Het Koninklijk Huis
Toespraak door Prinses Laurentien tijdens het jaarcongres van MKB-Nederland
te Den Haag
Ondernemen doe je met elkaar: de maatschappelijke dimensie
Excellenties, dames en heren,
Veel dank voor uw uitnodiging om hier vandaag aanwezig te zijn om een
maatschappelijke dimensie van uw sector te belichten. Het gaat om
laaggeletterdheid, een thema waar gelukkig meer en meer mensen de
ernst van inzien. Om misverstanden te voorkomen: "maatschappelijke
dimensie" is niet hetzelfde als "een goed doel". Een goed doel is iets
dat u "erbij doet" en dan vooral als de zaken goed gaan. Nee,
laaggeletterdheid gáát over uw dagelijkse werk.
Deze maatschappelijke dimensie is nauw verbonden met het thema van
vandaag: "Ondernemen doe je met elkaar...". Laaggeletterdheid kúnnen
wij structureel aanpakken, maar alleen als wij er samen onze schouders
onder zetten. Dat komt ook omdat laaggeletterdheid zoveel aspecten van
ons economisch, sociaal en maatschappelijk verkeer raakt: van
arbeidsparticipatie tot gezondheid, van onderwijs tot sociale
zekerheid en welvaart. Geletterdheid gaat naar het hart van onze
democratie. Om het vanuit dit perspectief te zien moeten wij de mens
centraal stellen. Systemen, organisaties, samenlevingen... ze worden
uiteindelijk gemaakt door mensen. Ook úw sector. Veel vaker dan wij
denken kunnen problematische persoonlijke of sociale situaties waarin
mensen verkeren worden teruggebracht naar hun laaggeletterdheid en het
gebrek aan zelfvertrouwen wat daaraan ten grondslag ligt. Deze visie
vraagt wel om buiten hokjes te denken en handelen.
De urgentie neemt toe. Hoe digitaler onze interacties, hoe
belangrijker het geschreven woord. De vaardigheid om taal te gebruiken
is dus een onvervangbare sleutel is tot onze ontwikkeling, tot elkaar
en tot informatie. Taalvaardigheid is nodig om optimaal te kunnen
functioneren binnen de persoonlijke en professionele gemeenschappen
waarin wij leven en werken.
En zo is het belang van geletterdheid niet een "onderwerp erbij", maar
een thema dat naar de kern gaat van ons optimale functioneren: als
burgers, consumenten, ondernemers en werknemers.
Ik noem voor het gemak nog eens een aantal feiten:
* In ons land zijn zo'n anderhalf miljoen volwassenen - 16 tot 74
jaar -laaggeletterd. Hiervan zijn ongeveer 1 miljoen mensen
geboren en getogen in Nederland; 500 000 mensen zijn op latere
leeftijd naar Nederland gekomen.
* Dat betekent voor dat zo'n 250.000 mensen in uw sector zoveel
moeite met lezen en schrijven hebben dat zij zich niet of
nauwelijks staande kunnen houden in onze huidige flexibele
arbeidsmarkt; zij hebben moeite om veiligheidsvoorschriften te
begrijpen of volledig zelfstandig te functioneren - nog afgezien
van hun eigen ontwikkelingskansen of positie op de arbeidsmarkt in
moeilijke economische tijden.
* Dan de jongeren: 30 procent van de MBO-ers op niveau 1 en 2 is
laaggeletterd en 25 procent van de kinderen begint het voortgezet
onderwijs met een leesachterstand van twee jaar. Met alle gevolgen
van dien, zo bleek uit een onderzoek van het Sociaal Cultureel
Planbureau eerder dit jaar: gebrekkige lees- en
schrijfvaardigheden vormen voor veel jongeren de reden om
voortijdig, zonder diploma, school te verlaten.
* En ten slotte: 70 procent van de laaggeletterden heeft geen
betaalde baan, zij staan ongewild aan de zijlijn. Zij zijn een
potentieel dat we niet langer onbenut kunnen laten.
Dit zijn cijfers. Schrikbarend, onacceptabel en onnodig. Het taboe
neemt af, maar helaas is laaggeletterdheid nog steeds een
ongemakkelijke waarheid voor ontwikkelde landen als Nederland. Meedoen
is belangrijk, maar dan moeten mensen wel kunnen, ja durven meedoen.
Dat kunnen wij niet voor lief nemen.
Dat brengt mij op de mens achter deze cijfers. Neem het levensverhaal
van Hans Boterman, 52 jaar, bouwuitvoerder. Hij werkt in uw eigen
sector. Hans haalde op zijn 16e zijn timmerman diploma aan de LTS,
zonder dat hij kon lezen en schrijven. Hij ging `aan het werk. Op de
bouwplaats hield hij zich staande, mede dankzij de hulp van collega's.
Maar met de jaren veranderde de inhoud van zijn werk. Het kleine
bedrijf waar zijn carrière begon werd overgenomen. Nieuwe bazen lieten
hem gelukkig doorgroeien. Maar met het opklimmen in functies begon de
schoen steeds meer te wringen. Want rapporteren moest steeds meer
schriftelijk. De verplichte cursussen werden steeds moeilijker. Hij
trok aan de bel bij zijn baas en twee weken later zat hij in de klas.
Nu zet Hans zich in als Alfgabetiseringsambassadeur - om anderen ervan
te overtuigen ook terug te gaan naar school. En hij wil werkgevers
aanspreken. Want, zo zegt hij: "vaak wordt gezegd, wij hebben geen
laaggeletterden in dienst. Maar als ze even nadenken, blijkt dat niet
te kloppen."
Dit is niet alleen het verhaal van iemand die zo moedig was om de
grote stap te zetten om opnieuw te gaan leren lezen en schrijven
ondersteund door zijn werkgever. Het is ook het verhaal van een man
die zich gelukkiger en gezonder is geworden, minder stress heeft en
minder vaak ziek is. Het is een loyale werknemer die zijn bedrijf als
geen ander naar buiten kan vertegenwoordigen. En hij kan nu wel de
veiligheidsvoorschriften lezen en hierin een voorbeeld zijn voor zijn
collega's.
Misschien dat uw gedachten tijdens het verhaal van Hans Boterman
afdwaalden naar één van uw werknemers. Denkt u aan die werknemer die
geen bedrijfsopleiding kan volgen omdat hij of zij het cursusmateriaal
niet kan lezen, of die vrolijke jongen van 30, die zijn werkbriefjes
of een logboek niet goed kan invullen, nooit uw memo's leest, laat
staan de veiligheidsvoorschriften begrijpt. Maar het is ook de moeder
die haar kinderen niet kan voorlezen, niet haar kinderen kan helpen
met hun huiswerk, met alle gevolgen van dien. En het gaat ook om die
jongere die van school wil gaan, omdat hij zijn schoolboeken niet
begrijpt.
Ik hoop dat het verhaal van Hans Boterman u inspireert om nog meer
vanuit deze verschillende dimensies naar uw bedrijf te kijken.
Wat betekent dit concreet voor de MKB sector?
Ik heb in mijn professionele leven eigenlijk altijd in de MKB sector
gewerkt - en ben mij er dan ook van bewust dat er veel op u afkomt,
zeker in deze tijd. Ik kan mij goed voorstellen dat u zich afvraagt of
laaggeletterdheid wel u raakt.. Ik noemde het al even, ik geloof dat
dit onderwerp juist u aangaat, en juist nu. Ik haak daarbij aan hoe u,
mijnheer Balkenende, ondernemen eerder dit jaar treffend omschreef:
als het vermogen tot veranderen. U zei: "het vermogen tot veranderen
is essentieel voor de vooruitzichten van ieder mens. En voor de
toekomst van onze samenleving als geheel." Ook uw ondernemers moeten
dus kunnen veranderen en verandering dragen. Ook in nieuwe situaties
moet hij efficient en effectief werken. Wij kunnen het ons niet
veroorloven mensen met lees- en schrijfproblemen hier niet in mee te
nemen. Uw organisaties worden door de mensen gemaakt: van management
tot collega's op de werkvloer, van hoog opgeleiden tot lager
opgeleiden, en van geletterden tot laaggeletterden.
Wat kunt u, als ondernemer in een middelgroot of klein bedrijf of als
brancheorganisaties concreet doen? Wat is uw rol in die gezamenlijke
aanpak van laaggeletterdheid?
Er is momentum. De arbeidsmarktsituatie vraagt er om, de wil en
noodzaak tot veranderen is prominent aanwezig. De sociale partners -
overheid, werknemers en werkgevers - tekenden vorig jaar een ambitieus
convenant waarin zij afspraken samen laaggeletterdheid terug te
dringen, en te voorkomen dat kinderen met onvoldoende vaardigheden
school verlaten. Op basis van deze afspraken is het nu een kwestie van
doen.
Wat kunt u zoal doen?
Als ondernemer: bespreekbaar maken. Juist de kleinschaligheid van
MKB-bedrijven is een groot voordeel. Want taboe doorbreking moet op de
juiste wijze gebeuren. U bent zelf in de positie om laaggeletterdheid
te herkennen en bespreekbaar te maken. Dit is een eerste belangrijke
stap in de aanpak van laaggeletterdheid.
En de kosten? Denk aan John F. Kennedy die zei: "als u denkt dat
onderwijs duur is, wat denkt u van onwetendheid?" Bepaal eerst het
belang om in uw werknemers te investeren; en kijk dan hoe u dat zo
efficiënt mogelijk kan doen. Bundel uw krachten. Ervaring leert dat
een sector-aanpak inspirerend en efficient is en zichtbare resultaten
oplevert.
Brancheorganisaties kunnen voor ondernemers veel voorwerk doen, zoals
relevante informatie verzamelen en gericht verspreiden onder uw leden,
starten en bekostigen van een branchegerichte campagne om
laaggeletterdheid bespreekbaar te maken en afspraken maken met
cursusaanbieders over cursussen op maat voor uw branche verspreid over
Nederland.
Nog meer goed nieuws: U hoeft het wiel niet opnieuw uit te vinden.
Stichting Lezen & Schrijven heeft inmiddels vier jaar ervaring in het
ondersteunen van bedrijven bij een resultaat-gerichte aanpak van
laaggeletterdheid. De stichting deelt graag goede voorbeelden en
contacten en ondersteunt u bij het opzetten van een branchegerichte
aanpak. Voor een campagne kunt u zelfs kostenloos aanhaken bij de
campagne die is opgezet door de stichting.
Ik sluit af...
Laaggeletterdheid kost ons land jaarlijks 537 miljoen euro. De aanpak
van laaggeletterdheid is dus in ieders belang: met ambitie en met
elkaar. Bij ondernemen gaat het om doen. Dat is uw kracht. Wij moeten
gaan van een ongemakkelijke waarheid naar een werkelijkheid waarin
niemand onnodig aan de zijlijn staat. Afspraak is afspraak.
Dank u wel.
* © RVD