Beantwoording vragen van de leden Van der Staaij, Van Baalen en Haverkamp en
Voordewind over de golf van geweld jegens christenen in Noord-Irak
05-11-2008 | Kamerstuk | Nederlands Ministerie van Buitenlandse Zaken
Graag bied ik u hierbij de antwoorden aan op de schriftelijke vragen
gesteld door de leden Van der Staaij, Van Baalen, Haverkamp en
Voordewind over de de golf van geweld jegens christenen in Noord-Irak.
Deze vragen werden ingezonden op 15 oktober 2008 met kenmerk
2080902800.
De minister van Buitenlandse Zaken,
Drs. M.J.M. Verhagen
Antwoorden van de heer Verhagen, minister van Buitenlandse Zaken, op
vragen van de leden Van der Staaij (SGP), Van Baalen (VVD), Haverkamp
(CDA) en Voordewind (Christenunie) over de de golf van geweld jegens
christenen in Noord-Irak.
Vraag 1
Heeft u kennisgenomen van het feit, dat ettelijke duizenden christenen
de Iraakse stad Mosul zijn ontvlucht in verband met een golf van
geweld jegens deze bevolkingsgroep? 1)
Antwoord
Het is mij bekend dat in de eerste helft van oktober er in Mosul
sprake was van ernstige escalatie van geweld en intimidatie jegens de
christelijke bevolking. Daarbij zijn ca. 12 christenen vermoord. Naar
verluidt zijn ongeveer 1300 families de stad ontvlucht, de meeste naar
nabijgelegen christelijk dorpen op de Nineveh-vlakte.
Vraag 2
Is er inderdaad op dit moment in Noord-Irak sprake van een opgelaaide,
heftige campagne van zuivering, moord en bedreiging jegens de
christelijke bevolkingsgroep? Wat is de oorzaak hiervan? Welke
informatie heeft u over deze buitengewoon zorgelijke escalatie? Wie
zitten er achter deze golf van geweld? Acht u het waarschijnlijk dat
radicale soennieten hiervoor verantwoordelijk zijn?
Antwoord
De Iraakse regering heeft een onderzoek ingesteld naar de oorzaken en
de daders van het geweld. De resultaten zijn nog niet bekend. Hoewel
het voor mij thans niet mogelijk is om met zekerheid daarover
uitspraken te doen, lijkt het niet onwaarschijnlijk dat Al-Qaeda of
vergelijkbare teroristische organisaties verantwoordelijk zijn.
Het heterogene Mosul en omstreken is al langere tijd het toneel van
ernstig geweld, gericht tegen diverse bevolkingsgroepen. Nadat vanaf
eind vorig jaar de zogenaamde soennitische Concerned Local Citizens
groups met succes Al-Qaeda en andere extremisten uit andere delen van
Irak hebben verdreven, namen veel van deze terroristen hun toevlucht
tot Mosul. De Iraakse regering heeft daarop een nog lopende militaire
en politiële campagne ingezet om de extremisten ook daar te
verdrijven, tot op heden nog niet met het gewenste resultaat.
Vraag 3
Doet de Irakese regering naar uw mening er alles aan om dit geweld te
stoppen? Welke maatregelen neemt zij? Met welk effect? Hoe beoordeelt
u de kritiek vanuit de christelijke gemeenschap dat de autoriteiten
hen onvoldoende beschermen?
Antwoord
Naar aanleiding van het recente geweld tegen christenen, heeft de
Iraakse regering nog eens duizend extra manschappen naar Mosul
gestuurd. Van de Iraakse autoriteiten werd begepen dat sindsdien het
geweld en intimidatie zeer sterk is afgenomen en dat een terugkeer van
ontheemden voorzichtig op gang begint te komen. Het geweld tegen
christenen in Mosul is overigens ook breed veroordeeld in de Iraakse
politiek en maatschappij.
Vraag 4
Bent u bereid de Irakese ambassadeur te ontbieden om tekst en uitleg
te geven over het geweld tegen christenen in Noord-Irak?
Antwoord
Op 13 oktober jl. zijn aan de Iraakse ambassadeur in Den Haag de
Nederlandse zorgen overgebracht over het geweld tegen christenen in
Mosul. De Nederlandse ambassadeur in Bagdad heeft op 25 oktober jl.
deze zorgen eveneens overgebracht aan de Iraakse vice-MP Al-Issawi en
de Iraakse regering daarbij gevraagd om zich maximaal in te spannen de
minderheden de nodige bescherming te bieden.
Vraag 5
Hoe kan het systematische geweld jegens deze bevolkingsgroep zo
oplaaien onder het oog van de aanwezige internationale
(troepen)gemeenschap in Irak?
Vraag 6
Wat doet de internationale gemeenschap thans om aan deze geweldsgolf
een einde te maken?
Vraag 7
Welke mogelijkheden heeft u om deze kwestie te agenderen en te werken
aan verbetering? Bent u bereid druk uit te oefenen op de Irakese
regering om meer maatregelen te nemen om het geweld tegen christenen
een halt toe te roepen? Bent u bereid uw mogelijkheden ter zake
optimaal te benutten? Op welke termijn?
Antwoord
Het geweld tegen christenen in Mosul is internationaal breed
veroordeeld. Onder meer de Speciale Vertegenwoordiger van de SGVN in
Irak, het EU-voorzitterschap als de VS hebben verklaringen doen
uitgaan waarin zij hun zorgen uitten over het geweld.
Zoals u bekend, hebben Nederland en de EU in het verleden diverse
malen bij de Iraakse autoriteiten aandacht gevraagd voor de positie
van etnische en religieuze minderheden. Zo zijn de Nederlandse zorgen
over de positie van christenen en andere minderheden overgebracht aan
de Iraakse president Talabani, de Iraakse vice-MP Saleh en de Iraakse
minister van Buitenlandse Zaken Zebari. Het afgelopen jaar heeft de EU
in diverse verklaringen en raadsconclusies haar zorgen uitgesproken
over de mensenrechtensituatie in Irak, waaronder in het bijzonder ook
de positie van vrouwen, etnische en religieuze minderheden. Meest
recentelijk heeft op 25 september jl. een EU-Troika en marge van de
AVVN besprekingen gevoerd met een delegatie onder leiding van de
Iraakse minister van Buitenlandse Zaken. Bij die gelegenheid is de
positie van de christenen eveneens aan de orde gesteld.
1) Reformatorisch Dagblad, 13 oktober 2008
* Ministerie van Buitenlandse Zaken
* Bezuidenhoutseweg 67
* Postbus 20061
* 2500 EB Den Haag
* Tel.: 070-3 486 486
* Fax: 070-3 484 848
* Internet: www.minbuza.nl
Ministerie van Buitenlandse Zaken