Gevangenisstraffen voor verdachten Groninger HIV-zaak
De rechtbank Groningen heeft de drie verdachten in de HIV-zaak
veroordeeld tot respectievelijk 9 en 5 jaar en 18 maanden.
Verdachte M wordt veroordeeld tot 9 jaren gevangenisstraf vanwege -
onder meer - een vijftal pogingen andere personen te besmetten met HIV
door hen HIV-besmet bloed middels inspuiting of injectering toe te
dienen. In het vonnis gaat de rechtbank in op de ten aanzien van de
opzet en de causaliteit door de verdediging en het Openbaar Ministerie
ingenomen standpunten.
Verdachte J wordt veroordeeld tot 5 jaren gevangenisstraf vanwege
onder meer zijn betrokkenheid bij het pogen om opzettelijk zwaar
lichamelijk letsel bij een vijftal personen toe te brengen door
toediening van met HIV-besmet bloed middels inspuiting of injectering.
De verdachte wordt door de rechtbank (licht) verminderd
toerekeningsvatbaar beschouwd. Bovendien is hij betrokken bij een
geringer aantal feiten en heeft hij overigens een geringer aandeel in
vergelijking tot verdachte M. Reden waarom verdachte J een lagere
straf opgelegd krijgt.
Verdachte D wordt voor het overgrote deel vrijgesproken van
betrokkenheid bij het opzettelijk besmetten van bezoekers van de door
verdachten georganiseerde seksfeesten. De rechtbank is - kort gezegd -
niet van oordeel dat wettig en overtuigend is bewezen dat sprake is
geweest van (gedeeld) opzet bij verdachte D op het besmetten.
Verdachte D wordt veroordeeld tot 18 maanden gevangenisstraf vanwege
zijn betrokkenheid bij een zedendelict en een tweetal
Opiumwetdelicten.
LJ Nummers
BG4170
BG4169
BG4172
Bron: Centrale redactie rechtspraak.nl
Datum actualiteit: 12 november 2008 Naar boven