Van Lanschot Bankiers


Published: 10:55 03.11.2008 GMT+1 /Source: Van Lanschot /AEX: VLAN /ISIN: NL0000302636

Charitatieve instellingen en congregaties beleggen steeds duurzamer

Charitatieve instellingen en congregaties beleggen steeds duurzamer. Grotere instellingen en congregaties lopen hierbij voor op de kleinere instellingen. De beslissing om al dan niet duurzaam te beleggen, wordt vooral ingegeven door de missie van de organisatie en de eigen achterban. In een minderheid van de gevallen zijn vermogensbeheerders de initiator van een duurzaam beleggingsbeleid. Dit blijkt uit onderzoek van Kempen Capital Management, onderdeel van Van Lanschot Bankiers, onder Nederlandse charitatieve instellingen en congregaties.

Duurzaam beleggingsbeleid wint terrein
Naar schatting is de Nederlandse markt van charitatieve en religieuze instellingen tussen de 25 tot 35 miljard euro groot. Van de onderzochte charitatieve instellingen en congregaties heeft 76% een duurzaam beleggingsbeleid. In een in 2004 gehouden onderzoek gaf 39% van de toenmalig onderzochte respondenten nog aan geen duurzaam beleggingsbeleid te hebben, nu is dat nog maar 22%. Van de charitatieve instellingen belegt 67% duurzaam. Bij de congregaties ligt dit percentage op 84% en bij de grotere charitatieve instellingen (met een vermogen tussen de ¤ 10-25 miljoen) is dit percentage 85%.

Drijvende kracht vooral van binnenuit
De drijvende kracht voor het ontwikkelen van een duurzaam beleggingsbeleid is in bijna de helft van de gevallen de organisatie zelf. In slechts 7% van de gevallen gaven aansporingen van de vermogensbeheerder de doorslag om een duurzaam beleggingsbeleid te ontwikkelen. Het opstellen van het duurzaam beleggingsbeleid wordt voor 68% bewerkstelligd door eigen werknemers van de instelling. Slechts 21% maakt gebruik van de kennis en ervaring van een vermogensbeheerder. Gevraagd naar de belangrijkste redenen om een duurzaam beleggingsbeleid op te stellen, geven respondenten aan dat het past in de missie van de organisatie (71%), gevolgd door de maatschappelijke noodzaak (54%) en de bijdrage aan de goede reputatie van de organisatie (31%). Het eventueel behalen van een hoger rendement speelt een ondergeschikte rol als reden om te kiezen voor duurzaam beleggen.

Negative Screening meest toegepast; Engagement wint terrein De meest gebruikte screeningsmethode voor duurzaam beleggen is Negative Screening, ofwel de uitsluitingsmethode (32%). De Best in Class methode wordt door 17% van de duurzaam beleggende instellingen gehanteerd; 29% hanteert de combinatie Negative Screening/Best in Class. Van de instellingen die hun vermogen duurzaam onderbrengen, kiest 4% voor een Engagement-aanpak en 1% gebruikt het aandeelhouderschap voor het uitoefenen van stemrecht tijdens aandeelhoudersvergaderingen. De Engagement-methode - waarbij getracht wordt ondernemingen door middel van dialoog tot het gewenste (duurzame) gedrag te bewegen - wint terrein, maar wordt vooral nog bij grotere fondsen (vermogen meer dan ¤ 50 miljoen) toegepast als methodiek om duurzaam te beleggen. Van de respondenten geeft 10% aan dit de beste duurzame beleggingsmethode te vinden.

Meer informatie
Meer informatie over het onderzoek is te verkrijgen bij Adriaan Peijnenburg, senior accountmanager verenigingen & stichtingen, Kempen Capital Management, telefoon: +31 (0)20 348 87 64, e mail: apei@kempen.nl of stichtingen@kempen.nl

Klik hier om een versie van het onderzoeksrapport te downloaden.

's-Hertogenbosch, 3 november 2008

Perscontacten Van Lanschot: Etienne te Brake, Woordvoerder Corporate Communicatie Telefoon +31 (0)73 548 30 26; mobiel +31 (0)6 125 05 110; e-mail e.tebrake@vanlanschot.com