Nicis: "Re-integratiebeleid levert nog te weinig op"

20/11/2008 06:30

Nicis Institute

Dankzij een strenger poortwachter- en handhavingsbeleid van gemeenten is het aantal mensen dat een bijstandsuitkering ontvangt op een historisch laag niveau beland. Het aantal bijstandsuitkeringen daalde in de afgelopen twee jaar met 60.000 tot nog 275.000. Gemeenten zullen daarom door moeten gaan met het succesvolle poortwachter en handhavingsbeleid. Het arbeidsmarktbeleid moet echter nog effectiever. Daarbij valt te denken aan eenvoudiger procedures om zonodig uitkeringen te korten.

Het gemeentelijk arbeidsmarktbeleid kan effectiever worden wanneer gemeenten de aanbevelingen overnemen uit het vandaag gepresenteerde advies 'Aan de slag met een doeltreffend arbeidsmarktbeleid', dat tot stand kwam onder leiding van prof. dr. Jouke van Dijk, lid van het College van Stedelijke Innovatie (CSI) van Nicis Institute. Het CSI, dat bestaat uit zeven gerenommeerde hoogleraren en bestuurders, adviseert steden op een aantal maatschappelijke thema's. De adviezen zijn gebaseerd op wetenschappelijk onderzoek.

Kern van het CSI-advies is dat re-integratie momenteel te weinig oplevert. Volgens het CSI draagt het actief bevorderen van de uitstroom naar regulier beleid via re-integratiebeleid nauwelijks bij aan het verminderen van het aantal uitkeringsgerechtigden. Het is opmerkelijk dat er jaarlijks bijna net zoveel aan arbeidsmarktbeleid wordt uitgegeven als er eenmalig nodig zou zijn geweest voor de aanleg van de Zuiderzeelijn naar het noorden van het land. In tegenstelling tot die Zuiderzeelijn wordt er over de uitgaven voor re-integratie nauwelijks tot geen 'nut en noodzaak' discussie gevoerd en er wordt ook geen 'maatschappelijke kosten-batenanalyse' (MKBA) gemaakt zoals dat voor de Zuiderzeelijn wel het geval is geweest.

De grootste kritiek van het CSI is dat de kosten per geïntegreerd persoon te hoog zijn. Het onderzoek baseert zich daarbij op het feit dat in 2007 90.000 re-integratietrajecten zijn beëindigd waarvan 21.000 mensen (23%) zijn uitgestroomd naar werk (bruto effectiviteit). Afgezet tegenover de in 2007 aan gemeenten beschikbaar gestelde middelen voor re-integratie (euro 1,45 miljard) komt dit neer op euro 69.000 per persoon dat naar werk is uitgestroomd. Uitgaande van onderzoek door SEO komt prof. dr. Jouke van Dijk tot de aanname dat slechts 3% hiervan het gevolg is van een re-integratietraject (netto effectiviteit). In dat geval zouden de kosten voor ieder naar werk geïntegreerd persoon euro 537.000 bedragen.

Volgens het CSI staat de grote aandacht door het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) voor de bruto effectiviteit nog jarenlang een effectief arbeidsmarktbeleid in de weg. Om tot een effectiever rijksbeleid te komen zal het ministerie van SZW zich daarom meer op het netto effectiviteit dienen te richten. Het in samenwerking met anderen ontwikkelen van inzichten die de kennis over de werking van de arbeidsmarkt en het evalueren van arbeidsmarktprojecten vergroten, kan daarbij een goed instrument zijn.

De middelen voor re-integratie moeten beschikbaar blijven voor verhoging van de arbeidsparticipatie door gemeenten en moeten volgens het advies ook kunnen worden aangewend voor de bekostiging van nieuwe ideeën die direct gericht zijn op het verhogen van de participatie, zoals de maatregelen die zijn voorgesteld in het advies 'Werken naar vermogen' van de commissie De Vries.

Verbetering van het gemeentelijk arbeidsmarktbeleid is volgens het advies nodig om te komen tot vervulling van de ongeveer 240.000 vacatures van dit moment. Ook is verbetering van het gemeentelijk arbeidsmarktbeleid nodig vanuit het door de commissie Bakker berekende tekort van 375.000 arbeidskrachten in 2015 dat kan oplopen tot 700.000 arbeidskrachten in 2040. Op dit moment zijn er naar schatting een miljoen mensen die een baan willen hebben, maar dit niet hebben, en zijn er 1.200.000 personen die een werkgerelateerde uitkering ontvangen.

Bij dit persbericht is een bijlage zichtbaar op www.perssupport.nl





http://www.nicis.nl