De Pont stichting
Nan Groot Antink
projectzaal
1 november 2008 tm 11 januari 2009
Nan Groot Antink (Boxtel 1954) streeft naar een fundamentele vorm van
schilderkunst. Sinds 1990 beschildert ze haar doeken niet meer met de
gangbare materialen, maar gebruikt ze natuurlijke verfstoffen. Deze
werkwijze komt voort uit de behoefte kleur zo neutraal mogelijk te
benaderen. De kleurstoffen bereidt ze in de regel zelf, uit
plantenextracten of grondsoorten, waarvan ze omvangrijke verzamelingen
aanlegt. De doeken worden in een verfbad behandeld tot de gewenste
intensiteit en helderheid van kleur zijn bereikt.
Bij deze geverfde werken is het doek het beeld en is de kleur
zelfstandig. Doordat de vezels de verf volledig opnemen, is er geen
onderscheid tussen beeld en drager. Deze werken ontstaan dikwijls in
series. De opbouw van de reeks en de plaats die de afzonderlijke
doeken daarin innemen, worden bepaald door de systematiek van de
plantkunde of die van de scheikunde - in de vorm van de chemicaliën
die worden gebruikt om de kleur tot ontwikkeling te laten komen.
De benadering die Nan Groot Antink voor deze series van monochromen
kiest is in beginsel encyclopedisch. De gehanteerde systematiek geeft
het werk een helder, min of meer theoretisch kader. Daarnaast worden
vanaf het midden van de jaren negentig de geverfde doeken ook
beschilderd. In dat geval laat Groot Antink de verf, eveneens bereid
uit plantaardige grondstoffen, over het doek lopen, soms in
verschillende richtingen. Zo ontstaat een grillig patroon van banen,
rasters, vlekken en stolsels. In deze werken is weer sprake van een
visuele scheiding tussen beeld en drager. In alle werken van Nan Groot
Antink gaat het om de combinaties waarin kleur, materiaal, techniek,
formaat en de rangschikking in reeksen een samenspel aangaan en de
ervaring van het totaalbeeld beïnvloeden.
(met dank aan het Rijksmuseum Twenthe)