Partij van de Arbeid

Den Haag, 4 november 2008

Bijdrage Eerste Kamer fractievoorzitter Noten (PvdA) aan Algemene Politieke Beschouwingen in de Eerste Kamer

Gesproken woord geldt!

Vooraf

MVz: Het zijn rare tijden. Of misschien zijn de tijden helemaal niet zo raar maar begrijpen wij ze gewoon niet zo goed. Er gebeuren dingen die we enige maanden geleden niet hadden kunnen voorspellen. De man of vrouw die ze wel wist te voorspellen werd als zonderling, als dwaas, weggezet want: wat ik niet begrijp geloof ik niet en wat ik niet ken bestaat niet (vrij naar Rowwen Hèze). Is dat niet de manier waarop het bij ons mensen werkt? De werkelijkheid moet begrepen worden en dat doen we door onze modellen, onze intellectuele constructen. En als de werkelijkheid daar niet in past, in die constructen, zo heeft Hegel ons geleerd, dan doen we er alles aan om die werkelijkheid aan te passen. Liever dan de modellen.

Maakbaarheid

MVz: De maakbaarheid van de samenleving , op het eerste gezicht lijkt het curieus om dat in deze turbulente tijd als centraal thema te kiezen voor algemene politieke beschouwingen. En toch is dat wat de leden van mijn fractie vandaag willen. Onderzoeken welke ambities we hebben en welke we met elkaar delen. Hoe ver gaat onze politieke moed in tijden die we niet helemaal begrijpen. Een tijd waarin politiek handelen gedetermineerd lijkt door het imploderen van het ragfijne en gelijktijdig onbegrijpelijke en onnavolgbare en daarmee ten diepste onbeheersbare samenspel van vrije markt en overheidstoezicht. 15 Jaar geleden namen we afscheid van de idee van een almachtige staat, het einde van de geschiedenis én de mens werd aangekondigd. De burger was niet meer dan een consument, een hedonistische om precies te zijn. De overheid niet meer dan een marktmeester. Een falende zoals nu blijkt. Het ene intellectuele construct, alles verklarende model, werd ingeruild voor het volgende.

MVz: De leden van mijn fractie weten dat de samenleving zich niet laat ontwerpen als een machinekamer, politici zijn geen ingenieurs en we pleiten niet voor een terugkeer naar het maakbaarheidsdenken zoals we dat van de absolutistische staatsideologie kennen. Zeker niet. De vorige eeuw heeft ons geleerd hoeveel ellende uit dat soort denken voortvloeit. Voor een Sociaal Democraat is de vrijheid van de burger een te groot goed. Het is onze vanzelfsprekende opdracht om die burger en haar vrijheid te beschermen, ook tegen een onnodige beknotting van die vrijheid door de staat. Dus als we bescheiden zijn in ons maakbaarheidsdenken omdat we dat vrijheidsideaal koesteren, dan is dat goed.

Maar dat is wat anders dan dat postmodernistische gebagatelliseer van alles dat ook maar een beetje lijkt op een politiek met ambities. Alsof onze vrije wereld niet het resultaat is van groots én meeslepend denken. Alsof het verlichtingsdenken met de drie fundamentele begrippen: Vrijheid, gelijkheid en solidariteit naast elkaar en niet ondergeschikt aan elkaar, alsof dat denken zich kenmerkte door bescheidenheid.

MVz: Zijn we de afgelopen jaren niet te bescheiden geweest? Het lijkt erop dat de commissies Duivesteijn en Dijsselbloem ons leren dat alle grote projecten aan hun eigen ambities ten onder dreigen te gaan. Dat is een les die niet zonder risico s is want voordat we het weten stoppen we met denken in grootse infrastructurele projecten én durft niemand zich meer te branden aan onderwijsvernieuwing.

Dat laatste lijkt haast het geval op het moment dat heel politiek Den Haag zich ineens zo sterk maken voor de professional . Het lijkt bijna op een hype. Dat maakt het trouwens nog niet verkeerd. Zeker als het gaat om het optimaal benutten van de kennis en kunde van die professional is daar veel voor te zeggen en daar is nu eenmaal enige autonomie in het werk voor noodzakelijk. Maar kunnen we het ons voorstellen dat de professional in zorg en onderwijs buiten iedere politieke context werkzaam is? Een publieke taak uitvoert en publieke middelen uitgeeft enkel en aleen op eigen gezag?

Natuurlijk kunnen we dat niet. Want politici vinden iets van de zorg en zij vinden iets van het onderwijs. Zij moeten daar iets van vinden omdat de vrijheid ons zo lief is en die vrijheid bestaat niet zonder toegankelijke zorg en goed onderwijs. Het gaat hier om politieke ambities waarvan de kosten zich laten uitdrukken in getallen, in harde euro s, maar de opbrengsten niet. Die opbrengsten worden zichtbaar in het soort samenleving die we willen maken. Worden zichtbaar in wat we rechtvaardig, en beschaafd noemen. Worden zichtbaar in zo n moeilijk begrip als vertrouwen in de overheid.

MVz: Als de kosten wel zichtbaar worden in getallen en de opbrengsten niet, dan is het toch goed om de enorme informele macht van het CPB nog eens nader te bekijken. Want het lijkt erop dat de modellen van het Centraal Plan Bureau voor een belangrijk deel onze werkelijkheid bepalen. De eerder aangehaalde Hegel zou zijn vingers er bij aflikken. In onze tijd zijn de door macro-economen gekozen weegfactoren van beslissende invloed bij het nemen van politieke beslissingen. Zaken als maatschappelijk draagvlak en sociale cohesie zitten daar niet tussen. Hoop en perspectief, het gevoel erbij te horen, in de modellen, je vindt het niet terug. Marktwerking wel.

Maar MVz: Voordat ik het weet zit ik al bij de kredietcrisis en dat wil ik niet. Nog niet.

Ik heb deze bijdrage aan de beschouwingen als volgt opgebouwd:


- Allereerst wil ik met de regering stilstaan bij een aantal belangrijke politieke keuzes die gemaakt zijn en die op Prinsjesdag zijn gepresenteerd;


- Daarna wil ik een aantal zorgen delen met de regering. Zorgen die de leden van mijn fractie hebben opgedaan tijdens de behandeling van verschillende wetsvoorstellen in de afgelopen periode. Misschien kunnen we daar lessen uit leren;


- Vervolgens wil ik stil staan bij de kredietcrisis en haar gevolgen;


- Om uiteindelijk vooruit te kijken: wat worden de komende jaren belangrijke onderwerpen op onze gezamenlijke agenda.

Terug naar Prinsjesdag

Dus MVz: eerst gaan we met de regering terug naar derde dinsdag van september: de presentatie van het regeringsbeleid en de daarbij behorende begroting.

MVz: In deze tijden getuigt voorspellen van hoogmoed. Analyses en dus ook begrotingen hebben de houdbaarheidsdatum van een dag. En toch, ondanks al die onzekerheden moet er bestuurd worden. De onzekerheid over morgen mag geen reden zijn om vandaag niet te handelen. Waardering daarom voor het verlagen van de WW premie en het niet verhogen van de BTW. Combineer dat met de terughoudende opstelling rondom het ontslagrecht en zie, een Sociaal Akkoord kwam tot stand en daarmee rust aan het front. En daar is behoefte aan. Continuïteit en gelijkmatigheid in bestuur. Deze regering heeft daarvoor gezorgd, binnen de grenzen van het mogelijke. Dank daarvoor.

Dank daarom ook voor het gemillimeter op de koopkrachtplaatjes Dat gemillimeter is voor burgers buitengewoon relevant. Als je niet veel te besteden hebt, dan maken kleine bedragen een groot verschil. 2 Miljoen kinderen krijgen in 2009 een kindgebonden budget en 300 miljoen extra is gevonden voor kinderopvang. Misschien minder dan gewilt maar wel meer dan ooit tevoren. En tenslotte, de huurverhoging blijft beperkt tot de inflatie. Dat alles bij elkaar levert een positief beeld op als het gaat om de inkomensontwikkeling. Bovendien is er gezorgd voor een overschot op de balans. Dank daarvoor want het betekent minder schulden voor onze kinderen en kleinkinderen. Sterker nog, die schuld is op een historisch laag niveau terechtgekomen.

Maar MVZ: het gaat niet alleen om geld. Minister Eurlings dient dit najaar Wet Kilometerprijs in bij de Raad van State. Dat is iets waar we ons op verheugen. En hij maakt werk van het vereenvoudigen van besluitvorming en gebruikt daarbij de adviezen van de commissies Elverding en Noordzij. Minister Koenders koppelt ontwikkelingssamenwerking aan de millenium-ontwikkelingsdoelen. Veel aandacht daarom voor kwetsbare staten zoals Soedan, Congo en Afghanistan. Dat is terecht want waar geen veiligheid bestaat heeft ontwikkeling geen kans. En het gaat ons aan want solidariteit houdt niet op bij de grens. Maar ook andersom: het is naïef om te denken dat de gevolgen van armoede en politieke instabiliteit elders in de wereld niet uiteindelijk ook onze samenleving infecteert. MVz; Deze regering regeert én ze doet dat verstandig.

Zorgen Delen, Lessen leren

MVz: dat neemt niet weg dat de leden van mijn fractie zich af en toe zorgen maken. Zich afvragen of het kabinet wel scherp genoeg de grenzen van de rechtsstaat in het vizier houdt, die grenzen misschien niet net iets teveel opzoekt. Zo behandelden we niet lang geleden het wetsvoorstel waarbij de burgemeester tijdelijk iemand een wijkverbod kan opleggen. De leden van mijn fractie zien dat het nodig kan zijn om in te grijpen, bijvoorbeeld bij de dreiging van huiselijk geweld, maar vinden het gelijktijdig ingewikkeld dat iemand vrijheidsbeperkende maatregelen krijgt opgelegd zonder dat er sprake is van een of andere procedure binnen het strafrecht. Eigenlijk vinden we het niet goed doordacht. Is de regering bezig met het versterken van de positie van de burgemeester? Dat mag, maar als dat zo is, moeten we daar dan geen debat aan wijden? Nu gaat het hap snap en ogenschijnlijk toevallig. Iets meer duidelijkheid over de verhouding tussen bestuurs- en strafrecht is dringend gewenst.

MVz: Iets vergelijkbaars was vorige week aan de orde bij de behandeling van de WABO. Dat is de wet die regelt op welke wijze door de gemeente vergunningen wordt verleend. Belangrijk onderdeel is dat een vergunning automatisch wordt verleend op het moment dat de gemeente een bepaalde tijdsperiode heeft laten verlopen. Gevolg: de gemeente maakt een fout en burgers, belanghebbenden die bezwaar hadden willen maken, die betalen de prijs. Deze toepassing van Lex Silentio Positivo is wel een hele vreemde. Gelijktijdig voerden we naar aanleiding van de WABO voor de zoveelste keer een discussie met de regering over de welhaast beruchte vierde bestuurslaag. Onze fractie heeft duidelijk gemaakt dat we dat zo niet willen. Veiligheidsregio s, Ambulancevervoer, WABO diensten, WGR plus, enige samenhang in de behandeling is op zijn plaats.

Wij zijn ook niet optimistisch over de behandeling van het wetsvoorstel over verruiming van de bevoegdheden van de inlichtingendiensten (WIV). Het doel, bestrijding van terrorisme, dat is natuurlijk prima. Maar we gaan toch niet van elke Nederlander via datamining een potentiële verdachte maken? En daar lijkt het nu op. En onze zorg is werkelijk niet overdreven want met antiterrorismewetgeving kan een overheid buitengewoon creatief omgaan, zo hebben we de afgelopen weken geleerd, toen de Engelse regering antiterrorismewetgeving gebruikte om IJslandse tegoeden te bevriezen.

MVz: Nog een kleine irritatie en dan houd ik er mee op: we hebben hier enige weken geleden het wetsvoorstel behandeld dat ouders verplicht aanwezig te zijn bij een rechterlijke uitspraak aangaande hun minderjarige kinderen. Het wetsvoorstel was zo star en strak geformuleerd dat we daaruit moesten begrijpen dat de rechter alleen uitspraak kan doen indien beide ouders daar bij aanwezig zijn. Geen mogelijkheid leek er te zijn om hier in het kader van redelijkheid en billijkheid daarvan af te wijken. Dat is vragen om problemen en het druist in tegen de verstandige gewoonte om de rechterlijk macht in dit land enig beoordelingsvermogen toe te rekenen.

MVz; De regering mag ferm optreden, dat mag zij zeker. Maar daarbij moet zij wel zorgvuldig de belangen van de individuele burger afwegen, met respect, heel veel respect voor zijn of haar vrijheid. Laat ik drie spannende voorbeelden benoemen van zaken die hier mogelijkerwijs nog aan de orde komen.

Ten eerste het registreren van etnische achtergrond. Een onderwerp dat nu speelt aan de overzijde. Minister Vogelaar doet hier een onderzoek naar. MVz: In het kader van strafrechterlijke procedures kunnen we ons er iets bij voorstellen. Een specifieke registratie die helpt om meer inzicht te krijgen in de effectiviteit van beleid, dat zou, volgens ons, onder voorwaarden, kunnen. Maar een generieke administratie van etnische afkomst, bijvoorbeeld in de Gemeentelijke Basis Administratie (GBA), daar kunnen we ons niks bij voorstellen. Etnische achtergrond, geloofsovertuiging, sexuele voorkeur, het gaat de Staat niet aan.

Een tweede voorbeeld betreft het verbod op het dragen van een boerka in het onderwijs. We begrijpen dat het hier niet gaat om de boerka als uiting van een religieuze overtuiging maar als kledingstuk dat het gezicht zodanig bedekt dat oogcontact of anderszins non-verbale communicatie onmogelijk wordt. In een onderwijsomgeving die zo bepalend is voor de toekomstkansen van kinderen, in zo n omgeving is een dergelijk verbod in het belang van het kind te billijken. Een verbod van het dragen van een boerka op straat daarentegen zou betekenen dat we een uitingsvorm van een religieuze overtuiging gaan verbieden. Dat wordt dan echt een heel andere discussie.

En als laatste: grote groepen zogenaamde lagere en middeninkomens zullen straks geen beroep meer kunnen doen op door de overheid betaalde rechtsbijstand, tenminste als het aan deze regering ligt. En als het aan de leden van mijn fractie ligt MVz, dan zal dat nooit of te nimmer ten koste gaan van de toegankelijkheid van ons rechtssysteem.

Europa

Mvz: En nu kom ik langzaam maar zeker bij de Kredietcrisis. Maar ik doe dat via Europa. Want wat ben ik blij dat het er is. Dat onze voorouders Europa durfden te maken vanuit de puinhopen van twee wereldoorlogen: een groots en meeslepend project.

Als we de afgelopen maanden een ding geleerd hebben, dan is dat cynisme over het Europese project misplaatst is. Dank en waardering voor onze politieke voorgangers want zij hebben ervoor gezorgd dat wij onze afhankelijkheid te opzichte van de Verenigde Staten in financieel en economisch opzicht stevig hebben weten te verkleinen. De vraag blijft echter of Europa sterk genoeg is. Of het coördinerend vermogen voldoet. Wij denken dat een Europese toezichthouder op zijn plaats is en dat er naast een Europees monetair beleid ook een noodzaak is om te komen tot een Europees beleid op het gebied van governance, compliance, marktordening én accountancyregels. Europese regelgeving, want met Nederlandse regelgeving kunnen we niet volstaan en de Amerikaanse is inadequaat gebleken. Het is sowieso zeer de vraag of we niet naar een wereldorde moeten waarin er naast de Amerikaanse ook andere wereldmachten een rol van betekenis vervullen. Andere wereldmachten waarvan Europa er een zal moeten zijn.

Kredietcrisis

MVz; Het staat nu toch wel vast, mocht daar ooit iemand aan getwijfeld hebben, dat de financiële sector een cruciale functie vervult in onze wereldeconomie en daarmee onze samenleving. Iets meer dan een oliemannetje. Een functie die in alle opzichten het karakter heeft van een onmisbare publieke infrastructuur. Het instorten ervan heeft effecten van tweede en derde orde die vanuit maatschappelijk oogpunt onaanvaardbaar zijn. Bij instortingsgevaar moet er dus politiek ingegrepen worden.

MVz: En daarmee zijn we nu dan toch echt bij de kredietcrisis aangekomen. Complimenten aan de regering. De wijze waarop het kabinet zich als crisismanager manifesteert verdient alle lof. Wij menen de afgelopen maanden in het handelen van de regering rondom de kredietcrisis al een aantal specifieke criteria voor overheidsinterventies te hebben ontdekt die wellicht impliciet zijn gebleven maar vandaag misschien geëxpliciteerd kunnen worden:


- Ten eerste: het lijkt het erop dat de interventies van de regering en dus de zekerheidstellingen die worden afgegeven gericht zijn op het versterken van het vertrouwen bij spaarders en het vertrouwen tussen banken onderling. Het eerste om de solvabiliteit op peil te houden en het tweede om de onderlinge kredietstromen in stand te houden. Het belang van de aandeelhouder blijft daarmee buiten beeld. Ten principale zijn we het daarmee eens maar we worstelen dan wel met de positie van de pensioenfondsen (pensioenfondsen zijn toch een merkwaardige combinatie van institutionele belegger op de aandelenmarkt maar gelijktijdig spaargeldbeheerder van de deelnemers). Moet er niet opnieuw gekeken worden naar de IFRS-regels? Regels die bedrijven bijna dwingen om hun eindloon en middelloon regelingen om te zetten in beschikbare premie-regelingen waardoor de risico s nagenoeg helemaal bij de deelnemers komen te liggen. De ondernemingen die dat niet gedaan hebben zitten nu met een onbegrijpelijke volatiliteit op de balans. Daarnaast denken we dat de Nederlandsche Bank de komende tijd terughoudend moet zijn met het vragen van herstelplannen. Heftig ingrijpen op basis van de huidige beurssentimenten en de daaruit voortvloeiende dekkingsgraad is volgens ons contraproductief. En op dit punt nog even doorgaand, is de regering het met ons eens dat niet moet worden overgaan tot de invoering van Solvancy II omdat dat dit leidt tot een hogere solvabiliteitseis aan kapitaaldekkende systemen? We begrijpen ook dat we mogen verwachten dat de solvabiliteitseisen in de toekomst bij banken zullen worden verhoogd. Noodzakelijk om het vertrouwen in banken onderling te herstellen maar gelijktijdig voor langere tijd een enorme rem op de kredietverschaffing wat weer een negatief effect zal hebben op de economische groei. Gaat de regering proberen dat effect op te vangen door zelf een rol te gaan spelen bij de kredietverlening aan MKB? Komt tanta Agaath weer terug? Misschien een goed idee. Haar sokken zijn momenteel goed gevuld. En worden de onderhandelingen over Basel II heropend?


- Ten tweede: in tegenstelling tot de Verenigde Staten neemt de Nederlandse overheid niet de risico s over maar richt zij zich op het versterken van de balans bij banken door het nemen van een belang. Dat is iets anders dan het simpelweg nationaliseren van een bank maar het lijkt er wel een beetje op. In ieder geval betekent het meedragen van risico s met alle mogelijke gevolgen die bij het ondernemerschap horen. Het is dan ook nog absoluut niet zeker dat de belastingbetaler mee gaat betalen aan het weer stabiliseren van de financiële sector. In tegendeel. Deze ondernemende overheid zou wel eens heel veel kunnen gaan verdienen aan haar deelnemingen bij drie van de vier grootbanken in ons land; De leden van mijn fractie vragen zich af hoe dat nu precies zit met die risico s. Wat betekent dat voor toekomstige begrotingen?


- Werkt het door bij het vaststellen van de hoogte van onze staatsschuld? Wat doen we met boekwinsten? En last but not least: wat doen we met de reële winst na verkoop: keren we dat uit in de vorm van een superdividend? We kunnen het ons niet voorstellen want we weten betere bestedingen te bedenken. Ik kom daar aan het eind van mijn betoog op terug.


- Ten derde: de regering heeft niet alleen simpelweg een deelneming genomen maar zich vervolgens ook als activistisch aandeelhouder opgesteld. Ze bepaalt voor een belangrijk deel de samenstelling van Raden van Bestuur en Commissarissen, ze claimt middels die Commissarissen het vetorecht bij belangrijke strategische beslissingen, ze grijpt in bij de beloning van topbestuurders en ze vraagt om een heroriëntatie van betrokken banken op hun marktpositie. Ook dit weer bij drie van de vier grootbanken; De leden van mijn fractie ondersteunen dit overheidsingrijpen volledig maar vragen zich wel af welke gevolgen dit op de langere termijn heeft voor de financiële sector als zodanig. In feite is er nu een situatie ontstaan van marktdominantie door de overheid. Wat vindt de regering daarvan? Hoe zien wij de financiële sector in onze samenleving. Is zij in feite een publieke infrastructuur? Wat zijn de grenzen tussen publiek en privaat? Hoe worden die grenzen bewaakt? Gaat de regering uiteindelijk zelf bankieren? Vertrouwt ze zich dat toe? De leden van mijn fractie zijn overtuigd van de beste bedoelingen van onze regering maar om het besturen van de financiële sector over te laten aan politici lijkt ons bepaald niet zonder risico s. Hoe ziet de regering dat?


- Ten vierde: het lijkt erop dat de regering van maandag tot en met vrijdag regeert en in het weekend handelt. En hoezeer dat ook te begrijpen valt, het klopt natuurlijk niet. Als de regering geld wil uitgeven, dan moet daar een wettelijke basis voor zijn en die basis lijkt te ontbreken. Of vergissen we ons daarin? Wij lijken in een situatie terecht gekomen te zijn waarin de regering niet vooraf om toestemming vraagt maar achteraf om vergeving. Noodzakelijk in een crisissituatie. Daarover geen twijfel, maar staatsrechterlijk lopen we hier langs de grens van wat acceptabel is.

Zolang wij, de Staten Generaal, dat toelaten, zo lang mag de regering in deze crisis doen wat zij nodig acht. En zolang de turbulentie op de financiële markt dat vereist zolang moet de regering vrij zijn om te handelen in het belang van ons allen. Maar die vrijheid is eindig. De leden van mijn fractie zijn benieuwd naar de opvatting van de regering over dit duivels dilemma

De zeven plagen

MVz: Het zijn rare tijden én het is een bijzondere dag. Op dit moment ontwaakt de Verenigde Staten van Amerika. Letterlijk, haar burgers worden wakker en de komende uren zullen ze de gang naar de stembus maken en een nieuwe president kiezen. Een land dat voor de vrije wereld in menig opzicht een baken is geweest, en nog steeds is. Een land dat letterlijk voor de vrijheid gevochten heeft, ook de onze. Maar ook een land dat ons de afgelopen jaren de weg geleid heeft naar een financiële én economische crisis die zijn weerga niet kent. De grootste economie ter wereld is een huishouden waar iedereen op de pof leeft.

MVz: Is het niet zo dat een overheid zich iedere keer weer de vraag moet stellen wat de gevolgen zijn van haar beleid voor toekomstige generaties? En of je jezelf die vraag stelt vanuit het conservatisme zoals verwoord door Burke, vanuit het christelijk gedachtegoed zoals dat in het begrip rentmeesterschap ligt opgesloten of vanuit het uitgangspunt van solidariteit zoals dat door Sociaal Democraten wordt aangehangen, iedere keer weer gaat het er om of dat wat wij doen een bijdrage levert aan een duurzame, hopelijk rechtvaardige, op zijn minst leefbare wereld. Die vraag is de afgelopen jaren door de Amerikaanse regering niet, of niet voldoende gesteld.

MVz: De leden van mijn fractie hopen op een verandering want de financiële crisis is niet de enige crisis waar het Angel Saksische gedachtegoed ons in voorgaat en het welhaast blinde vertrouwen in de vooruitgang die een vrije wereldmarkt ons brengt lijkt vandaag misplaatst. Begrijp ons goed, wij betwijfelen niet het belang en de noodzaak van de ondernemingsgewijze productie. Natuurlijk, zij brengt ons grote welvaart, maar voor die welvaart betalen we wel een prijs. Misschien is het wel zo dat we de markt te vrij hebben gelaten zonder een adequate maatschappelijke regulering. We leven boven onze middelen. Boven onze stand. We vreten onze voorraden op. En terwijl we het begrotingstekort hebben weggewerkt en onze staatschuld verminderen denderen we af op een op tekort dat veel ernstiger is: een tekort aan energie. Het karakter van deze crisis zal sluipender zijn dan dat van de kredietcrisis maar haar gevolgen voor de wereldorde wellicht zelfs ernstiger. Een kleine voorbode zagen we in het voorjaar toen de prijs voor een vat olie de 150 dollar naderde. We zitten weer rond de 60 met dank aan de kredietcrisis. Maar dat is slechts uitstel. De welvaart kan niet beperkt blijven tot de westerse wereld ergo: heel veel meer vraag naar energie en heel erg eindige voorraden.

MVz: Als we dan kijken naar de investeringen in duurzame energie dan tellen we EZ en VROM bij elkaar op en dan komen we rond de miljard. Dat is 1/5 van wat we uitgeven aan ontwikkelingssamenwerking en 1/10 van onze zonet verworven deelneming in de ING. Dat is toch buiten iedere verhouding. En het zal vast zo zijn dat investeringen in duurzame energie niet snel voldoen aan de terugverdientijden die het CPB hanteert maar dat is hier toch niet het toetsingskader? Een beetje meer ondernemende overheid is hier waarlijk op zijn plaats. En de opstelling van het kabinet rondom kernenergie is toch ook niet echt spannend te noemen: politiek correct wordt ons verteld wat er niet gaat gebeuren in de huidige periode, namelijk besluiten nemen. Maar wat dan wel?

We kunnen het wereldvraagstuk van de energie niet in dit land oplossen, dat realiseren we ons heel goed, maar door het energievraagstuk in dit land op te lossen leveren we wel onze bijdrage aan het wereldvraagstuk. Stel nu eens dat deze regering heel veel gaat verdienen met haar deelnemingen in de financiële sector. De leden van mijn fractie sluiten dat in het geheel niet uit. Kunnen we dan nu niet afspreken dat die mogelijke opbrengst straks voor 100% wordt geïnvesteerd in alternatieve en duurzame energie? Dan zouden we echt het gevoel hebben dat we hier iets aan het maken zijn: een samenleving die onafhankelijk is van door anderen te leveren energie én die op een duurzame wijze wordt overgedragen aan haar kinderen.

MVz: Kredietcrisis, energiecrisis, helaas, we zijn er nog niet. We hebben er nóg een paar te gaan. Klimaat, grondstoffen, voedsel, en voor grote delen van de wereld water. En dan uiteindelijk de laatste crisis, de zevende, die uit de vorige zou kunnen voortvloeien: een politieke crisis met als gevolg een onvrije samenleving. Ik zeg het hier in een klein zinnetje, maar de betekenis is fenomenaal. De commissie Veerman heeft scenario s ontwikkeld naar aanleiding van de klimaatveranderingen, de stijging van het water en de gevolgen voor onze infrastructuur. Die gevolgen zijn ingrijpend. De noodzakelijke maatregelen draconisch. Maar het is maar één aspect. De leden van mijn fractie vinden dat er scenario s ontwikkeld moeten worden, waarin deze dramatische ontwikkelingen in samenhang worden gebracht. En we vinden dat daar haast mee moet worden gemaakt.

Grote Maakbaarheid en Kleine Maakbaarheid

MVz: Ik wil deze beschouwing niet eindigen met een overweldigende opdracht, zo groot dat het de regering moedeloos zou maken. Dat is het laatste wat ik wil en dat hoeft ook niet want er zijn gelukkig ook een heleboel zaken aan te pakken die heel wat dichterbij liggen en die zo fundamenteel zijn als het gaat om het vergroten van kansen voor mensen. Hen meer mogelijkheden bieden om mee te doen in deze samenleving. Om die kansen te vergroten zijn er namelijk heel veel wetten gemaakt waar heel veel mensen mee aan het werk zijn. Soms zoveel wetten en zoveel mensen dat de leden van mijn fractie zich af vragen of de werkelijkheid die we hebben bedacht niet wat te moeilijk is geworden.

MVz: Een eenvoudig voorbeeld: Een verpleegkundige komt bij een alleenstaande vrouw om een spuit te zetten in het kader van een infectiebehandeling. Zij treft de vrouw aan, liggend op de grond in haar eigen uitwerpselen. Het is pijnlijk om je voor te stellen maar gelijktijdig dagelijks routine. Zodra deze verpleegkundige het huis binnengaat zijn er 3 wetten van toepassing. Ten eerste de zorgverzekeringswet. Daarvoor kwam ze namelijk, het zetten van die spuit. Ten tweede moet de vrouw worden schoongemaakt.

Dat valt onder de AWBZ. En ten derde moet het huis worden schoongemaakt. Dat valt onder de WMO. Nu is de kans groot dat door de geïntroduceerde marktwerking het niet alleen maar gaat om 3 wetten maar ook om 3 zorgaanbieders en dus ook om 3 zorgverleners. Deze kafkaëske situatie is niet alleen dramatisch voor de patiënt maar ook voor de professional. Mijn collega Putters heeft daarom tijdens het Zorgdebat in deze kamer de regering er niet voor niets nog eens aan herinnerd dat zij deze kamer heeft toegezegd de marktwerking in de zorg te evalueren. En dan niet alleen de zorgverzekeringswet maar ook, en in samenhang met, de WMO en de AWBZ.

MVz: Een tweede voorbeeld is helaas veel te makkelijk te vinden in de wereld van de jeugdzorg, het speciaal onderwijs, ondersteunende en activerende begeleiding binnen de AWBZ, de wsw, de wajong, maar ook preventie in het kader van jeugdcriminaliteit.

Dit lijstje is niet uitputtend maar de kans dat een jongere die om welke reden dan ook moeite heeft om een plek te vinden in onze samenleving onder al die wetten tegelijkertijd valt, en daarmee met 5 ministeries te maken heeft, die kans nadert 100%. Je maakt jongeren niet weerbaar en zelfstandig door er een technocratie op los te laten. Het lijkt erop dat dat is wat we doen. De commissie de Vries heeft belangrijke ideeën aangedragen die niet alleen zorgen voor meer eenvoud en daardoor ook voor meer menselijkheid én voor meer kansen op succes. Ik weet dat het vreemd klinkt maar ik wens de minister van Jeugd en Gezin veel succes met de uitvoering van die aanbevelingen.

MVz: Het gaat hier echt om de vraag welke wereld wij hier met elkaar construeren en of die wereld nog wel iets te maken heeft met de werkelijkheid daarbuiten. Een laatste voorbeeld en nu over het integratievraagstuk: Terwijl in de tweede kamer iedereen zijn uiterste best deed om in ferme uitspraken niet voor elkaar onder te doen, stoere mannen stoere taal uitsloegen, er zelfs gesproken werd over het inzetten van het leger in Gouda om Marokkaans tuig op zijn plek te zetten, op datzelfde moment konden we lezen dat 1/3 van de in Nederland geboren Marokkaanse jongeren uit Amsterdam en Rotterdam op dit moment afstudeert op universiteit of hogeschool. Randstad Search and Selection heeft inmiddels een speciaal programma laten ontwikkelen om deze potentiële toptalenten te bereiken. Zij wel. Het kan verkeren.

Tot Slot

MVz: Het zijn rare tijden, er is weinig zeker en toch moet er bestuurd worden. Uiteindelijk, als alles golft, dan kun je niet terugvallen op de rekenmodellen van het Centraal Plan Bureau, je niet laten sturen door opiniepeilingen, niet door de procedures van de technocraten. Je kunt je niet verschuilen achter de ruggen van de adviseurs. Je moet het zelf doen, terugvallen op de waarden die je vertegenwoordigt:Vrijheid in het hier en nu en solidariteit met toekomstige generaties. Wij, de leden van mijn fractie vertrouwen dat deze regering toe. De socioloog Nico Frijda beantwoordde de vraag: kan de mens denken , na veel omzwervingen met: een beetje .

MVz: In navolging: Is de samenleving maakbaar? Een beetje . Maar dat beetje maakt wel het hele verschil. Wij zijn benieuwd naar de reactie van de regering.

Persvoorlichting Tweede Kamer-fractie Partij van de Arbeid Plein 2
Postbus 20018
2500 EA Den Haag
T 070 318 2694
E s.boting@tweedekamer.nl