Kamerbrief over ondersteuning van de glastuinbouwsector
13 november 2008 - kamerstuk
Directie Landbouw
De Voorzitter van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal
Postbus 20018
2500 EA 's-GRAVENHAGE
uw brief van uw kenmerk ons kenmerk datum
DL. 2008/2868 13 november 2008
onderwerp bijlagen
Glastuinbouw
Halverwege dit jaar heeft de glastuinbouwsector mij benaderd voor ondersteuning van de
sector vanwege de hoge energieprijzen. Samen met de sector en de Rabobank heb ik
gekeken welke mogelijkheden hiervoor waren.
Ondertussen zijn de energieprijzen gedaald maar nog steeds hoog in vergelijking met
afgelopen jaren. Verder kampt de sector al het gehele jaar met lage productprijzen; de
hoge energiekosten aan de ene kant worden allerminst goedgemaakt door opbrengsten
aan de andere kant. En vervolgens ondervindt de sector ook de nadelige gevolgen van de
kredietcrisis wat zich uit in moeilijk verkrijgbare kredieten en ook hogere prijzen om aan
geld te komen.
De drie problemen waarmee de glastuinbouwsector wordt geconfronteerd, de hoge
energieprijzen, de lage productprijzen en de kredietcrisis zijn voor mij aanleiding om,
bovenop datgene wat ik al doe, een aanvullend pakket aan maatregelen te treffen.
Onderstaand ga ik eerst kort in op het stimulerend pakket dat klaarligt voor de sector.
Vervolgens ga ik in op het aanvullend pakket aan maatregelen. Hierbij zal ik ook de inzet
betrekken die de Rabobank van plan is te nemen.
Huidige situatie
Momenteel verkeert de glastuinbouwsector in economisch zwaar weer, net als vele
andere sectoren in de Nederlandse economie. De kosten nemen toe en de opbrengsten
vallen tegen. De export van groenten en fruit was in de maand september minder dan in
dezelfde periode vorig jaar. Het perspectief voor kwetsbare bedrijven was al niet positief
en dat beeld wordt nog negatiever ingekleurd door de huidige hoge energieprijzen. Toch
zijn de hoge energieprijzen voor het overgrote deel van de bedrijven geen acuut
probleem. Wel is het nodig dat de sector sneller dan voorzien zal moeten inspelen op een
nieuwe situatie. Een aanpassing die overigens de afgelopen jaren ook al volop plaatsvond
via schaalvergroting enerzijds en stoppende bedrijven anderzijds.
Het is de sector de afgelopen jaren goed gegaan en er is in vele gevallen een reserve
aanwezig. De uitgangssituatie is dus in het algemeen niet slecht. Bovendien zijn er fiscaal
mogelijkheden om winst en verlies over meerdere jaren te verrekenen.
Datum Kenmerk Paraaf: Vervolgblad
13 november 2008 DL. 2008/2868 2
Dit brengt mij tot de overtuiging dat ondanks de huidige moeilijkheden de glastuinbouw-
sector een in de kern gezonde sector is met een gunstig toekomstperspectief. Dit recht-
vaardigt de steun bij de verdere verduurzaming van de sector. Evident daarbij is dat de
Nederlandse glastuinbouw kwetsbaar is door de afhankelijkheid van fossiele energie,
energie die in de meeste kassen nog nodig is voor de voorziening van warmte en
belichting. Het is dan ook zaak dat de sector met volle kracht verder werkt aan haar
ambitie om onafhankelijk te worden van de inzet van fossiele energie. Voor de opwekking
van warmte zijn hiervoor al technieken beschikbaar, namelijk de semigesloten kas en
aardwarmte. Voor elektriciteitsopwekking is het nog niet zo ver maar op dit punt vindt
momenteel onderzoek plaats.
In de ambitie om onafhankelijk te worden van fossiele energie ben ik met de sector een
omvangrijk innovatie- en investeringsprogramma overeengekomen. We zitten nog
middenin dit programma en er zijn veel middelen beschikbaar om de transitie de
komende jaren voort te zetten. Tot en met 2011 is nog 147 mln. beschikbaar voor de
energietransitie. Daarnaast wil ik niet onvermeld laten dat de verlaagde energiebelasting
is verlengd tot en met 2010. Dit levert de sector een besparing op van circa 150 mln. op
jaarbasis.
Daar bovenop is het afgelopen jaar 33 mln. beschikbaar gekomen voor de herstructure-
ring van de Greenports en 22 mln. voor de inrichting en herstructurering van Klavertje 4
in Venlo.
Aanvullend pakket
Om een innovatieve en duurzame tuinbouwsector te stimuleren stel ik bovenop de
voornoemde inzet het volgende pakket aan maatregelen beschikbaar:
· Evenals het ministerie van EZ draag ik 5 mln. bij aan de garantieregeling
aardwarmte. De regeling voor deze garantie zal hoogstwaarschijnlijk in april 2009
open gaan. Hoewel de regeling niet alleen de glastuinbouwsector betreft is de
belangstelling vanuit deze sector groot.
· Overigens is de Rabobank ook bereid bij te dragen aan dit fonds en naar verwachting
in dezelfde orde van grootte als mijn departement ( 5 mln.).
· Ik ben voornemens de borgstelling `plus' te verhogen van 1,2 mln. naar
2,5 mln. per aanvraag. Hiervoor moet echter eerst goedkeuring worden verleend
door de Europese Commissie. Hiermee geef ik een impuls aan duurzame
investeringen.
· De aangescherpte eisen voor het groenlabelkascertificaat worden enigszins
versoepeld, zodat enerzijds voldoende duurzame ambitie in dit certificaat is
gewaarborgd en anderzijds de sector ook effectief gebruik kan maken van de
betreffende regelingen. Met deze versoepeling kunnen ook intensieve bedrijven in
aanmerking komen voor de hierna nader genoemde fiscale regelingen, namelijk:
· Per januari 2009 gaat de Milieu-investeringsaftrek (MIA) voor groenlabelkassen
omhoog van 30 naar 40%.
· Eveneens per januari 2009 wordt de aftopping van de Willekeurig Afschrijving
Milieu-investeringen (VAMIL) van 50% ongedaan gemaakt.
Datum Kenmerk Paraaf: Vervolgblad
13 november 2008 DL. 2008/2868 3
· Ik wil samen met mijn collega van VROM in de Agenda Landschap het Ruimte-voor-
Ruimte instrumentarium verder optimaliseren en zal bij de provincies aandringen op
een effectieve inzet hiervan. Met een zorgvuldige toepassing van de Ruimte-voor-
Ruimte regeling kunnen verouderde en verspreid liggende glastuinbouwbedrijven
worden gesaneerd. Het mes snijdt aan twee kanten, enerzijds worden verouderde en
minder duurzame bedrijven opgeruimd waarmee de energieprestatie van de sector
verbetert, anderzijds draagt dit bij aan de landschappelijke kwaliteit.
· Verder ben ik bereid om in goed overleg met EZ gesprekken tussen de sector en
netbeheerders te faciliteren over de aansluitproblematiek van Warmtekracht-
koppelingen (WKK's) op het elektriciteitsnet.
En als laatste, maar beslist niet minst belangrijke, laat ik samen met de Rabobank
onderzoek doen naar de lage afzetprijzen. Hoe wordt in de keten van producent tot
consument de marge verdeeld? Zoals ik u in het begin van deze brief al aangaf, kampt de
sector met lage opbrengsten. En zoals de sector mij aanspreekt op de kostenkant, spreek
ik op mijn beurt de sector aan op de opbrengstenkant. De overtuiging groeit, zowel
binnen als buiten de sector, dat tuinders weinig afzetkracht hebben en dat bundeling van
die kracht de enige optie is om te kunnen overleven.
Begin 2009 zal ik, met het onderzoek in de hand, met de glastuinbouwketen in gesprek
gaan en kijken of er oplossingen gevonden kunnen worden voor deze problematiek.
DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN
VOEDSELKWALITEIT,
G. Verburg
---- --
Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit