'Huiselijk nest' belangrijkste aanschaffactor voor huisdieren
Persbericht | 05-11-2008
Consumenten vinden de huiselijke omstandigheden bij een dierenwinkel
of fokker de belangrijkste overweging om een dier wel of niet te
kopen.
Bijna even belangrijk vinden consumenten een gezondheidsgarantie.
Dierenwelzijn en de afstand die moet worden afgelegd voor de aanschaf,
scoren eveneens hoog. De prijs en een ruime keuze uit dieren is minder
belangrijk. Honden worden het vaakst door fokkers of asielen verkocht,
kleinere dieren worden vaak in winkels gekocht. De aanschaf van katten
gebeurt vaak via-via, dus buiten het commerciële circuit.
Dat blijkt uit onderzoek dat is gedaan op verzoek van minister Gerda
Verburg van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV). De resultaten
worden gebruikt door de gezelschapsdierenbranche, die op vrijwillige
basis een certificaat opstelt voor aanbieders van huisdieren, zoals
fokkers, winkels, asiels en pensions. Het certificaat moet ook gaan
gelden voor aanbieders van diensten, zoals trimsalons en
hondenuitlaatdiensten.
Certificaat
Een groot deel van de consumenten zou rekening houden of hebben
gehouden met een certificaat bij de aanschaf van een dier of het
gebruikmaken van een dienst. Hoewel beide door de consument wel
verschillend worden beoordeeld: een winkel of fokker moet in de ogen
van consumenten vooral sterk zijn in diergezondheid en dierenwelzijn,
terwijl aanbieders van diensten door de consument vooral beoordeeld op
deskundigheid.
Honden- en kattenbesluit
Het certificaat en een nieuwe Algemene Maatregel van Bestuur (AMvB)
moet het Honden- en Kattenbesluit vervangen waarin welzijnseisen staan
geformuleerd voor het houden van huisdieren. Vooral aanbieders van
dieren of diensten die geen certificaat hebben, zullen straks worden
gecontroleerd door de Algemene Inspectiedienst (AID) en de Landelijke
Inspectiedienst Dierenbescherming (LID).
Kat Pluk
Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit