NOS, Gesprek met de Minister-president, Nederland 2
Radio / TV-interview | 31-10-2008
Minister-president Balkenende, na afloop van de wekelijkse
ministerraad, over zijn bezoek aan China, de eventuele financiele
voordelen van de reddingsoperaties, de verhoudingen binnen de coalitie
en de economische groei
SCHILHAM:
Meneer Balkenende, u bent net terug van een werkbezoek aan China van
een week. Bent u teruggekomen vooral met veel orders en contracten
onder de arm, of meer toch goede bedoelingen en gevoelens van
vriendschap en dat soort dingen?
BALKENENDE:
Het is zo dat zo'n contact dat je hebt in China dat is natuurlijk in
de eerste plaats politiek van aard. Ik heb gesproken met de President,
de vicepresident, de premier.
SCHILHAM:
Er was toch ook een hele delegatie van het bedrijfsleven bij?
BALKENENDE:
Ik heb ook heel veel contact gehad met het bedrijfsleven. Het ging
eigenlijk als volgt: één deel stond in teken van samenwerking op het
gebied van landbouw. Dat is één onderdeel. Daar was ook een seminar
voor. Een tweede dat had te maken met energie. Ook belangrijk in de
sfeer van onderlinge samenwerking. En een derde contact, er zijn heel
uiteenlopende contacten geweest met Nederlandse ondernemers die daar
hun geld verdienen. Het was (onverstaanbaar, red) ik heb daar meer dan
driehonderd mensen toegesproken, waarin je dan wijst op het belang van
de contacten met Nederland. We hebben een seminar gehad, waarin we
mensen informatie hebben gegeven over Nederland als vestigingsplaats.
We hebben gewoon met afzonderlijke bedrijven gesproken.
(onverstaanbaar, red.) Ik ben er niet om contracten te sluiten, maar
ik geeft wel aan: als er letters of intent worden gesloten dan ben je
al bezig. Dus het was een heel vruchtbaar bezoek.
SCHILHAM:
U kunt niet zeggen hoeveel Chinese bedrijven nu na dit bezoek van plan
zijn zich in Nederland te gaan vestigen? Dat is te concreet?
BALKENENDE:
Er zijn bepaalde onderhandelingen, die lopen nog.
SCHILHAM:
Is China net als Nederland in de ban van de financiële crisis? Heeft u
dat gemerkt?
BALKENENDE:
Ja, ook daar. Het is overigens wel zo dat de economische groei in
China veel hoger ligt dan bij ons. Alleen China is gewend aan
groeipercentages van twaalf, dertien. Dat zakt nu terug naar negen
procent en misschien nog lager. Dat is voor een land als China toch
echt ongekend. Dan valt dat tegen. Ik hoorde ook in China dat men
zegt: minder auto's worden er verkocht daar. Ook daar zorgen over de
huizenprijzen.
SCHILHAM:
Kortom, het wordt wel gevoeld.
BALKENENDE:
Ja, en wat je ook nog eens ziet. Er zijn natuurlijk nogal wat
bedrijven in China die produceren, speelgoed en andere spullen voor de
westerse markt. En ook daar vallen klappen.
SCHILHAM:
Heeft u nog wat kunnen leren voor de aanpak van de crisis door uw
bezoek daar?
BALKENENDE:
Wat wel heel goed is, is dat we vooral met elkaar stil staan bij het
punt: wat kunnen we aan elkaar hebben? Hoe kun je zorgen dat bedrijven
wel blijven functioneren? Het hele thema van financiën. Hoe
functioneren banken? Hoe kun je het toezicht op financiële
instellingen versterken? Daar hebben we ook afspraken over gemaakt.
(onverstaanbaar, red) zullen we contact daarmee hebben. Dus iedereen
ziet ook wel in: het is een lastige tijd. Maar China en Nederland
kunnen veel voor elkaar betekenen.
SCHILHAM:
En ondernemers die u sprak, Nederlandse ondernemers daar, zijn die
niet ontzettend bezorgd?
BALKENENDE:
Ik moet zeggen, ik heb daar grote ondernemers gesproken en kleine
ondernemers. Ook zij lopen op tegen het feit dat de economie minder
goed draait. Maar dat is geen zwart-wit beeld. Want sommige
ondernemingen, daar gaat het behoorlijk goed mee. Die functioneren ook
echt naar behoren. Dus dat beeld is een beetje gemengd. Maar ik heb
wel gemerkt in de contacten die ik ook heb gehad met mijn collega's
bij de ASEM-top -dat was een top van Aziatische en Europese landen-
dan zie je echt dat overal over dit thema wordt gesproken. Met wie je
ook contact hebt, het gaat steeds over aandelen, financiën en het
functioneren van de economie.
SCHILHAM:
De analyse is van veel mensen dat door deze crisis de economische
kracht van Amerika wel eens structureel, blijvend kan afnemen. En dat
een nieuwe economie, zoals China, een hoofdrol op het economische
wereldtoneel kan gaan spelen.
BALKENENDE:
Die analyses worden gemaakt. Er zijn bepaalde landen die heel erg
opvallen. Dat is China, dat is India en dat is Brazilië. De komende
tijd is natuurlijk de Amerikaanse economie nog krachtiger, ondanks de
klappen die men nu oploopt. Maar op de wat langere termijn zullen we
zien dat landen als China wereldmachten gaan worden. Het zit hem ook
in de omvang van de bevolking.
SCHILHAM:
Wat betekent dat dan voor Europa, en ook voor Nederland als dat zo
drastisch zou wijzigen?
BALKENENDE:
Ik zou in ieder geval zeggen: zorg dat je investeert in goede
contacten met deze landen. En dat gebeurt ook. Ik moet zeggen dat ik
wel grote bewondering heb voor Nederlandse bedrijven, universiteiten,
studenten ook, die allemaal die kant uitgaan. Want je ziet dat er heel
veel Nederlandse bedrijven zijn die goed werk verrichten. Ik was
bijvoorbeeld ook, een bedrijf als DSM, laat ik een Nederlands bedrijf
noemen, die hebben daar gewoon nieuwe kantoren neergezet met
onderzoeksactiviteiten. Die weten precies wat daar gebeurt. Dan heb je
ook dat hele bedrijf als DHV, die zorgen voor de architectuur, de bouw
van dat soort bedrijven. Kortom, je ziet heel veel bedrijven actief
zijn. Ik merk dat eigenlijk overal. Als je in de Golfstaten komt, of
in India, dan zien we dat Nederlandse bedrijven actief zijn. Een
prachtig voorbeeld vind ik altijd het water. Men weet dat Nederland
sterk is op het gebeid van het beheer van water. De kennis die we
hebben. Ik heb ook verteld bijvoorbeeld in Dubai, die kunstmatige
eilanden, dat zijn dan Nederlandse baggeraars.
SCHILHAM:
Een Oranjegevoel als u daar bent in China.
BALKENENDE:
Ja, ook dat.
SCHILHAM:
U hebt ook de moeilijke onderwerpen aan de orde gesteld. De
mensenrechten, het milieu. Echt grote problemen in China. Ik kan me zo
voorstellen dat dat heel beleefd wordt aangehoord door uw counterparts
daar. Maar dat dat toch weinig indruk maakt in een land met deze
onderwerpen zo totaal anders wordt omgegaan.
BALKENENDE:
Ik heb dit thema, zoals elke keer trouwens, indringend aan de orde
gesteld bij premier Wen Jiabao. Ik heb het gehad over de positie van
mensenrechtenbescherming. De minderheden. De situatie in Tibet. Dat is
indringend gebeurd en het is wel zo, ik heb hele goede contacten met
de Chinese premier. Wat hij dus ook zegt: de dialoog moet worden
gecontinueerd, maar dus ook hele concrete dingen. Laat ik een
voorbeeld noemen. Wat doen we met bijvoorbeeld werknemers die te maken
krijgen met ontslag? Er is een juridisch samenwerkingsprogramma van
China en Nederland. Ik ben bij de opening geweest van weer een nieuwe
gebouw van deze mensen, van deze instellingen. Waarin mensen
laagdrempelig informatie kunnen krijgen in geval van ontslag
(onverstaanbaar, red.). Dat is dus niet de officiële vakbond van
China. Nee, dat is een initiatief op een kleinere schaal en daar
draagt Nederland aan bij.
SCHILHAM:
Dat is wel heel klein. Is het in dat kader toch niet een beetje
plichtmatig dat u deze onderwerpen aan de orde stelt?
BALKENENDE:
Dat is niet plichtmatig, want ik vind het van groot belang dat we
juist dit thema steeds aan de orde stellen. Alleen, ik doe dat wel
vanuit een gevoel van wederzijds respect en wederzijdse
verantwoordelijkheid. Ik noem nu dit voorbeeld. Een ander voorbeeld is
Tibet. Grote zorgen, wat gebeurt er in een land als Tibet? Maar
Nederland heeft ook een cultureel programma dat ook recht wordt gedaan
aan het cultureel erfgoed van de mensen in Tibet. Dat gebeurt ook in
overleg met de Chinese... Soms is het een kwestie van de kritiek
uiten. Soms is het een kwestie van concrete samenwerkingsprojecten. Ik
geloof dat we daarin het meeste ook bereiken, omdat we juist door dit
aan de orde te stellen, en juist omdat dat gebeurt vanuit een sfeer
van respect en vriendschap, kunnen we daar duidelijk in zijn. Ik heb
daar een speech gehouden voor de universiteit, Peking Universiteit. Ik
ben gewoon heel duidelijk geweest over wat een rechtsstaat betekent.
The rule of law. Ik heb het daar ook gehad over de betekenis van
mensenrechten. Daar zat denk ik geen woord Spaans bij. Dat werd ook
erkend door de studenten.
SCHILHAM:
Terwijl u daar was in China gingen hier de reddingsoperaties door.
Drie miljard injectie voor Aegon onder andere. Bemoeit u zich daar dan
trouwens nog mee vanuit China als dat gebeurt?
BALKENENDE:
Ik word natuurlijk voortdurend op de hoogte gehouden van dit soort
ontwikkelingen.
SCHILHAM:
Ondertussen was ook een discussie in Nederland ineens over wat moet er
nu straks gebeuren als al die miljarden hulpoperaties van de staat
geld gaan opleveren. Als die banken dat geld weer gaan terugbetalen
met de rente, of in ieder geval een groter bedrag. En dan was er toch
een verschil van mening binnen de coalitie. Uw partij, het CDA in de
Tweede Kamer zei: dat moet allemaal naar de aflossing van de
staatsschuld. Maar minister Bos die lijkt daar toch wat anders over te
denken. Die is daar wat voorzichtiger in. Die zegt: laten we dat niet
zo snel nu besluiten. Waar staat u in die discussie?
BALKENENDE:
Ik moet zeggen, ik heb die discussie een beetje gevolgd, maar volgens
mij ligt het beeld heel wat anders dan de scherpte van debatten zoals
die in de media naar voren zijn gekomen. Wat deed zich voor? Er was
een debat over Fortis en ABN Amro. Toen heeft minister Bos zelf nog
aangeven dat wanneer je te maken hebt met bepaalde financiële
voordelen, dat dat dan naar de schuld zou moeten. Dat is ook in een
brief aan de Kamer nog eens neergelegd. Wat zich daarna heeft
voorgedaan -daar heb ik ook met minister Bos over gesproken- dat is
wel dat je ook goed moet kijken hoe zitten we met onze
begrotingsregels. Je moet dat ook ordentelijk regelen met elkaar. De
discussie was meer een kwestie van de financiële techniek, maar dat
doen we als zodanig...
SCHILHAM:
(onverstaanbaar, red)
BALKENENDE:
Nee, want ik heb daar vandaag nog eens met de minister over gesproken,
ook in het kabinet. Want die heeft het terecht over de staatsschuld.
Het is zo, wanneer wij nu banken kopen, van die 16,8 miljard, Fortis
Nederland, ABN Amro en Fortis verzekeringen, dat bedrag belast wel de
staatsschuld. Als we nu die impuls geven, die kapitaalinjectie aan ING
en drie miljard aan Aegon, dat belast de staatsschuld. We hebben ook
nog voor tweehonderd miljard garantie gegeven dan voor het
interbancaire geldverkeer, dus het geldverkeer tussen banken. Al die
zaken belasten de staatsschuld. Met andere woorden, wanneer er dan
sprake is van voordelen, dan hoort dat natuurlijk ook weer in de
schuld terug te...
SCHILHAM:
Dat is de redenering die uw collega Van Geel, CDA-fractieleider, ook
hanteerde van de week. En Bos was toch een beetje zuinigjes. Die zei:
dat weet ik allemaal nog niet zo of dat op die manier moet.
BALKENENDE:
Ik heb zelf, en vandaag ook in de ministerraad, (onverstaanbaar,
red.). Minister Bos heeft volkomen gelijk als hij zegt: dit moet dan
wel goed geregeld zijn. Hoe zitten de begrotingsregels in elkaar? En
pak dat goed aan en wat dat betreft een uitstekende samenwerking met
de minister van Financiën.
SCHILHAM:
Het viel me op dat Minister Bos, en trouwens u ook, zei: we moeten ons
toch voorbereiden op fiancieel slechte tijden. De groei gaat misschien
helemaal naar nul. Er is geen groei meer, economische groei. En Bos
zei daarbij: dat betekent dat ik mijn hand op de knip ga houden
volgend jaar. Is hij een beetje de geest aan het rijp maken voor
misschien wel bezuinigingsrondes, hele pijnlijke dingen?
BALKENENDE:
Het is denk ik heel goed dat vanuit het kabinet, en van financiën en
ikzelf en anderen, dat we ons wel instellen en ook kenbaar maken dat
de economische tijden wel anders zullen worden. We zijn natuurlijk de
afgelopen jaren verwend geweest met een economische groei die hoog
was. We zitten met een werkloosheid die historisch laag is, het
laagste van Europa. De inkomensontwikkeling is de laatste tijd
gelukkig weer goed. En nu zien we dat de economische ontwikkeling
duidelijk minder wordt. Dingen als de verkoop van auto's,
huizenprijzen. Al die zaken, dat zullen mensen ook gaan merken.
SCHILHAM:
Vond u het tijd om dat signaal te geven vandaag?
BALKENENDE:
Ik vind het van belang dat wij... Kijk, wat we niet moeten doen dat is
in een sfeer van negativisme of paniek terecht komen. Daar is ook geen
reden voor. Nederland staat er op zichzelf goed voor. We hebben een
begrotingsoverschot. De inflatie is lager dan in andere landen. De
werkloosheid ontwikkelt zich gewoon nog steeds erg goed. Dus wat dat
betreft, we staan er goed voor. We kunnen ook wel een stoot hebben als
Nederland. Maar we moeten wel tegen elkaar zeggen: de tijden zullen
anders worden. We hebben wel een financiële crisis die heel fors is.
Sinds de jaren dertig hebben we niet meer zoiets meegemaakt van deze
omvang. We zien dat de aandelen behoorlijk zijn gekelderd. We zien ook
de economische groei gaat terugvallen. Dat betekent dat je je op die
situatie ook moet instellen. Ik ben erg blij, moet ik zeggen, dat we
eerder dit jaar goed contact hebben gehad met werkgevers, werknemers
en overheid om te kijken hoe komen we deze fase nu door? Je moet
zorgen dat je concurrentiekracht wordt behouden en waar het kan wordt
versterkt. Ondernemerschap verstreken. Meer innovatie. Dan kun je zo'n
fase doorgaan. Maar het gaat niet vanzelf.
SCHILHAM:
Het signaal is wel duidelijk vandaag: het wordt allemaal wel een
beetje minder. Bereidt u zich daar maar alvast op voor.
BALKENENDE:
Dat we een lagere groei gaan krijgen staat absoluut vast. En er zullen
ook tegenvallers komen. Daar moeten we op een goede manier mee omgaan.
Dat is ook een taak van de regering, om met die zaken rekening te
houden. Om tegen Nederlanders te zeggen: we moeten ons een beetje
instellen op andere tijden. We kunnen deze fase doorkomen. Het gaat
niet vanzelf, maar wel weten wat er gebeurt
SCHILHAM:
Bedankt voor dit gesprek.
BALKENENDE:
Graag gedaan.
(letterlijke tekst, ongecorrigeerd, AP)
Ministerie van Algemene Zaken