Rechters passen oriëntatiepunten voor strafmaat aan
Den Haag, 3 november 2008 - De oriëntatiepunten die strafrechters
hanteren voor het opleggen van boetes en gevangenisstraffen, worden
deels aangepast. Dit heeft het Landelijk Overleg van de Voorzitters
van de Strafsectoren van rechtbanken en gerechtshoven op 31 oktober
2008 besloten. Aanleiding voor de wijzigingen zijn de invoering van de
Wet voorwaardelijke invrijheidstelling en de inflatie.
Aanpassing hoogte gevangenisstraf
Met de inwerkingtreding van de Wet voorwaardelijke invrijheidstelling,
op 1 juli 2008, komen veroordeelden niet langer automatisch vrij nadat
zij tweederde van de opgelegde gevangenisstraf hebben uitgezeten. Door
deze wet is de vervroegde invrijheidstelling omgezet in een
voorwaardelijke invrijheidstelling. De veroordeelde moet zich tijdens
zijn voorwaardelijke invrijheidstelling aan bijzondere voorwaarden
houden.
De Wet voorwaardelijke invrijheidstelling kan er soms toe leiden dat
een veroordeelde een groter deel van zijn gevangenisstraf moet
uitzitten dan vóór 1 juli 2008 het geval zou zijn geweest (de netto
onvoorwaardelijke vrijheidsstraf). Het is echter niet de bedoeling van
de wetgever geweest dat veroordeelden door de nieuwe wet langer in de
gevangenis moeten verblijven. De strafrechters hebben daarom besloten
de oriëntatiepunten voor vrijheidsstraffen voor een aantal misdrijven
naar beneden bij te stellen. Daarmee wordt het verschil in netto
onvoorwaardelijke vrijheidsstraf ongedaan gemaakt. De gewijzigde
oriëntatiepunten worden vanaf 1 november 2008 toegepast.
Aanpassing hoogte geldboetes aan inflatie
In verband met de inflatie worden de geldboetes die door de rechters
worden opgelegd vanaf 1 januari 2009 met ten hoogste 21,4% verhoogd.
Uitgangspunt voor deze inflatiecorrectie is de consumentenprijsindex.
Deze is tussen 1999 en 2008 met ongeveer 22% gestegen. Ook wordt
hiermee aangesloten op de inflatiecorrectie die het Openbaar
Ministerie eerder heeft toegepast voor de geldboetes die worden
gevorderd. De gewijzigde oriëntatiepunten voor geldboetes worden vanaf
1 januari 2009 toegepast.
Oriëntatiepunten straftoemeting
Rechters maken bij de strafoplegging gebruik van oriëntatiepunten voor
straftoemeting. Deze afspraken zijn bedoeld om ongewenste verschillen
in strafmaat tussen vergelijkbare zaken te voorkomen. De afspraken
zijn door de rechters zelf vastgesteld, maar zijn niet bindend. In
concrete strafzaken is de rechter daarom bevoegd van die
uitgangspunten af te wijken. Een aantal bestaande oriëntatiepunten
voor straftoemeting is gebaseerd op het puntensysteem van het Openbaar
Ministerie. Het gaat dan met name om de oriëntatiepunten voor
alcoholverkeersdelicten.
Bron: Raad voor de rechtspraak
Datum actualiteit: 3 november 2008 Naar boven
Gerechtelijke organisatie