lto en natuurorganisaties vragen steun voor oplossen ammoniakprobleem in natura 2000-gebieden
24-11-2008
LTO Nederland en natuurorganisaties De Landschappen, Natuurmonumenten
en Staatsbosbeheer werken momenteel gezamenlijk aan een oplossing voor
de ammoniak en stikstofproblematiek rondom Natura 2000 gebieden. Dit
is nodig om ervoor te zorgen dat Natura 2000-gebieden beter worden
beschermd en veehouderijbedrijven in de nabijheid van deze gebieden
voldoende ruimte krijgen voor hun ontwikkeling. Een inhoudelijke
oplossing ligt binnen handbereik, maar aan de juridische verankering
daarvan moet nog worden gewerkt. Genoemde organisaties hebben ook
afgesproken hier aan bij te dragen. Daarbij is de steun van het
ministerie van LNV onmisbaar. De partijen doen dan ook een dringend
beroep op minister Verburg (LNV) om zich hier voor in te spannen.
Vandaag heeft de minister een brief over deze problematiek naar de
Tweede Kamer gestuurd.
De belasting van Natura 2000 gebieden door verzuring van bodem en
grondwater is te hoog. Verzuring wordt veroorzaakt door de uitstoot
van ammoniak en stikstofoxiden vanuit de veehouderij, autoverkeer en
industrie. De natuur ondervindt daarvan schade met name de
plantensoorten die karakteristiek zijn voor heide, venen en heischrale
graslanden. Omdat er geen afdoende juridisch kader is, wijst de Raad
van State iedere vergunning voor uitbreiding van een veehouderij af
die extra ammoniakemissie veroorzaakt op een Natura 2000 gebied.
Hierdoor ervaren op dit moment meer dan 10.000 veehouderijbedrijven in
ons land dat ze te weinig uitbreidingsmogelijkheden hebben. LTO
Nederland en natuurorganisaties zijn het erover eens dat maatregelen
nodig zijn om de verzuring van Natura 2000-gebieden terug te dringen.
Veehouderijbedrijven moeten daartoe investeren, maar dan moet daarvoor
wel ruimte zijn.
LTO Nederland en natuurorganisaties zien kansen om daarover afspraken
te maken. Hiertoe is veel geleerd van het proces in De Peel waar
betrokken organisaties dichtbij een ammoniakakkoord zijn. Daarin
worden voor lange termijn afspraken gemaakt om maatregelen te nemen
die tot een teruggang leiden van de totale uitstoot van ammoniak
terwijl bedrijfsontwikkeling mogelijk wordt. Eén van succesfactoren
hier is de aanpak van het proces geweest, waarbij professionele
begeleiding en een zorgvuldige regie op het proces vooropstonden. De
aanpak en het akkoord kunnen veel betekenen voor andere gebieden met
ammoniakproblemen. Een dergelijk zorgvuldig proces is cruciaal voor
het opstellen van andere beheerplannen. Ammoniakreducerende afspraken
worden vastgelegd in beheerplannen, die voor alle Natura 2000 gebieden
worden opgesteld. Naar verwachting is naast de lokale aanpak ook
aanvullende generiek beleid ten aanzien van een reductie van
stikstofemissie noodzakelijk.
LTO Nederland, Natuurmonumenten, De Landschappen en Staatsbosbeheer
onderkennen dat de afbreukrisico's groot zijn. Er zijn vaak veel
uiteenlopende belangen die bij elkaar moeten worden gebracht. De
organisaties zien hun bijdrage aan de opstelling van plannen niet als
een vrijblijvende exercitie. Beheerplannen scheppen verplichtingen.
Dat zal wel waargemaakt moeten kunnen worden.
Vergunningen die op basis van beheerplannen worden verleend zullen
daarom bijvoorbeeld juridisch goed moeten zijn ingedekt, desnoods door
een wetswijziging. Tegelijk zijn een krachtige bestuurlijke inzet, een
adequate kennisvoorziening en voldoende financiële middelen nodig om
natuur te kunnen beschermen en agrarische bedrijven toekomst te
bieden. Het kabinet draagt hiervoor een grote verantwoordelijkheid. In
de brief aan de Kamer wordt daar niet op in gegaan. LTO en de
natuurorganisaties roepen het kabinet op om samen met hen zo snel
mogelijk werk te maken van de juridische borging van de voorstellen
voor het oplossen van de ammoniakproblematiek.