4. Antwoorden op Kamervragen Van Gerven over het bericht dat de
zorgpremies zullen stijgen als gevolg van de kredietcrisis
Antwoorden op Kamervragen Van Gerven over het bericht dat de zorgpremies
zullen stijgen als gevolg van de kredietcrisis
Kamerstuk, 20 november 2008
De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA DEN HAAG
DZ-K-U-2886040
20 november 2008
Antwoorden van minister dr. A. Klink op vragen van het Kamerlid Van
Gerven (SP) over het bericht dat de zorgpremies zullen stijgen als
gevolg van de kredietcrisis (2080902480).
Vraag 1
Wat is uw reactie op het bericht dat de zorgpremies zullen stijgen
door `verkeerde' beleggingen van zorgverzekeraars? 1)
Antwoord 1
Ik heb kennis genomen van het bericht in Zorgvisie.
Vraag 2
Deelt u de mening dat verliezen op de beurs niet op het bordje van de
premiebetaler mogen worden gelegd? Zo ja, welke maatregelen gaat u
nemen? Zo neen, waarom niet?
Antwoord 2
Het vermogen van zorgverzekeraars bestaat, net als bij andere
schadeverzekeraars, voor het grootste deel uit de premiebetalingen
door de verzekerden. Ook ontvangen zorgverzekeraars een bijdrage uit
het Zorgverzekeringsfonds. Zorgverzekeraars en andere
schadeverzekeraars hebben relatief veel liquide middelen en
kortlopende, courante beleggingen voorhanden, omdat binnengekomen
gelden gereserveerd worden om schaden (i.c. uitgevoerde medische
behandelingen) uit te keren. Hierdoor wordt een relatief klein deel
van de binnengekomen gelden lang belegd. Zorgverzekeraars worden
daarom in beperkte mate getroffen door het inzakken van de
beurskoersen. Dit laat onverlet dat de kredietcrisis wel degelijk
invloed heeft op de beleggingsinkomsten van zorgverzekeraars.
Meerdere zorgverzekeraars hebben hun premies voor 2009 inmiddels
bekendgemaakt. Uit deze informatie kan worden afgeleid dat eventuele
verliezen op beleggingen niet of nauwelijks van invloed zijn op de
premies voor 2009. De meeste van deze zorgverzekeraars hebben de
premies voor hun basisverzekering gelijk gehouden of zelfs licht laten
dalen. Dit ondanks de verwachte stijging van de nominale premie van de
basisverzekering in 2009 van 3% (zoals uit de begroting VWS voor 2009
blijkt). De premies voor de aanvullende zorgverzekering zijn wel
gestegen. De grootste prijsstijgingen vinden vooral plaats bij
complete aanvullende pakketten, terwijl de premies van de standaard
aanvullende pakketten beperkt stijgen.
Overigens zouden ook zorgverzekeraars, indien daartoe aanleiding zou
zijn en die zorgverzekeraars in beginsel een gezond bedrijf zijn, een
(tijdelijke) financiële injectie kunnen aanvragen. De overheid heeft
initieel 20 miljard euro beschikbaar gesteld om financiële
ondernemingen die door de kredietcrisis in de problemen komen onder
voorwaarden zo'n financiële injectie te kunnen geven.
Vraag 3
Welke maatregelen ziet u om de premiestijging in te perken?
Antwoord 3
De zorgverzekeraars bepalen zelf de hoogte van de premies. Voor de
basiszorgverzekering doen ze dit op basis van het wettelijk
vastgestelde pakket. De enige maatregelen die ik zou kunnen nemen met
gevolgen voor de premies lopen dan ook via het pakket. Een aanpassing
van het pakket is op dit moment echter niet aan de orde.
Vraag 4
Bent u bereid, indien de premie door de kredietcrisis fors omhoog
gaat, de zorgtoeslag voor 2009 aan te passen? Zo neen, waarom niet?
Antwoord 4
De zorgtoeslag wordt, zoals gebruikelijk, eind november vastgesteld op
basis van de gemiddelde premie in de markt. Dit betekent dat als de
premies die verzekeraars vaststellen hoger uitvallen dan verondersteld
in de Prinsjesdagstukken, de zorgtoeslag automatisch hoger wordt
vastgesteld. Er is dus ook geen noodzaak voor het nemen van bijzondere
maatregelen met betrekking tot de zorgtoeslag, omdat de zorgtoeslag
automatisch altijd al wordt gebaseerd op de werkelijk optredende
premie, waardoor de meeste (vooral lage en midden) huishoudens
rechtstreeks gecompenseerd worden bij premiestijging.
Vraag 5
Bent u bereid de vrijheid van zorgverzekeraars om te beleggen in te
perken?
Antwoord 5
Europese regels en de Wet op het financieel toezicht (Wft) gaan uit
van beleggingsvrijheid van verzekeraars, waaronder zorgverzekeraars.
Verzekeraars moeten daarbij wel voor zorgen dat de aard van de
beleggingen in overeenstemming is met de aard van de verplichtingen,
dat de beleggingen adequaat gespreid en gediversifieerd zijn en dat
beleggingen met een hoog risico tot een voorzichtig niveau beperkt
worden. De Europese regels en de Wft laten het in feite ook niet toe
dat deze vrijheid verder wordt ingeperkt. Ik zie hiertoe overigens ook
geen aanleiding. Daarbij moeten verzekeraars ook voldoen aan de
voorschriften in verband met de beheerste en integere bedrijfsvoering,
waaronder risicomanagement en interne controle. De Nederlandsche Bank
ziet adequaat toe op de naleving van de voorschriften inzake
beleggingen en beheerste en integere bedrijfsvoering.
Vraag 6
Op welke wijze houdt De Nederlandsche Bank toezicht op de beleggingen
van zorgverzekeraars? Bent u bereid dit toezicht te verscherpen? Zo
neen, waarom niet?
Antwoord 6
Voor wat betreft de zorgverzekeraars houdt DNB nauwkeurig de vinger
aan de pols: wekelijks wordt de solvabiliteit van verzekeraars
gemonitord, met nadruk op de ontwikkelingen in de beleggingen, en er
vinden regelmatig gesprekken met de verzekeraars plaats. Daarnaast
hebben verzekeraars een meldingsplicht. Als er bijzondere
ontwikkelingen zijn, moeten die gemeld worden aan DNB. Er is geen
aanleiding om dit toezicht te verscherpen.
1) Zorgvisie, 7 oktober 2008
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport