerkt. We moeten tegelijk de
verbindingen leggen. Er komt daarom bijvoorbeeld een platform bij
ZonMW om die verbindingen te leggen. En ik nodig u uit u daarbij aan
te sluiten. Samen doen, dat genereert kracht.
Dames en heren,
De patiënt centraal. Maar niet alleen als voorwerp van behandeling en
zorg. Ook als mondige burger wiens vraag naar zorg en ondersteuning
serieus dient te worden genomen.
Behandelaars moeten nauwkeurig en in samenspraak met elkaar en met de
patiënt vaststellen wat de zorgvraag van de patiënt is. De patiënt
speelt een belangrijke rol, maar hij moet toch niet alle zorg zelf
coördineren, gewoon wegens het feit dat het nog niet vanzelfsprekend
in de zorg gebeurt.
Bij de begrotingsbehandeling in de Tweede Kamer gaf ik onlangs het
volgende voorbeeld. Het lijkt erop of iemand die een auto wil kopen,
eerst ergens een carrosserie opduikelt, dan ergens banden koopt, en
vervolgens ook nog een stuur in een of ander magazijn. En als ie dan
thuiskomt moet hij - lees de patiënt - dat hele pakket zelf in elkaar
zetten. Dat moeten we gewoon niet willen. Laten we zorgen voor een
aanbod van geïntegreerde zorg. Bovendien duiden de eerste conclusies
van een omvangrijk onderzoek erop dat - in dit geval ParkinsonNet een
betere kwaliteit van zorg opleveren tegen lagere gezondheidskosten.
En is de patiënt niet mondig of incapabel dan ligt daar een
belangrijke rol voor patiëntenorganisaties of voor de sociale omgeving
van de patiënt. Die makelaarsfunctie moet zich uiteindelijk
verplaatsen naar de zorg zelf.
Nogmaals, initiatieven als Mijn Zorgnet stellen de patiënt al
werkelijk centraal. Ik zal uit alle macht bevorderen dat een
dergelijke benadering wordt uitgebreid naar andere chronische ziekten.
Goede ontwikkelingen als ParkinsonNet moeten zich als een olievlek
uitbreiden.
Dames en heren,
Ik kan de feestvreugde vandaag nog verder vergroten. ParkinsonNet
wordt door ZonMw - mijn organisatie voor gezondheidsonderzoek en
zorginnovatie - beloond met de parelstatus. Een parel wordt toegekend
voor een succesvol project dat de kwaliteit verhoogd en een groot
potentieel heeft voor landelijke toepassing.
ParkinsonNet is met subsidie van ZonMw op doelmatigheid onderzocht.
Gebleken is dat een verhoging van de kwaliteit gepaard kan gaan met
lagere kosten. Complimenten met deze parel. Ik zal deze graag begin
van het nieuwe jaar aan jullie uitreiken.
Tot slot. Ik zie in de lijst van sprekers vandaag heel interessante
thema's en gezaghebbende sprekers. Ik laat me dan ook graag informeren
over de uitkomsten van dit symposium, zodat het ministerie van VWS en
ik zelf persoonlijk verder kunnen met de ontwikkeling van doelmatig en
doeltreffend beleid op het vlak van chronische ziekten. Dank u wel.
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport