Onderwijsraad
KENMERK
20080310/930
DATUM
27 november 2008
P E R S B E R I C H T -
e m b a r g o t o t 2 7 n o v e m b e r ,
2 4 . 0 0 u u r
FUSIETOETS MOET KEUZEVRIJHEID
WAARBORGEN
Fusies en schaalvergroting in het onderwijs brengen risico's met zich
mee als het gaat om keuzevrijheid en maatschappelijk draagvlak
(legitimatie). De overheid heeft hiervoor weinig aandacht gehad en
tegelijkertijd nauwelijks instrumenten in handen om deze risico's te
voorkomen of te repareren. Dat stelt de Onderwijsraad in zijn advies
De bestuurlijke ontwikkeling van het Nederlandse onderwijs dat vandaag
verschijnt. Ook wanneer het aantal aanbieders in een regio afneemt
doordat schoolbesturen fuseren, moet er voor ouders wat te
kiezen blijven. Op dit moment is daarvoor geen garantie. Een fusietoets
voor omvangrijke fusies - met elementen als een toetsingsdrempel,
een toets op variëteit en een fusie-effectrapportage waarin
de fusie afgewogen wordt tegen alternatieven - moet daar verandering
in brengen.
Met de fusietoets wil de raad voorkomen dat in bepaalde gebieden slechts
één bestuurlijke aanbieder overblijft. Verscheidenheid van voorzieningen en
van besturen is een belangrijk kenmerk van onderwijs. Ouders, leerlingen en
studenten hechten aan deze keuzemogelijkheid. Alles in één hand betekent
een monopolie, terwijl diversiteit in levensbeschouwelijke richtingen en pedagogisch-
didactische concepten noodzakelijk is willen ouders en leerlingen
ook echt iets te kiezen hebben. Minimaal is daarvoor noodzakelijk: ten minste
twee aanbieders ter plekke.
Criteria fusietoets: toetsingsdrempel, bestuurlijke variëteit en
effectrapportage
Niet alle fusies hoeven getoetst. De raad stelt voor om een toetsingsdrempel
te koppelen aan het totaal aantal deelnemers dat onderwijs volgt aan de instellingen
die willen fuseren. Deze drempel varieert per sector: de raad denkt
aan een orde van grootte van 2.500 voor het basisonderwijs, 5.000 voor het
voortgezet onderwijs en 10.000 in het middelbaar beroepsonderwijs (mbo)
Voor het hoger onderwijs kan de grens liggen bij 20.000 studenten. Om de
fusie goed te keuren is de eis dat er voldoende bestuurlijke variëteit blijft
wanneer twee besturen in één regio willen fuseren. Hoe groot dat gebied is,
verschilt per sector. Voor het basisonderwijs is er sprake van een kleiner
relevant geografisch gebied dan voor het voortgezet onderwijs of mbo. Voor
het hoger beroepsonderwijs bepalen de landsgrenzen de regio.
Uitvoering fusietoets door NMa
De Onderwijsraad pleit voor de inrichting van een Onderwijskamer bij de NMa
voor de uitvoering van de fusietoets. Op die manier staat de fusietoets op
enige afstand van de politiek, maar hoeft er geen nieuwe instantie voor in het
leven geroepen te worden. De minister van Onderwijs moet bepalen welke
criteria in de fusietoets worden gehanteerd, bijvoorbeeld de hoogte van een
toetsingsdrempel en de inhoudelijke criteria waarop een fusie beoordeeld
wordt.
NASSAULAAN 6
2514 JS DEN HAAG
TELEFOON 070 310 00 00
FAX 070 356 14 74
E-MAIL SECRETARIAAT@ONDERWIJSRAAD.NL
WEBSITE WWW.ONDERWIJSRAAD.NL
KENMERK