vrijdag, november 07, 2008
Napoli aan de Maas
In plaats van een ondernemer, die heldere afspraken
schendt, met pek en veren de stad uit te sturen, geeft wethouder
Grashoff (GL) de huidige huurder van de Maassilo 2,9 miljoen plús
jaarlijks 12 megafeesten mee. Dat is de uitkomst van het Urban Culture
debat, gisteren in de raad. Grashoff bouwt daarmee voort op de
puinhopen van Kaya. Leefbaar Rotterdam kon niet anders dan het
vertrouwen in hem opzeggen.
Het ging al fout bij de aanbesteding voor het zogenaamde Urban Culture
Podium. Daarbij werd nadrukkelijk vermeld dat de eventuele locatie
wordt overgenomen en de oude eigenaren volledig buiten de exploitatie
worden gehouden. Uit de eerste overeenkomst met de huurder van de
Maassilo, dhr. Hanenberg, bleek echter dat hij wél mocht deelnemen in
de horeca. Daardoor kon Hanenberg eenvoudig onder de vraagprijs van de
overige exploitanten gaan zitten.
De 2,9 miljoen die de gemeente over moest maken was gebaseerd op de
investeringen die Hanenberg had gedaan in de Maassilo. Dit rapport
verdween echter in de prullenbak, nadat Leefbaar openbaarde dat de
investeringen al afgeschreven waren. Ook konden op basis van dit
rapport geen uitspraken worden gedaan over de waarde van de over te
nemen BV. Een week later verdween Kaya van het politieke toneel.
Huurcontract
Dat wethouder Grashoff voort ging bouwen op de puinhopen van Kaya
bleek toen hij met een nieuw rapport kwam, dat de vergoeding aan
Hanenberg moest staven. Ook dit rapport, van Deloitte, was weer
misleidend voor de gemeenteraad. Het was niet ondertekend door een
registeraccountant, doorspekt met irreële exploitatiegegevens van de
kant van Hanenberg en als klap op de vuurpijl werd het aflopende
huurcontract door het OBR verzwegen. Een registeraccountant had dit
laatste altijd vermeld, omdat zijn beroepseer op het spel staat.
Daarom liever geen accountant, moet het OBR gedacht hebben.
Nadat raadslid Anton Molenaar in het bezit was gekomen van het
betreffende huurcontract, bleek ook het Deloitte rapport waardeloos.
Dat ging uit van een going concern, terwijl het huurcontract op 31 mei
2009 bleek af te lopen. De gemeente had bij de kantonrechter vast
laten leggen dat de Maassilo na 5 jaar verhuur weer in handen van de
gemeente zou komen, in plaats van de gebruikelijke 5 + 5 jaar.
Hanenberg had hier ook voor getekend. De gemeente kon de Maassilo per
1 juni dus zonder enige vergoeding betrekken, aldus Molenaar.
Dat de gemeente toendertijd uiterst schappelijk was voor de huurder
blijkt uit het feit dat ze ter waarde van 2,4 miljoen mee investeerde
in de Maassilo en ook nog eens een aangepaste lagere huur in rekening
bracht. Hanenberg ging akkoord met de voorwaarden en gaf aan zijn
investeringen binnen die 5 jaar terug te kunnen verdienen. De
investeringen die Kaya nog voor de volle 100% wilde vergoeden!
Uitvluchten
Toen Molenaar de wethouder met deze feiten confronteerde, kwam de
eerste uitvlucht. Er zou sprake zijn van veranderde omstandigheden,
welke met name zouden zijn geformaliseerd in een zogenaamd voorontwerp
bestemmingsplan. Molenaar liet hierop een onafhankelijke advocaat deze
bewering beoordelen. Deze advocaat kwam tot de conclusie dat het
vrijgeven van het voorontwerp bestemmingsplan en de omstandigheid dat
de reden om van de wettelijke huurtermijn af te wijken (mogelijk) is
komen te vervallen, niet afdoet aan de gelding van de
huurovereenkomst, waarin de gemeente en Herontwikkeling Maassilo BV de
tussen hen toepasselijke afspraken over de huur hebben vastgelegd. Ook
constateerde hij dat de over te nemen BV nadrukkelijk heeft ingestemd
met de voorwaarden en al voldoende gecompenseerd is.
Er moest dus een nieuwe uitvlucht gevonden worden en die vond men op
het laatste nippertje in de vorm van gewekt vertrouwen. Er zou
wellicht sprake zijn geweest van door ambtenaren gedane toezeggingen
aan dhr. Hanenberg dat hij zijn exploitatie mogelijk voort kon zetten,
waardoor de uitbetaling nu eventueel gerechtvaardigd was. Een advocaat
van het college bevestigde dat dit tot schade zou kunnen leiden, maar
deed hier geen harde uitspraken over. Opvallend in dit verhaal is dat
de mogelijke toezeggingen allemaal gedaan zouden zijn in de periode
dat er al aan de deal van 2,9 miljoen voor de overname van de BV
gewerkt werd.
Marco Pastors, destijds betrokken bij de huurovereenkomst, veegde de
vloer aan met de argumentatie van het college. Hij wees naar de
verantwoordelijkheid die Hanenberg zelf heeft. Hij kan immers weten
dat de bedoelde ambtenaren niet de bevoegdheid hebben om toezeggingen
te doen (naar eigen zeggen doet hij al 25 jaar zaken met de gemeente)
en heeft nota bene zelf de gemaakte afspraken ondertekend bij de
kantonrechter. Hij trok een parallel met de zaak Scholten, waar een
dergelijke argumentatie aan bod kwam en eisers geen poot hadden om op
te staan. Pastors: Niet alleen Hanenberg moet met pek en veren de stad
uit worden gestuurd, ook de wethouder en de raadsleden die voor dit
raadsvoorstel stemmen!
Rol OBR
Het is overigens niet de eerste keer dat Hanenberg in schimmige deals
met de gemeente (OBR) betrokken is. Robert Mul, directeur van de
Rekenkamer zette hier eerder al vraagtekens bij. Daarom vroeg Leefbaar
ook om een intern onderzoek naar de betrokken ambtenaren bij het OBR;
dit verzoek werd door zowel de raad, als het college niet gehonoreerd.
Molenaar gisteren in de raad: U doet al 10 jaar zaken met iemand die
gepokt en gemazeld is in creatief boekhouden. Daarom ging u in 2004
naar de kantonrechter om glasheldere afspraken te maken. U negeert nu
uw eigen afspraken en gaat weer in zee met een man die gisteren nog in
het AD zei over WATT, en ik citeer: Ze kunnen het best nog failliet
gaan.
Molenaar vervolgt: De wethouder heeft zich ontpopt als een kundig
advocaat van de heer Hanenberg. Dat is echter niet zijn taak, U bent
hier aangesteld als wethouder van Rotterdam, U moet het algemene
belang behartigen en niet dat van één persoon die allang binnen is. De
heer Hanenberg wil ik alvast feliciteren. Het lijkt U weer te lukken.
Leuk geprobeerd zei u gisteren in het AD over het feit dat werd
aangetoond dat U geen poot heeft om op te staan. U wist ondertussen
wel beter. De wethouder wil ik condoleren. Hij heeft de rechtspositie
van de gemeente te grabbel gegooid. De raad wordt gepasseerd. U heeft
zelfs na 12 juli nog toezeggingen gedaan (er werd een
intentieverklaring getekend, red.), terwijl de voltallige raad
uitdrukkelijk heeft geëist dat geen stappen in dit dossier meer
mochten worden genomen.
Vertrouwen opgezegd
Het feit dat de wethouder voorbij gaat aan de harde afspraken,
bekrachtigd door de kantonrechter, en alles erop wijst dat deze deal
er coûte que coûte doorheen gedrukt moest worden, was voor Molenaar
reden om een motie van wantrouwen in te dienen. Deze haalde het echter
niet. Het voorstel van de wethouder haalde het op één stem, waarbij
opviel dat twee van de drie VVDers en een PvdAer vanuit de coalitie
tegenstemden. Omdat hier sprake is van een wel zeer genereuze
behandeling van een ondernemer, lichtte VVDer De Gruiter zijn
stemgedrag toe.
De duistere deal mag dan zijn opgehelderd, de redenen achter dit
Napoli aan de Maas blijven een vraagteken. Is het omdat wethouder
Grashoff in paniek is over het jongerenjaar en een urban podium van 11
miljoen dit moet gaan redden? Is het wethouder Schrijer die zijn Pact
op Zuid ziet stranden en dit als laatste strohalm pakt? Zeker, de nood
is aan de man, maar dat mag nooit de reden zijn om toe te geven aan
een corrupte deal.
Leefbaar Rotterdam