Kamerbrief inzake het verslag van de informele bijeenkomst van de ministers
van Buitenlandse Zaken van de Europese Unie in Marseille d.d. 3 november
2008
05-11-2008 | Kamerstuk | Nederlands Ministerie van Buitenlandse Zaken
Graag bied ik u hierbij het verslag aan van de informele bijeenkomst
van de ministers van Buitenlandse Zaken van de Europese Unie in
Marseille (3 november jl.).
De minister van Buitenlandse Zaken,
Drs. M.J.M. Verhagen
Verslag bijeenkomst ministers van Buitenlandse Zaken (Marseille, 3
november)
Voorafgaand aan de ministeriële bijeenkomst van 3-4 november van de
Unie voor de Mediterrane Regio in Marseille, had het Voorzitterschap
een informele bijeenkomst van de ministers van Buitenlandse Zaken van
de EU bijeen geroepen om te spreken over de Transatlantische
betrekkingen en de situatie in de Democratische Republiek Congo (DRC).
DRC
Voorzitter Kouchner en de Britse minister van Buitenlandse Zaken David
Miliband brachten verslag uit van hun gezamenlijke missie naar
Kinshasa, Goma, Kigali en Dar es Salaam, op 1 en 2 november jl. Zij
gaven een overzicht van de door hen waargenomen humanitaire noden in
het getroffen gebied, alsmede van de politieke situatie en de
veiligheidssituatie. Zij onderstreepten het belang van blijvende
internationale betrokkenheid ter voorkoming van hervatting van de
strijd.
Uit de discussie die volgde concludeerde het Voorzitterschap dat
overeenstemming bestond over het feit dat op het politieke niveau al
het mogelijke moet worden gedaan om een spoedige oplossing voor de
crisis te vinden. De EU zou zich in het bijzonder moeten inspannen
voor bestendiging van het staakt-het-vuren, versterking van MONUC (op
basis van een analyse die momenteel door DPKO wordt opgesteld en op 15
november a.s. in de VN-Veiligheidsraad zal worden besproken), het
initiëren van een regionale bijeenkomst onder auspiciën van de
Afrikaanse Unie, VN, EU en VS, alsmede extra inspanningen voor het
verlenen van humanitaire hulp.
Voorzitter Kouchner merkte tenslotte op dat de EU geen troepen zou
sturen, maar dat stationering van een aantal Europese militairen op
het vliegveld van Goma nuttig zou kunnen zijn om de humanitaire hulp
te beveiligen.
Transatlantische betrekkingen
Ministers van Buitenlandse Zaken spraken over de Transatlantische
relatie, zulks ten vervolg op het Gymnich-overleg van 5 en 6 september
jl. Overeenstemming bestond dat samenwerking tussen EU en VS
plaatsvindt op basis van complementariteit en
medeverantwoordelijkheid. De financiële crisis en de crisis in Georgië
hebben laten zien dat Europa eensgezind kan handelen. Minister
Verhagen onderstreepte dat de Europese geloofwaardigheid in de VS zal
toenemen naarmate Europa met één stem spreekt. Het werd van belang
geacht dat Europa de VS actief betrekt, zodat gemeenschappelijke
waarden uitgedragen kunnen blijven worden. Europa moet voorts zorgen
een waardevolle partner te blijven, zeker als de Europese oriëntatie
van de VS minder vanzelfsprekend wordt.
De ministers bespraken vier onderwerpen die als prioritair gelden in
de samenwerking met een nieuwe Administratie: effectief
multilateralisme, de situatie in het Midden-Oosten, de situatie in
Afghanistan en Pakistan en de relatie met Rusland.
Voor wat betreft effectief multilateralisme heeft minister Verhagen
gepleit voor een multilateraal systeem dat een antwoord kan geven op
de grote internationale vraagstukken.of het nu gaat om klimaat en
energie, veiligheidsproblematiek of de financiele crisis. Dat betekent
wel dat een aantal van de internationale instellingen moet worden
hervormd en gemoderniseerd. Een multilateraal sytsteem kan alleen
effectief zijn als het transparant en inclusief is. Verder is het voor
de EU en de VS van belang coalities te vormen met gelijkgezinde landen
die een zelfde antwoord nastreven op een reeks van globale
uitdagingen. Als prioriteiten voor samenwerking met de VS werden de
volgende onderwerpen genoemd: de hervorming van het Bretton Woods
stelsel, de transformatie van de G8 door opname van opkomende machten,
een gezamenlijke aanpak van klimaatverandering en vermindering van
onze afhankelijkheid van olie, hervorming van het VN systeem, het
versterken van het non-proliferatie regime, versterking van de relatie
tussen de EU en de NAVO, het managen van de impact van globalisering,
het uitwerken van het concept `responsibility to protect' en het
aangaan van een dialoog met de VS over ontwikkelingssamenwerking.
Wat betreft het Midden-Oosten werd gesproken over de rol die Europa
samen met de VS kan spelen in onderhandelingen tussen de Palestijnen
en Israël. Voorop staat het behoud van het momentum van het
Annapolis-proces. De EU zal ervoor moeten zorgen dat de nieuwe
Amerikaanse president zich vanaf het begin van zijn ambtstermijn inzet
voor het vredesproces in het Midden-Oosten op basis van de twee
statenoplossing. Verder is van belang een omvattende strategie voor de
regio: normalisering van de relaties tussen Syrië en Libanon, het
bereiken van succes in Irak en het vasthouden van het twee
sporenbeleid t.a.v. Iran. Ook in dat opzicht is het van belang dat de
EU en de VS eensgezind optreden; additionele druk moet worden
overwogen om tot een spoedige oplossing te komen waarbij Iran voldoet
aan de VNVR-resoluties.
Aangaande Afghanistan streeft de EU een militaire én civiele oplossing
na. Minister Verhagen heeft aangegeven dat `good governance' cruciaal
is voor effectiviteit van de internationale hulp. Het aanstellen van
traditionele `power brokers' met twijfelachtige achtergrond moet
vermeden blijven worden. De EU en VS moeten ook op dat punt eensgezind
blijven. De regionale dimensie werd door iedereen van belang geacht.
De toenadering tussen Pakistan en Afghanistan dient daarom te worden
verwelkomd. Wederzijdse transparantie tussen de VS en EU in doel en
wijze van verlening van economische en militaire hulp is van belang.
Een vermeerdering van de economische hulp (en vrijhandel) met Pakistan
werd door diverse ministers nodig geacht, alsmede een omvattende
strategie om extremisme te voorkomen, inclusief politieke, sociaal
economische hervormingen en goed bestuur. Ook op dit punt dienen de EU
en de VS gezamenlijk op te trekken.
Voor de EU en de VS is de samenwerking met Rusland is op van tal van
terreinen van groot belang. Dat geldt bijvoorbeeld voor energie,
klimaat, Afghanistan en Iran. Een inclusieve benadering moet ervoor
zorgen dat met Rusland daar waar mogelijk gezamenlijk problemen worden
aangepakt. Het is van belang dat Rusland een verantwoordelijke speler
is op het wereldtoneel. Ouderwetse machtspolitiek hoort daar niet bij.
Respect voor mensenrechten en bevordering van democratie in Rusland
zelf wel. Een coherent beleid waarbij rekening wordt gehouden met de
legitieme belangen van alle partijen maar dat ook uitgaat van
gezamenlijke waarden is in het belang van de VS en de EU. Daartoe moet
opnieuw in de relatie met Rusland worden geinvesteerd. Rusland zou in
dat verband economisch gezien verder moeten integreren in bestaande
structuren (zoals de WTO). Op veiligheidsgebied kunnen de VS en de EU
gezamenlijk reageren op de voorstellen van president Medvedev. Maar de
VS en de EU moeten bijvoorbeeld ook gezamenlijk optrekken om te zorgen
dat Rusland zich houdt aan de verplichtingen van het CFE-verdrag.
Op basis van deze discussie, waarin door tijdgebrek nauwelijks over
Rusland is gesproken, zal de EU de dialoog aangaan met de nieuwe
Administratie. Europa dient daarbij niet alleen naar voren te brengen
wat het van de VS verwacht, maar ook open te staan voor wat de VS van
ons verwacht, zo concludeerde het Voorzitterschap.
* Ministerie van Buitenlandse Zaken
* Bezuidenhoutseweg 67
* Postbus 20061
* 2500 EB Den Haag
* Tel.: 070-3 486 486
* Fax: 070-3 484 848
* Internet: www.minbuza.nl
Ministerie van Buitenlandse Zaken