Nederlandse Zorgautoriteit


NZa: gelijke spelregels thuiszorginstellingen nodig

Publicatiedatum: 11-11-2008

Niet het zorgaanbod van instellingen moet voorop staan bij de inkoop van AWBZ-zorg, maar juist de zorgvraag van cliënten. Dat stelt de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) in haar advies over bovenregionaal contracteren. De NZa constateert dat er geen gelijk speelveld is tussen bovenregionale en regionale aanbieders van AWBZ-zorg. Sommige bovenregionale zorgaanbieders beheersen steeds meer de markt waardoor onduidelijkheden en knelpunten ontstaan. De NZa komt met een stappenplan om in twee jaar van aanbod naar vraaggestuurd contracteren in de AWBZ-zorg te gaan. Deze stappen zijn nodig om in de toekomst op persoonsvolgende bekostiging over te gaan.

De staatssecretaris van VWS had in haar aanwijzing contracteerruimte 2008 aan de NZa gevraagd om onderzoek te doen naar de regelgeving voor bovenregionaal werkende zorgaanbieders. Dit met als uitgangspunt gelijke spelregels. De NZa stelt in haar advies dat voor een goed werkende AWBZ-markt de zorgvraag in de regio uitgangspunt moet zijn voor de zorginkoop. De zorgvraag hangt af van de cliëntenpopulatie in de regio's en de afgegeven indicaties. Vraaggestuurd contracteren houdt in dat zorgaanbieders afzonderlijke budgetafspraken maken met de zorgkantoren in alle regio's waar zij zorg leveren. Dit leidt tot afspraken die zijn toegespitst op de regionale zorgvraag en kwaliteitseisen. Pas dan is er een gelijk speelveld. Nu is de situatie zo dat bovenregionale zorgaanbieders met één zorgkantoor budgetafspraken maken voor de zorg die zij in meerdere zorgkantoorregio's willen gaan leveren. Dat heet bovenregionaal contracteren. Daardoor staan deze zorgaanbieders sterker in hun onderhandelingen over prijs en volume. In de monitor extramurale zorg heeft de NZa hierop al gewezen.

Uit het advies van de NZa blijk dat bovenregionaal contracteren minder transparant is waardoor het zorgkantoor minder zicht heeft op de geleverde productie. Bovendien leidt bovenregionaal contracteren tot vaste prijzen voor het hele werkgebied van de aanbieder, terwijl juist afzonderlijke afspraken tot prijsverschillen per regio kunnen leiden die aansluiten bij regionale prijsontwikkelingen. Een ander nadeel is dat het zorgkantoor minder zicht heeft op knelpunten bij een bovenregionale aanbieder als die zich in een andere regio voordoen. Deze situaties zijn nadelig voor de cliënt.

In het tweejarig stappenplan wil de NZa het huidige aanbodgerichte contracteren ombuigen tot vraaggestuurd contracteren. De zorgvraag van cliënten in de regio is daarbij het uitgangspunt. Om dit bereiken stelt de NZa in hoofdlijnen voor om inzicht te krijgen in de verdeling over regio's van de budgetten van de aanbieders die bovenregionaal contracteren. Daarnaast wordt een eerste stap gezet naar contracteren in de regio's waar de zorg geleverd wordt. De vraaggestuurde bekostiging noodzaakt dat de regio die budgetten toegewezen krijgt om de zorgvraag te bekostigen. Dat maakt dat het zorgkantoor de zorg dient te contracteren die in zijn regio geleverd wordt. Dit met uitzondering van de landelijk gespecialiseerde voorzieningen. Dit stappenplan is in overleg met de zorgkantoren opgesteld.

Bijlage:

* Advies bovenregionaal contracteren