Gepubliceerd op 27 november 2008
Kans op psychosociale problemen groter door lage sociaal-economische positie
en migratie
Gepubliceerd op 27 november 2008
Onderzoekers van de Universiteit van Amsterdam (UvA) en de GGD
Amsterdam hebben in opdracht van de gemeente Amsterdam onderzoek
gedaan naar het vóórkomen van psychosociale problemen en
verstandelijke handicaps onder de Amsterdamse jeugd. Uit het onderzoek
`Zware Bagage', verricht door Marigo Teeuwen (UvA) en Arnoud Verhoeff
(GGD Amsterdam/UvA), blijkt dat een lage sociaal-economische positie
en migratie het risico op psychosociale problemen groot maakt.
Daarnaast komt naar voren dat verstandelijke beperkingen nog te weinig
worden herkend en erkend.
Psychosociale problemen komen veelvuldig voor onder de Amsterdamse
jeugd en de problemen nemen toe met de leeftijd. Dit is af te leiden
uit registraties van de jeugdgezondheidszorg (JGZ). Uit de beperkte
beschikbare gegevens voor Amsterdam komt geen eenduidig beeld naar
voren over de relatie tussen etniciteit en het vóórkomen van
psychosociale problematiek bij de Amsterdamse jeugd. Cijfers over het
vóórkomen van verstandelijke beperkingen naar etniciteit ontbreken.
Over het zorggebruik van Amsterdamse kinderen naar etniciteit hebben
Teeuwen en Verhoeff beperkt inzicht verkregen. Autochtone kinderen met
een verstandelijke beperking lijken meer gebruik te maken van zorg.
Als het gaat om een combinatie van een verstandelijke beperking en
psychosociale problemen dan lijken juist Marokkaanse en Surinaamse
kinderen het meest gebruik te maken van zorg. Naar het werkelijke
zorggebruik moet nader onderzoek gedaan worden.
Uit het onderzoek blijkt verder dat ten eerste een lage
sociaal-economische positie en ten tweede migratie een verhoogd risico
geven op het ontwikkelen van psychosociale problemen. Het
migratieproces geeft vooral laagopgeleiden (en hun kinderen) veel
stressfactoren die kunnen leiden tot psychosociale problemen. Het
blijkt dat deze risico- en stressfactoren niet zozeer verbonden zijn
met etniciteit als wel met migratie en een lage sociaal economische
positie. Verhoudingsgewijs komen veel jongeren van niet-westerse
afkomst terecht in de jeugdbescherming en justitiële inrichtingen, en
minder in de vrijwillige hulpverlening. Dit wijst erop dat er mogelijk
te laat een beroep gedaan wordt op de reguliere lichtere vormen van
zorg.
Vervolg
In het schooljaar 2009-2010 start de GGD Amsterdam met een pilot
waarbij 1200 Amsterdamse leerlingen van 5 t/m 8 jaar getest worden op
psychosociale problemen. Met dit leerlingvolgsysteem kunnen dit soort
problemen vroeger gesignaleerd worden. Ook de hulpverlening kan dan
eerder starten. Daarnaast gaat de GGD in de pilot controleren wat er
met de gesignaleerde problemen gebeurt en of de hulpverlening goed
verloopt. In samenwerking met migrantenorganisaties worden verder
programma's ontwikkeld om verstandelijke beperkingen en psychosociale
problemen in sommige etnische groepen beter bespreekbaar te maken.
Bron: UvA Persvoorlichting
Universiteit van Amsterdam