Universiteit van Tilburg 31 oktober 2008
Nieuw onderzoeksinstituut CoRPS voor behandeling chronisch zieken
UvT werkt samen met Tilburgse ziekenhuizen
Chronische ziekten komen met de vergrijzing en de voortschrijdende
medische wetenschap steeds meer voor. Om aan de nieuwe vragen tegemoet
te komen die het leven met een chronische ziekte met zich meebrengt,
heeft de Universiteit van Tilburg in samenwerking met het St.
Elisabeth Ziekenhuis en het Tweesteden Ziekenhuis in Tilburg het
onderzoeksinstituut CoRPS opgericht: het Center of Research on
Psychology in Somatic diseases. De missie van CoRPS is bijdragen aan
een betere behandeling van chronisch zieken.
De onderzoekers van CoRPS werken op het snijvlak van medische en
gedragswetenschappen. Het onderzoek is gericht op het identificeren
van chronisch zieken die extra risico lopen en het aandragen van
manieren om de zorg aan deze patiënten te verbeteren.
Een van de belangrijkste onderzoeksthema's is de invloed van het
psychisch welbevinden van de patiënt op het verloop van de ziekte.
Onderzoek van CoRPS-medewerkers heeft al aangetoond dat klinische
aandacht voor depressieve klachten van patiënten ten goede kan komen
aan zowel de kwaliteit van leven als de overlevingskansen van
patiënten met hartfalen.
Wetenschappelijk directeur van CoRPS is hoogleraar Medische
Psychologie Johan Denollet, die in 2007 de Prijs van Wetenschap en
Maatschappij won voor zijn baanbrekende onderzoek naar de rol van
psychologische factoren bij de revalidatie en prognose van hart- en
vaatziekten. Het team bestaat verder uit onderzoekers van Het team
bestaat verder uit onderzoekers van het Departement Medische
Psychologie en Neuropsychologie en het Departement Methoden en
Technieken van de Faculteit Sociale Wetenschappen.
Symposium
Op vrijdag 14 november 2008 organiseert CoRPS een symposium over hart-
en vaatziekenten en depressie, de twee ziekten die wereldwijd de
grootste ziektelast met zich meebrengen. Ze zijn ook met elkaar
verbonden, want depressie is een risicofactor voor hart- en
vaatziekten en omgekeerd zijn hart- en vaatziekten een risicofactor
voor depressie. Wat zijn nu de behandelmogelijkheden voor depressieve
hartpatiënten? En wat zijn de effecten van depressiebehandeling op de
prognose van hartpatiënten? Hierover spreken onder meer de hoogleraren
Kenneth Freedland (Washington University in St. Louis) en Matthew
Burg, Columbia School of Medicine en Yale University. Het symposium
wordt gevolgd door de inaugurele rede van hoogleraar Medische
Psychologie en Neuropsychologie Peter de Jonge met de titel Depressie
en het hart: de kip, het ei, of de kip met de gouden eieren?
Universiteit van Tilburg