Brussel, 18 november 2008
Staatssteun: uit het laatste Scorebord blijkt dat de lidstaten steeds beter
gerichte steun verlenen
Uit de jongste editie van het Scorebord voor staatssteun van de Europese
Commissie blijkt dat de lidstaten in toenemende mate gebruik maken van de
mogelijkheden die door de recentelijk herziene EU-staatssteunregels worden
geboden om hun steun beter te richten. In 2007 kenden de lidstaten gemiddeld
80% van de steun toe aan horizontale doelstellingen, tegen circa 50% in het
midden van de jaren negentig; deze stijging gold vooral voor de uitgaven
voor O&O- en milieusteun. Geconfronteerd met de huidige financiële crisis
hebben de lidstaten en de Commissie er met hun gecoördineerde optreden voor
gezorgd dat snel maatregelen ter ondersteuning van de financiële sector ten
uitvoer konden worden gelegd, in overeenstemming met de
EU-staatssteunregels.
Neelie Kroes, Commissaris voor Concurrentie, verklaarde: "Ik juich de
inspanningen van de lidstaten om hun steun beter te richten ten
zeerste toe. Vergeleken met de jaren negentig, toen 50% van de steun
naar horizontale doelstellingen ging, ziet het huidige cijfer van 80%
er bijzonder goed uit. In de context van een economische recessie is
gerichte steun nog belangrijker."
In de afgelopen 25 jaar is het totale staatssteunniveau gedaald van
meer dan 2% van het BBP in de jaren tachtig tot circa 0,5% in 2007.
Weliswaar wordt in het Scorebord gewezen op de tendens in de lidstaten
om de steun steeds meer op horizontale doelstellingen te richten, doch
tevens wordt opgemerkt dat door de recente financiële crisis het
aandeel van de reddings- en herstructureringssteun in bepaalde landen
in 2008 vermoedelijk sterk zal stijgen.
Steun om de financiële crisis te overwinnen
Dankzij gecoördineerd optreden van de lidstaten en de Commissie konden
snel adequate steunmaatregelen ten uitvoer worden gelegd om de
financiële crisis in overeenstemming met de EU-staatssteunregels het
hoofd te bieden. De buitengewone marktomstandigheden en het grote
aantal aanmeldingen zetten de Commissie sterk onder druk om deze zaken
snel op te lossen en er tegelijkertijd voor te zorgen dat de
maatregelen proportioneel waren en niet tot discriminatie tussen
ondernemingen zouden leiden. Met goede samenwerking van de lidstaten
en de onverwijlde invoering van een versnelde procedure, is de
Commissie erin geslaagd in recordtijd de aanmeldingen te beantwoorden
en besluiten te nemen - soms zelfs binnen 24 uur (zoals in het geval
van Bradford en Bingley, zie IP/08/1437, of voor een algemeen
overzicht van de recente besluiten MEMO/08/674).
Vereenvoudiging
Na de hervormingen die door het Actieplan staatssteun in 2005 in gang
werden gezet (zie IP/05/680) is een toenemend aantal steunmaatregelen
thans vrijgesteld van voorafgaand onderzoek door de Commissie, hetzij
op grond van de de minimis-verordening (zie IP/06/1765), hetzij op
grond van de groepsvrijstellingsverordening (zie IP/08/1110). Hierdoor
kan de Commissie zich concentreren op de zaken waar de
concurrentiedistorsie het grootst is. Reeds in 2007, vóór de
inwerkingtreding van de groepsvrijstellingsverordening, maakten de
vrijgestelde maatregelen 65% van alle steunmaatregelen uit, tegen 40%
in 2002. Deze ontwikkeling wordt echter nog niet in dezelfde mate
weerspiegeld in de uitgaven: in 2007 werd 13% van de totale steun op
grond van de groepsvrijstellingen uitgekeerd (tegen 6% in 2006). De
groepsvrijstellingsverordening maakt het thans voor lidstaten
gemakkelijker om het juiste type steun te verlenen en de toegang tot
financiering te vergemakkelijken, met name voor KMO's, en aldus de
huidige financiële en economische crisis nog doeltreffender het hoofd
te bieden.
Handhaving
Het Scorebord stelt verder vast dat er vooruitgang is geboekt bij de
terugvordering van onwettige en onverenigbare steun. Eind juni 2008
waren er 47 terugvorderingsbeschikkingen hangende, tegen 93 eind 2004.
Daarnaast is een bedrag van 7,1 miljard euro daadwerkelijk
terugbetaald, plus 2,4 miljard euro rente. Dit betekent dat bijna 90%
van het totale bedrag van onwettige en onverenigbare steun tegen eind
juni 2008 daadwerkelijk door de steunontvangers was terugbetaald,
tegen slechts 25% eind 2004.
De Commissie meent dat de handhaving van de staatssteunregels door de
nationale rechtbanken van belang is voor het algehele stelsel van
toezicht op staatssteun, en zij heeft daarom onlangs een openbare
raadpleging op touw gezet over een reeks richtsnoeren om de
rechtbanken van de lidstaten te helpen bij de toepassing van de
EU-staatssteunregels (zie IP/08/1384).
Het Scorebord, alsmede een reeks gedetailleerde statistische tabellen
en indicatoren voor alle lidstaten, is beschikbaar op de
Europa-website:
http://ec.europa.eu/comm/competition/state_aid/studies_reports/studies
_reports.html
Minder en beter gerichte steun: kerncijfers
Staatssteun in miljoen euro, 2007
Staatssteun als % van het BBP, 2007
Ontwikkeling van de steun ten opzichte van het BBP, 2002 - 2007, in
procentpunten (1)
Steun aan horizon-tale doelstel-lingen als % van de totale steun aan
industrie en diensten, 2007
Ontwikke- ling van de steun aan horizon-tale doelstel-lingen als % van
de totale steun, 2002 - 2007, in procent- punten (1)
Totale staats-steun exclusief spoor-wegen
Totale staats-steun voor industrie en diensten (exclusief landbouw,
visserij en vervoer)
Totale staats-steun exclusief spoor-wegen
Totale staats-steun voor industrie en diensten (exclusief landbouw,
visserij en vervoer)
Totale staats-steun exclusief spoor-wegen
Totale staats-steun voor industrie en diensten
EU-27
64816
49214
0,53
0,40
-0,07
-0,08
80
14,0
EU-15
57694
45406
0,51
0,40
-0,04
-0,03
80
7,4
EU-12
7123
3808
0,81
0,43
-0,65
-0,85
---
44,5
België
1077
883
0,33
0,27
0,00
-0,01
100
-0,7
Bulgarije
391
27
1,35
0,09
0,07
-0,32
92
33,7
Tsjechië
938
767
0,73
0,60
-1,76
-1,83
100
84,2
Denemarken
1405
1166
0,62
0,51
-0,10
-0,09
92
3,4
Duitsland
16229
14148
0,67
0,58
-0,13
-0,15
79
15,9
Estland
37
10
0,24
0,07
0,08
-0,01
100
0,8
Ierland
1093
603
0,59
0,32
0,01
-0,01
---
17,8
Griekenland
729
551
0,32
0,24
-0,03
0,01
98
3,4
Spanje
5371
4336
0,51
0,41
-0,05
-0,09
74
3,6
Frankrijk
9798
6889
0,52
0,37
-0,01
0,00
95
22,4
Italië
5096
3860
0,33
0,25
-0,08
-0,06
89
-11,9
Cyprus
107
63
0,40
0,24
-1,68
-1,41
95
38,2
Letland
204
42
1,02
0,21
0,66
0,06
100
17,1
Litouwen
177
50
0,63
0,18
0,13
-0,10
96
73,7
Luxemburg
72
46
0,20
0,13
-0,14
-0,07
100
0,0
Hongarije
1434
879
1,42
0,87
0,34
-0,03
53
1,7
Malta
---
74
0,79
0,59
-0,35
-0,50
---
-2,9
Nederland
2316
1355
0,41
0,24
-0,08
0,03
96
2,3
Oostenrijk
1006
815
0,37
0,30
0,10
0,12
98
-21,0
Polen
1849
1261
0,60
0,41
-0,85
-1,04
89
62,8
Portugal
2138
2119
1,31
1,30
0,17
0,19
10
-9,0
Roemenië
1426
296
1,17
0,24
-0,95
-1,24
36
15,5
Slovenië
188
115
0,56
0,34
-0,01
-0,11
84
8,9
Slowakije
273
223
0,50
0,41
0,02
-0,05
76
13,9
Finland
2079
629
1,16
0,35
0,00
0,02
96
-0,4
Zweden
3100
2932
0,93
0,88
0,44
0,44
---
-0,6
Verenigd Koninkrijk
6185
5075
0,31
0,25
-0,03
0,00
62
-12,0
Noorwegen
1819
1368
0,64
0,48
n.b.
n.b.
100
n.b.
IJsland
17
17
0,12
0,12
n.b.
n.b.
87
n.b.
Liechtenstein
---
---
0,03
0,03
n.b.
n.b.
65
n.b.
Opmerking: Deze gegevens hebben betrekking op alle staatssteun als
omschreven in artikel 87, lid 1, van het EG-Verdrag die door lidstaten
is toegekend en door de Commissie is onderzocht. (1) Verandering in
procentpunten tussen het jaargemiddelde voor 2002-2004 en dat voor
2004-2007. Bron: DG Concurrentie, DG Energie en Vervoer, DG Landbouw,
DG Maritieme Zaken en Visserij en de Toezichthoudende Autoriteit van
de EVA.
European Union